Toelichting
Dit titelloze gedicht is bedoeld deel uit te gaan maken van een groter geheel, een cyclus, of liever gezegd, de hele bundel waar ik momenteel aan werk. De twee mensen die in dit gedicht figureren komen in meerdere gedichten in de bundel voor. Het gedicht neigt naar de vorm en stijl van het prozagedicht (een prozagedicht, want hoe vastomlijnd is deze vorm?). Zulke gedichten duiken meerdere keren in de bundel op. Dat wil zeggen, als wat ik nu denk gehandhaafd wordt.
De omvang van de bundel waar het gedicht in moet passen, bedreigt het bestaansrecht van dit gedicht in hoge mate. Hoe groter het geheel waar een afzonderlijk gedicht onderdeel van zal zijn, hoe kleiner de levenskans van een strofe, een zin, een woord (dit hoeft niet waar te zijn). Toch, van alle gedichten die sneuvelden in een aanval van verminking en verbetering bleven er vaak enkele details in de vorm van een zinsdeel en wat woordcombinaties over. Ik heb al eens meegemaakt dat van een lang gedicht, zo rond de zestig regels, slechts één enkel zinsdeel de vele omwerkingen wist te overleven. Uiteindelijk kwam al dat ploeteren niet tot een geslaagd gedicht en wacht dat ene detail nog altijd op een poëtische omgeving waarbinnen het zichzelf kan overstijgen.
Het is niet zo dat de totstandkoming van ieder gedicht zich volgens hetzelfde patroon voltrekt. De ene keer ben ik na de eerste versie bijna klaar, de andere keer wordt een gedicht vele malen herschreven en aangepast. Toch zien mijn kladschriften - ik schrijf meestal in schriften, uitgedunde schriften vooral - er vaak uit zoals deze pagina. Soms heeft mijn kladversie meer regels nodig dan de pagina voorhanden heeft. Dan wil ik nog wel eens langs de zijkant van de bladzijde omhoog schrijven. En via de witruimte bovenin weer langs de andere kant naar beneden, of het wit van de voorgaande pagina op. Waar een doorgang is, stromen of sijpelen de woorden. Doorhalingen, gekriebel in ongebruikt wit, het is allemaal zeer gebruikelijk.
Tussen dit kladschrift en de versie die ik voorlopig als de definitieve beschouw zitten nog enkele variaties, maar die staan of dicht bij de kladversie of bij de laatste versie. Of de versie van nu, uiteindelijk straks de bundel zal halen, zal naar ik verwacht over een klein jaar blijken.