Dietsche Warande en Belfort. Jaargang 113(1968)– [tijdschrift] Dietsche Warande en Belfort– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 128] [p. 128] Carel Swinkels / Astyanax in memoriam Gustave Ik heb het altijd gezegd de God van Kuit of Hom plukt tijdig de sterksten hij wacht niet tot wij weten hij plukt. Gustave is voor mij altijd de grote Franse jongen gebleven ooit in het Maashotel in Arcen liepen wij naar buiten het was die hele dag al koud geweest en wij liepen even en het vroor Gustave zei: Ik word een levensgrote schilder dat moet je goed onthouden. Gustave was in die jaren bezig met een moeilijke kruiswoordpuzzle Er staat Stedenbeschermer, zei hij en het begint met een A en het eindigt op een X Dat lijkt, zei ik, op Astyanax alias Scamandrios, de zoon van Hektoor en Andromache - toen Troje teloorging werd hij van de wallen gegooid Dat is goed, zei Gustave het zijn acht letters en de vierde is een Y. Ik heb Gustave later nog ontmoet onder meer in de Nijmeegse Hal van Kunst [pagina 129] [p. 129] en Onnavolgbare Ellende ik had te dien tijde drie tanken Sherry genuttigd, benevens twee gallons zij kwamen alle uit Jerez de la Frontera in Spain maar Gustave bleef mijn oude makker Ik heb dit pak geleend, zei hij en ik sta er even lekker bij als jij makker weet je nog wat ik je zei? en kom je eens naar Amsterdam? Later vond ik op een briefje 222 dat was het nummer. Simon Vinkenoog vertelde mij uitgerekend in de trein van Tilburg naar Den Bosch dat het toch niet zo best was met die bult in het hoofd. Er komt wel enige verlichting zei Simon, maar er zit een bult. Ik droom nog dikwijls dat mijn vrouw een zwarte jas aan had toen in Arcen in het Maashotel die hadden wij geleend van haar moeder. Gustave wilde toen alleen een schilder worden een levensgrote en God was met hem. Ik denk de God van Kuit of Hom die kijkt niet op een letter die ziet geen helden op de wallen die plukt alleen de sterksten. (Voor Anton van Duinkerken en zijn Vrouw) Vorige Volgende