Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Dietsche Warande en Belfort. Jaargang 156 (2011)

Informatie terzijde

Titelpagina van Dietsche Warande en Belfort. Jaargang 156
Afbeelding van Dietsche Warande en Belfort. Jaargang 156Toon afbeelding van titelpagina van Dietsche Warande en Belfort. Jaargang 156

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave



Genre

proza
poëzie
sec - letterkunde

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Dietsche Warande en Belfort. Jaargang 156

(2011)– [tijdschrift] Dietsche Warande en Belfort–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 503]
[p. 503]

Medewerkers

HANS BOGAERT (1987) studeerde Nederlands en Theater-, film- en literatuurwetenschappen aan de Universiteit Antwerpen en de Freie Universität Berlin. Hij behaalde een MA in Cultuurmanagement en in de Literatuur van de moderniteit met een eindverhandeling over het proza van Tomas Lieske. Momenteel is hij productieen communicatiemedewerker bij Behoud de Begeerte, kunstencentrum voor literatuur.

 

WILLEM BONGERS (1985) is literatuurwetenschapper, dichter en literair criticus. Hij was actief als hoofdredacteur van tijdschrift Vooys. Momenteel werkt hij als literair programmator voor het Vlaams-Nederlands Huis deBuren, en als (web)redacteur op hun project citybooks. Sinds 2008 geeft hij gastcolleges aan verschillende universiteiten (Boekarest, Jakarta, Sheffield, Utrecht). Gedichten van zijn hand verschenen onder andere in DW B en Het Liegend Konijn, en in de bloemlezingen Flarf, Over chicks en andere dames en Zoals een haan een ei legt.

 

OSCAR VAN DEN BOOGAARD (1964) is romanschrijver, theaterauteur en curator. Hij debuteerde in 1990 met Dentz. Tot zijn publicaties behoren onder meer Bruno's optimisme (1993), De heerlijkheid van Julia (1995), Een bed vol schuim (2002) en Het verticale strand (2005). Februari 2010 verscheen de roman Meer dan een minnaar, in oktober van datzelfde jaar verscheen zijn boek Majesteit. Van den Boogaard schrijft wekelijks een column voor De Standaard. Vorig jaar werd hij benoemd tot de nieuwe artistiek directeur van het Hoger Instituut voor Schone Kunsten in Gent, waar hij al sinds 2008 gastdocent is.

 

ANNEKE BRASSINGA (1948) schrijft poëzie, verhalen en essays. Ze debuteerde in 1987 als dichteres met de bundel Aurora, voor haar tweede bundel Landgoed ontving zij in 1990 de Herman Gorterprijs. Daarna volgden de dichtbundels Thule (1991), Zeemeeuw in boomvork (1994), Huisraad (1998, Paul Snoek Poëzieprijs, nominatie VSB Poëzieprijs), Verschiet (2001, VSB Poëzieprijs en Ida Gerhardt Poëzieprijs), Timiditeiten (2003, Anna Bijnsprijs 2005), IJsgang (2006, nominatie VSB Poëzieprijs) en Ontij (2010). Haar gedichten tussen 1987 en 2003 werden gebundeld in Wachtwoorden. Verzamelde gedichten.

 

PAUL CLAES (1943) is romancier, dichter, essayist en vertaler. Tot zijn laatste publicaties behoren De Leeuwerik (De Bezige Bij, 2010), De tuin van de Franse poëzie (Athenaeum, 2011) en Echo's echo's (Vantilt, 2011 - nieuwe editie).

 

MAARTEN DELBEKE (1970) doceert architectuurtheorie aan de Universiteit Gent en leidt aan de Universiteit Leiden het onderzoeksproject ‘The quest for the legitimacy of architecture in Europe, 1750-1850’ (NWO-Vidi). Hij is actief als architectuurcriticus in tijdschriften als Journal of Architecture en Oase en publiceerde onder andere, als co-editor met Evonne Levy en Steven Ostrow, Bernini's Biographies. Critical Essays (Penn State University Press, 2006), en samen met Geert Bekaert, Paul Vermeulen en Christophe van Gerrewey Moderne tijden. Teksten over architectuur (WZW, 2007).

 

JEROEN DERA (1986) rondde in juli 2010 cum laude de onderzoeksmaster Letterkunde & Literatuurwetenschap af aan de Radboud Universiteit Nijmegen, met een scriptie over Hans Faverey. Hij was hoofdredacteur van Vooys, zit in de poëzieredactie van Meander en publiceerde artikelen en essays in tijdschriften als nY, Filter, De Parelduiker, Poëziekrant en Ons Erfdeel.

[pagina 504]
[p. 504]

CHRISTOPHE VAN GERREWEY (1982) studeerde Architectuur aan de UGent en Literatuurwetenschappen aan de K.U. Leuven. Hij is als voltijds assistent verbonden aan de Vakgroep Architectuur & Stedenbouw van de Universiteit Gent. Van Gerrewey schrijft verhalen, romans, recensies, essays en kritieken over onderwerpen zoals literatuur, beeldende kunst, theater en architectuur. Hij publiceerde onder meer in DW B, De Witte Raaf, NRC Handelsblad, Streven, Metropolis M en Etcetera, en in boekvorm in Ruskin, Rotterdam en Regen of niets. In 2010 verscheen Vijf ziekteverhalen bij Druksel.

 

BAS GROES (1973) werkt als docent Engelse literatuur aan Roehampton University. Hij schrijft sinds 1998 voor DW B en publiceerde een boek over globalisering en literatuur, McLiteratuur (Lemniscaat, 2004). Onlangs verschenen vier door hem samengestelde boeken: Ian McEwan (Continuum, 2009), Kazuo Ishiguro (Continuum, 2009), Julian Barnes (Continuum, 2011) en Kazuo Ishiguro (Palgrave, 2011). In augustus verschijnt bij Palgrave The Making of London.

 

LAURENS HAM (1985) is literatuurhistoricus en essayist. Hij werkt aan de Universiteit Utrecht aan een proefschrift over ‘autonomie’ in de Nederlandse literatuur vanaf de negentiende eeuw en doceert aan de Koningstheaterakademie in Den Bosch. Hij publiceert essays en kritieken in onder meer nY, Parmentier, De Reactor, Ons Erfdeel en De Groene Amsterdammer.

 

PETER HOLVOET-HANSSEN (1960) ging tijdens zijn eerste ‘tritonistische’ exploratie (1990-2008) als ontsnappingskunstenaar op verkenning. Hij werd bekroond met onder meer de driejaarlijkse Cultuurprijs van de Vlaamse Gemeenschap 2008. De ‘bloemlezing-bundel’ De reis naar Inframundo (Prometheus, 2011) opent luiken.

 

LEEN HUET (1966) publiceerde twee romans (Almanak, 2005; Eenoog, 2009). In 2010 verscheen de biografie Nicolaas Rockox 1560-1640. Burgemeester van de Gouden Eeuw, die ze samen met Jan Grieten schreef. Op dit ogenblik werkt ze aan verhalen en een roman. Zie ook: leenhuet.wordpress.com.

 

HESTER IJSSELING (1967) is doctor in de wijsbegeerte en werkzaam als onderwijzeres op een Amsterdamse basisschool. Samen met Hans Bolten is zij initiatiefnemer van Het Socratisch Lokaal, een plaats waar onderwijsmensen op socratische wijze gesprekken voeren over de vragen die rijzen bij de uitoefening van hun beroep. Zie: www.hesterij.blogspot.com.

 

ATTE JONGSTRA (1956) is schrijver, dichter en essayist. Bekende titels uit zijn oeuvre zijn Groente (roman, 1991), Het huis M. (roman, 1993), De tak van Salzburg (essay, 2001), De tegenhanger (roman, 2003), De avonturen van Henry II Fix (roman, 2007), Klinkende ikken (Privé-domein nr. 266, 2008) en De heldeninspecteur (roman, 2010). Jongstra is vast medewerker van NRC Handelsblad en lid van de redactieraad van DW B. Meer informatie: www.attejongstra.nl.

 

JAN LAUWEREYNS (1969) is dichter, kernredacteur van DW B, wetenschapper en expat. Recent publiceerde hij zijn zevende Nederlandstalige dichtbundel, Hemelsblauw, het Gedichtendagessay 2011, De smaak van het geluid van het hart, een duoboek met Arnoud van Adrichem, Stemvork, en, bibliofiel, een samenwerking met Arkadii Dragomoshchenko en Anne-Mie Van Kerckhoven, Shoaling Things = Naar de ondiepte.

[pagina 505]
[p. 505]

IAN McEWAN (1948) is een van de meest succesvolle en gelauwerde Britse hedendaagse schrijvers. Hij debuteerde in 1975 met de verhalenbundel First Love, Last Rites, waarvoor hem meteen de Somerset Maugham Award werd toegekend. Zijn eerste roman, The Cement Garden, publiceerde hij in 1978. Tot zijn bijzonder populaire oeuvre behoren The Comfort of Strangers (1981), Black Dogs (1992), Enduring Love (1997), Amsterdam (1998), Atonement (2001), Saturday (2005), On Chesil Beach (2007) en Solar (2010). Hij werd zes keer genomineerd voor de Man Booker Prize, en won die met Amsterdam. In januari van dit jaar ontving hij nog de tweejaarlijkse Jerusalem Prize voor zijn oeuvre.

 

MONADNOCK is een architectenbureau, opgericht in 2006 door Job Floris en Sandor Naus, en gevestigd in Rotterdam. MONADNOCK realiseerde gebouwen op diverse schalen en werkt momenteel aan projecten op het gebied van architectuur, stedenbouw, interieur, installatie en onderzoek in binnen- en buitenland. De spanning tussen continuïteit en oorspronkelijkheid vormt de drijvende kracht achter de ontwerpen van MONADNOCK. Meer info: www.monadnock.nl.

 

JEROEN OLYSLAEGERS (1967) heeft na een prozaperiode met boeken zoals Il faut manger (1996) en Open gelijk een mond (1999) voornamelijk voor het theater geschreven, met teksten voor onder andere de KVS (Diep in de aarde, dieper in uw gat en In het lot gevallen), Het Toneelhuis (Mood on the go en Wolfskers) en Theater Artemis (Don Quichot en zijnen ijzeren wil en Woeste hoogten, rusteloze zielen). Recent schreef hij voor Jan Fahre de tekst ‘i am the all-giver’ voor de voorstelling Prometheus Landscape II. Momenteel werkt hij aan een prozareeks die zich in verschillende tijdvakken afspeelt en waarbij drie boeken draaien rond gemeenschap en identiteit, actieve slachtoffers en passieve misdadigers, gekoesterd onbehagen en het negeren van de neergang. De titel van elk boek zal beginnen met de letter W. Wij, het eerste deel van het drieluik, verscheen in het voorjaar van 2009. Olyslaegers werkt momenteel aan Winst en Wereld.

 

KOEN PEETERS (1959) studeerde Communicatiewetenschappen en Antropologie in Leuven. Hij is kernredacteur van DW B en schreef negen romans en een dichtbundel. Zijn recentste roman, De bloemen (september 2009), stond op de shortlist van de AKO Literatuurprijs en won de F. Bordewijkprijs. Hij werkt nu aan een roman die op een of andere manier over Rwanda zal gaan.

 

ELS VAN DE PERRE (1968) studeerde Germaanse talen en Algemene literatuurwetenschap aan de K.U. Leuven. Van 1993 tot 2005 was ze redactiesecretaris van DW B. Nu is ze redactiesecretaris van Karakter. Tijdschrift van wetenschap, een uitgave van Academische Stichting Leuven, en werkt ze als freelancevertaler en-redacteur.

 

HEIDI THOMSON (1961) woont in Nieuw-Zeeland met haar man John en hun zoon Dugal. Ze doceert sinds 1990 de dichters van de Engelse romantiek aan Victoria University of Wellington. Recent publiceerde Thomson het hoofdstuk over de vrouwelijke dichters van de romantiek in The Cambridge History of English Poetry (CUP, 2010). Een hoofdstuk over ‘webs of interlocution’ in Wordsworth en Auden verschijnt binnenkort in Mark Sandy's Romantic Presences in the Twentieth Century (Ashgate, 2011).

[pagina 506]
[p. 506]

SVEN VITSE (1981) studeerde Germaanse talen en promoveerde in 2008 aan de Vrije Universiteit Brussel op een proefschrift getiteld Een woestijn die de stad verpulvert. Marxisme, kritiek en representatie in poststructuralisme, Ander Proza en postmodern proza. Momenteel werkt hij als docent aan de Universiteit Utrecht. Oktober 2010 verscheen zijn essaybundel Tekstbestanden bij uitgeverij het balanseer.

 

SAMUEL VRIEZEN (1973) schrijft muziek, gedichten en essays. Zijn debuutbundel 4 Zinnen verscheen in 2008 bij Wereldbibliotheek. Op dit moment is hij onder meer bezig aan zijn tweede bundel, aan een groot lied op tekst van Peter Gizzi voor het in microtonale muziek gespecialiseerde Trio Scordatura, aan het in dit nummer beschreven project met Antoine Beuger, en bereidt hij een kameropera voor met tekst van C.C. Krijgelmans. Sinds dit jaar maakt hij deel uit van de redactie van nY.

 

DIETLINDE WILLOCKX (1975) denkt graag na over poëzie en over de plaats van de fiets in ons bestaan. Zij publiceerde onder meer het boek Boom, roos, vis. Natuurpersonificaties als leesmethode voor de poëzie van Guido Gezelle (2009).


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken