Dietsche Warande en Belfort. Jaargang 102(1957)– [tijdschrift] Dietsche Warande en Belfort– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 635] [p. 635] Jac. Schreurs m.s.c. Pastorale Ik kwam eens door een nacht gegaan; Ik zag een licht nog schijnen; De huisdeur was op slot gedaan; Er hingen geen gordijnen. Wat zag ik door de vensterruit? Een ezel met gouden tanden, Vier schapen, ieder met een fluit, En een os die wierook brandde. Een kindje, midden in de stal, Sliep in een biezen mandje, Met in het één een wereldbal, Een kruis in 't ander handje. De man had pas een lam geslacht En hing het vel te drogen; Maria, turend naar die vacht, Had tranen in haar ogen. Sinds heb ik haast op ieder blad In ernst dit woord geschreven: Voor ene van haar tranen had Ik graag mijn ziel gegeven. Vorige Volgende