Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Documentatieblad werkgroep Achttiende eeuw. Jaargang 1984 (1984)

Informatie terzijde

Titelpagina van Documentatieblad werkgroep Achttiende eeuw. Jaargang 1984
Afbeelding van Documentatieblad werkgroep Achttiende eeuw. Jaargang 1984Toon afbeelding van titelpagina van Documentatieblad werkgroep Achttiende eeuw. Jaargang 1984

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave



Genre

non-fictie
sec - letterkunde

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Documentatieblad werkgroep Achttiende eeuw. Jaargang 1984

(1984)– [tijdschrift] Documentatieblad werkgroep Achttiende eeuw–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 147]
[p. 147]

De Spectator, of Verrezene Socrates (1720-1744): bespreking van en concordantie op de Nederlandse vertaling van The Spectator

Bezig met een onderzoek naar Alexander Pope in Nederland, wilde ik nagaan hoe zijn bijdragen aan The Spectator van Addison en Steele in het Nederlands vertaald waren in De Spectator, of Verrezene Socrates. Speciaal interesseerde mij Pope's gedicht ‘Messiah’ dat hij voor het eerst publiceerde in Spectator no. 378. Het was echter al te gemakkelijk gedacht dat de Nederlandse vertaling alle 635 nummers keurig in de juiste volgorde zou hebben nagevolgd. De Nederlandse versie bevat slechts een selectie. Liep bovendien de nummering van de oorspronkelijke losse afleveringen en de latere herdrukken in boekvorm door van 1 t/m 635, in de negen Nederlandse delen wordt bij elk opnieuw met 1 begonnen, zonder vermelding van het Engelse nummer. En tenslotte staan ook de wel vertaalde afleveringen niet altijd in de volgorde van het origineel. Dit alles maakt het traceren van de vertaling van een bepaald essay tot het spreekwoordelijke zoeken naar een speld in een hooiberg.

Met de concordantie aan het eind van de hier volgende bespreking der vertaling hoop ik mijzelf en andere geïnteresseerden zulk zoeken verder te besparen. Nu is er in de keuze en de volgorde der nummers toch wel een zeker patroon te bespeuren. Alvorens hier op in te kunnen gaan is het echter nodig de drukgeschiedenis van de vertaling te bezien.

The Spectator zelf verscheen dagelijks vanaf maart 1711 tot december 1712 (555 afleveringen) en werd door Addison nieuw leven ingeblazen in juni 1714, waarna er tot het eind van dat jaar nog 80 nummers (556 t/m 635) uitkwamen. Weinig bekend is dat ene William Bond in 1715 een hernieuwde poging ondernam en onder dezelfde titel vanaf januari tot augustus dat jaar nog eens 61 nummers uitbracht. In enkele herdrukken werd zijn voortzetting als deel 9 aan de andere 8 toegevoegd met doorlopende nummering van 636 t/m 696. In bibliotheken zal men echter dit negende deel slechts zelden aantreffen. Bij mijn weten is er in Nederland geen enkel exemplaar van; in de British Library slechts één.Ga naar eind1Ga naar voetnoot*

[pagina 148]
[p. 148]

De eerste druk van de Nederlandse vertaling kwam uit van 1720 tot 1727 in 6 delen. Deel 1 en 2 werden uitgegeven door Steenhouwer en Uytwerf te Amsterdam in het eerstgenoemde jaar. Het derde deel verscheen bij Hermanus Uytwerf alleen, in 1723. De vertaler was A.G.L.R.G., die ik niet heb kunnen identificeren. De andere drie delen zagen vervolgens het licht in respectievelijk 1724, 1726 en 1727, bij de uitgever van deel 3, maar werden vertaald door Pieter Le Clercq. Intussen was deel 1 bij Uytwerf herdrukt in 1725. Drie jaar na het verschijnen van deel 6 werden weer bij dezelfde uitgever de delen 2 t/m 4 en 6 herdrukt (1730). Vreemd is dat vervolgens de herdruk van deel 5 het jaartal 1731 draagt, maar minder vreemd dat dit ook voor deel 1 geldt, gezien de eerdere herdruk van dat deel in 1725. Op de titelpagina van de druk van 1731 van dit eerste deel staat nu subtiel vermeld: ‘nieuwe druk’ (in het voorwoord gespecificeerd als ‘derde druk’), terwijl bij de overige delen de titelpagina ‘tweede druk’ geeft. Een vergissing wordt gemaakt bij de herdruk van deel 4, die als vertaler nog A.G.L.R.G. noemt, blijkbaar in navolging van de eerste drie delen, hoewel toch de eerste druk van deel 4 al Le Clercq als vertaler opgaf, en het voorwoord door de vertaler in beide drukken van dit deel ondertekend is met ‘P.L. Clercq’.

Zowel in de eerste als in de tweede druk kondigt deel 6 zich aan als ‘zesde en laatste deel’. Dit is op het eerste gezicht merkwaardig, daar een ieder die deze vertaling gezien heeft weet dat hij negen delen beslaat. De verklaring is dat deel 7 t/m 9 een aparte onderneming vormen, die een nieuwe selectie bevatten, wel door dezelfde vertaler, maar verschenen bij andere uitgevers en pas van start gegaan acht jaar na de voltooiing van deel 1 t/m 6. Voor deel 7 tekende in 1735 een collectief van uitgevers: ‘voor rekening van de Compagnie’. Het betreft, volgens de ondertekening van de opdracht aan vaandrig Joan Couck: Jan Roman, Arnold Lobedanius, Jan Kouwe, Jan Roman de Jonge en Steeve van Esveldt. Deze opdracht gewaagt ervan dat de vorige delen ‘met zoo veel roem en genegenheit’ ontvangen zijn ‘dat de geheugenis daar van niet lichtelyk zal uitgewischt worden’. Dit zou echter in wat mindere mate gaan gelden voor deze laatste drie delen. Deel 8 kwam pas drie jaar later uit, bij een van de leden van het collectief uit 1735: Arnoldus Lobedanius. In datzelfde jaar (1738) bracht hij weliswaar ook deel 7 weer uit onder zijn eigen naam, maar dit blijkt - hoewel op het titelblad ‘tweede druk’ staat - bij inspectie slechts een titeluitgave van de eerste druk uit 1735 te zijn, compleet met dezelfde erratalijst. Weer zes jaar later (1744) verschijnt dan tenslotte deel 9, ook bij Lobedanius maar nu in Utrecht, nadat het jaar te voren bij weer een andere uitgever (Dirk Sligtenhorst te Amsterdam) de eerste 6 delen te zamen waren heruitgegeven. Hiervan heet het eerste deel weer ‘nieuwe druk’, in het her-

[pagina 149]
[p. 149]

drukte voorwoord terecht nu als vierde druk bestempeld, terwijl de overige delen - ook terecht - ‘derde druk’ vermelden. Wel wordt weer in deel 4 de fout herhaald dat A.G.L.R.G. in plaats van Pieter Le Clercq de vertaler zou zijn. In al deze herdrukken van de eerste zes delen gaat het inderdaad steeds om opnieuw gezette uitgaven.

Dit geldt nu ook voor een herdruk van alleen deel 8 uit 1752 bij Jan Roman en Gerrit de Groot uit Amsterdam. Daarna brengt Gerrit de Groot, alleen, in 1759 nog weer de drie laatste delen uit. Daarbij is deel 7 inderdaad opnieuw gedrukt, maar de betiteling ‘derde druk’ is feitelijk niet juist, omdat de ‘tweede’ uit 1738, zoals boven vermeld, slechts een titeluitgave van de eerste druk uit 1735 was. Bij deel 8 is de benaming ‘derde druk’ eveneens onjuist, aangezien het hier om een titeluitgave van de echte tweede druk uit 1752 gaat. Zijn deel 9 vermeldt tenslotte ‘tweede druk’, maar ook dat is niet terecht omdat het hier een titeluitgave van de eerste druk uit 1744 betreft. In het Naamregister van Van Abkoude en Arrenberg (1773, p. 409) staat ook nog, zonder jaartal, een uitgave in negen delen bij G. de Groot en zoon te Amsterdam vermeld. Gezien de toevoeging ‘en zoon’ zal het jaartal hiervan wel na 1759 (en voor 1773, het jaar van de lijst van Van Abkoude) zijn. Dit is waarschijnlijk de laatste editie (zo al geen titeluitgave), maar zou dan tevens de eerste zijn die geheel door één uitgever verzorgd is geweest.

Zo zien we dat de vertaling van het grote voorbeeld van alle achttiendeeeuwse spectatoriale geschriften zich meer dan veertig jaar in de belangstelling van uitgevers en lezers heeft kunnen verheugen. Van de vijfentwintig jaar die het duurde om de hele selectie op de markt te brengen heeft de tweede vertaler, Pieter Le Clercq, er over een periode van eenentwintig jaar (1724-1744) aan meegewerkt. Blijvend zou ‘de roem en genegenheit’ echter niet zijn. Zoals wellicht te verwachten was had de vroege negentiende eeuw er niet veel goeds meer over te melden. N.G. van Kampen kan nauwelijks van ‘genegenheid’ beschuldigd worden als hij in 1832 over deze Nederlandse vertaling meent te weten: ‘dit stijve en harde kleed kon niet behagen’, waarna hij wel grote lof toezwaait aan Van Effen's Hollandsche Spectator en latere spectatoriale vertogen, en erkent dat wij die ‘aan Addison en de Engelsche Letterkunde te danken hebben’.Ga naar eind2 Van Kampen's Engelse vertaler B.S. Nayler weet daarbij nog te melden - en Nayler, zelf uitgever en boekverkoper te Amsterdam, kon het weten - dat het ook met ‘de roem’ van zowel Addison zelf, van de vertaling, als ook van Van Effen, wel definitief gedaan was. In de uitvoerige noten bij zijn vertaling van Van Kampen's verhandeling schrijft hij:

Alas! Alas! The Dutch Spectator, with all its excellences, is as little appraised in Holland, in 1832, as the English Spectator; for

[pagina 150]
[p. 150]

the Copy bef ore me Cost me no more than 30 Cents, at a Public Sale - that is, 6d. for Eight 8vo. volumes well bound in Vellum!!! Ye Gods! it doth amaze me - etc. etc. (p. 90).

En hij voegt daar later nog aan toe:

It is with sorrow that I register the fact - that though I sell thousands of volumes of English works yearly, I do not sell, on an average, One of Addison's works a Year!!! (p. 92).

En over de vele edities van Le Clercq's vertaling:

They may be had, daily, on Bookstalls, at the price of mere Wastepaper (p. 94).

Gezien het beeld van de eerder geschetste drukgeschiedenis lag de situatie zo'n zeventig jaar tevoren wel duidelijk anders. Maar ook blijkt er een verschil tussen de delen 1 t/m 6 en de delen 7 t/m 9. De eerste groep beleefde immers drie drukken in vierentwintig jaar (deel 1 zelfs vier drukken). Van de tweede groep het zevende deel twee drukken in vijfentwintig jaar, het achtste twee drukken in tweeëntwintig jaar, en het negende één; dit alles tot 1759. Een bespreking van de inhoud kan hier nader licht op werpen.

Het feit op zichzelf dat niet alle nummers werden vertaald wijst er reeds op dat we hier te doen hebben met een op de doeltaal en doelcultuur georiënteerde vertaling, eerder dan met een benadering die een zo getrouw mogelijk beeld zoekt te geven van de brontekst. De aard van de selectie zou derhalve inzicht kunnen bieden in culturele verschillen tussen beide landen, temeer daar het hier gaat om sterk publieksgerichte uitingen. Wegens het in de eerste plaats documenterende karakter van deze bijdrage ga ik daar niet diep op in. Wel zal ik enkele opvallende kenmerken signaleren, maar alvorens dat te doen geef ik een overzicht van de wijze van samenstellen van de vertaling zoals die af te lezen is uit de concordantie hierachter.

De delen 1 t/m 6 bevatten gemiddeld per deel 70 nummers. Van de totaal 420 werden er 415 uit de oorspronkelijke 635 van The Spectator vertaald; de overige 5 blijken afkomstig uit William Bond's vervolgserie (no's 65 en 71 t/m 74 van het zesde deel). Meestal is de volgorde der selectie in overeenstemming met die van het origineel, maar op diverse plaatsen wordt deze verstoord.Ga naar eind3

Deel 7 levert een tweede selectie vanaf het begin tot aan no. 3 84. Deel 8 vervolgt met no. 398 en 405 om daarna nogmaals naar het begin terug te keren met een selectie vanaf no. 91 t/m 510. De verwarring die de vertaler met dit alles teweegbrengt voor degene die de beide versies naast elkaar tracht te leggen heeft hem echter ook zelf een enkele maal parten gespeeld. Het blijkt namelijk dat Le Clercq de no's 130, 136, 180 en 214, die al door A.G.L.R.G. geselecteerd waren (II 39, 55, 69 en III 66), in een nieuwe vertaling opneemt (VII 30, 31, 38 en VIII 38).

[pagina 151]
[p. 151]

Ook deel 9 levert tenslotte een verward beeld op. Het eerste nummer grijpt weer even terug naar no. 485, waarna de draad opgenomen wordt met vijftien nummers geselecteerd uit het restant vanaf 511 tot het eind (635). Na nummer 16 van deel 9 volgt een intermezzo van drie nummers, die niet uit de oorspronkelijke Spectator afkomstig zijn, maar waarvan ik de juiste herkomst nog niet heb achterhaald. Daarna neemt Le Clercq uit William Bond's vervolgserie van 1715 achtendertig van de 61 nummers in reguliere volgorde op, waarbij hij 4 van de nummers die hij 17 jaar eerder als de laatste van deel 6 had gebruikt (VI 71 t/m 74) nu netjes overslaat, maar het vijfde, dat op een iets eerdere plaats (VI 65) schuil ging, over het hoofd ziet en opnieuw vertaalt (IX 45). Na deze serie kiest hij dan nog weer twee eerder overgeslagen nummers, om vervolgens te besluiten met zeven vertogen waarvan er zes, met een sterk politiek karakter, uit Addison's Freeholder van 1715 afkomstig blijken en één door mij nog niet kon worden thuisgebracht.

Mijn bespreking van de aard der selectie beperkt zich tot de vertaling van de oorspronkelijke Spectator van Addison en Steele, met de 415 (uit 635) nummers van deel 1 t/m 6, en daarna apart, de 125 nieuw vertaalde uit de overgebleven 220 in de delen 7 t/m 9. Naast de vijf Bondnummers uit deel 6 blijven dus de no's 17 t/m 67 uit deel 9 buiten beschouwing.

In een reeds bestaand overzicht van veel voorkomende onderwerpen in The Spectator,Ga naar eind4 waarvan ik in de tabel hierna gebruik maak, worden er veertien vermeld. Daarvan neem ik ‘peace and war’ samen met ‘politics’ en voeg daar zelf nog ‘handel’ bij, waardoor het aantal vermeldingen in deze rubriek in totaal toeneemt tot 16. Aan ‘theatre’ voeg ik ‘opera’ toe, zodat het totaal hier 39 wordt. Een nieuwe categorie die aan de bestaande lijst ontbreekt is ‘over poëzie’. In deze rubricering gaat het om het aantal malen dat een onderwerp ter sprake komt, niet om aantallen nummers. Vele afleveringen bevatten meer dan één onderwerp en anderzijds is een vrij groot aantal (ca 1/4 deel) buiten de inventarisatie gebleven. De getallen in de kolommen 1 en 3 in de tabel bevatten dus niet aantallen essays maar aantallen besprekingen. De tweede en vierde kolom laten in percentages zien in hoeverre elk onderwerp op zichzelf afwijkt van het gemiddelde aantal malen in procenten (59 procent in deel 1 t/m 6; 55 procent in deel 7 t/m 9) dat alle onderwerpen samen voorkomen in de vertaling(zie p. 152).

Bij de eerste 6 delen valt onmiddellijk op dat ‘theater/opera’ en ‘over poëzie’ zwaar ondervertegenwoordigd zijn. Hierdoor wordt ook het gemiddelde van 59 procent bijna 5 procent lager dan het zonder deze rubrieken zou zijn geweest. De oververtegenwoordiging van de meeste andere onderwerpen is hieraan te danken. Laat men de beide laatste categorieën buiten beschouwing, dan is de afwijking bij tien rubrieken

[pagina 152]
[p. 152]

Onderwerp Aantal malen behandeld in Engelse Spectator % boven/onder het gemiddelde (= 59%) vertaald in deel 1 t/m 6 onvertaald gebleven aantal na deel 6 %boven/onder het gemiddelde (= 55%) vertaald in deel 7 t/m 9
geestelijkheid en kerk 26 + 3 10 + 6
gedrag van mannen 96 + 9 31 +10
gedrag van vrouwen 98 + 1 40 + 6
landleven 34 +12 10 - 5
hofmaken 79 - 7 38 - 5
kleding 40 - 9 20 - 5
opvoeding 25 + 9 8 - 5
taal 48 +10 15 -28
huwelijk 70 + 6 25 +21
over de Spectator 36 +11 11 + 9
oorlog, vrede, politiek en handel 16 +10 5 + 6
verhouding meester/knecht 13 + 3 5 -14
theater/opera 39 -35 30 -14
over poezie 45 -23 29 +18
minder dan 10 procent. Alleen bij ‘hofmaken’ en ‘kleding’ wordt de ondervertegenwoordiging vergroot tot respectievelijk 12 en 14 procent. De afwijking is in deze gevallen toch niet zo groot dat die om een onmiddellijke verklaring roept. Een nadere analyse van de betreffende nummers zelf zou hier wellicht meer licht op werpen.

Uit het geringe aantal malen dat ‘theater’ en ‘poëzie’ vertegenwoordigd zijn valt duidelijk af te lezen dat de aandacht voor ‘things English’ zich veel minder op het kunstzinnige dan op het sociaalmorele vlak richt. Bovendien zou het opnemen van nummers over toneel, die zich sterk richtten op de plaatselijke (Londense) actualiteit, en over de poëzie, evenzeer gebonden aan de betreffende taal zelf, een sterkere brongerichte belangstelling hebben verondersteld van de vertaler, maar zeker ook van de uitgever en de lezer, dan in de eerste helft van de eeuw kon worden verwacht.

[pagina 153]
[p. 153]

Bij het nader bekijken van de nummers zelf in de delen 1 t/m 6 vallen een aantal dingen op, waarvan ik er hier een enkel noem. Het thans zo bekende nummer 10, waarin speciaal de vrouwen als potentiële lezers worden aangesproken en de doelstelling van de Spectator wordt geformuleerd als ‘to enliven morality with wit, and to temper wit with morality’ blijft nog onvertaald. Dit geldt ook voor een aantal van de zogenaamde ‘Coverley Papers’, waaronder vreemd genoeg ook no. 34 dat de club waarvan Sir Roger de Coverley de spil is, aan de lezer voorstelt. Van de overige 31 worden er verder 22 wel en 9 niet vertaald.Ga naar eind5 Wat het onderwerp ‘over poëzie’ betreft, wordt de lage score veroorzaakt door het vervallen van alle 18 nummers over Milton's Paradise Lost. Daarnaast wordt uit no. 249 nog een citaat van Milton weggelaten evenals uit no. 463. Dit geldt ook voor het gehele nummer met een citaat uit Milton's ‘Il Penseroso’ (no. 425) en het essay met Pope's gedicht ‘Messiah’ (no. 378), terwijl uit no. 534 een ingezonden brief hierover wordt overgeslagen. Ook het essay over literaire kritiek met een citaat uit Pope's Essay on Criticism (no. 253), dat over poezie met de aanhaling van Hamlet's monoloog ‘To be or not to be’ (no. 541), en dat met Pope's commentaar op de Latijnse sterfbedverzen van keizer Hadrianus (no. 532) ondergaan dit lot, evenals nummer 610 met een citaat van Cowley. Het welbekende satirische portret van ‘Zimri’ in Dryden's gedicht Absolom and Achitofel wordt in The Spectator twee keer geciteerd; de eerste maal in no. 162, waar het in de vertaling wordt overgeslagen; de tweede maal (no. 222) wordt het vervangen door een vertaling van een hekeldicht van Boileau.

Enkele andere opmerkelijke weglatingen zijn Addison's essay over ‘English Gardens’ (no. 477), dat met een gedicht over een ‘grotto’ (no. 632) en, wel zeer opvallend in een Nederlandse vertaling, een essay over Willem III, waarin deze sterk wordt geprezen (no. 516). Ook het vertoog (no. 555) waarin Steele afscheid van zijn lezers neemt, en waarin het auteurschap van de nummers ondertekend met één der letters van het woord CLIO (zijnde Addison) wordt onthuld, blijft onvertaald.

Een aantal van de hierboven genoemde omissies wordt in één der laatste drie delen alsnog goedgemaakt. Meer over die delen na een enkele opmerking aangaande verschillen tussen de beide vertalers van deel 1 t/m 6.

Op de titelpagina van de tweede druk van deel 1 uit 1725 wordt vermeld: ‘met Vaarzen verrykt, in plaats van de rymloose Vertalingen in den eersten Druk’. Deze kennelijk wervend bedoelde tekst slaat echter bijna uitsluitend op de motto's met Latijnse verzen die in de eerste druk in proza waren vertaald, want het blijkt dat in dit deel, evenals in de twee volgende, de meeste verscitaten in de vertaling niet teruggevonden worden. Alleen in de tekst van I 29, wordt een vierregelig versje

[pagina 154]
[p. 154]

van Cowley, in de eerste druk in proza vertaald, nu in een berijmde vertaling opgenomen.Ga naar eind6 Toch treedt er hier een interessant verschil van mening tussen de twee vertalers aan het licht. In zijn voorwoord in de eerste druk van deel 1 zegt A.G.L.R.G. dat ook bij een vertaling die ‘eenvoudig en konsteloos’ is, zoals de zijne, toch ‘de pit en het merg, en de onderrechtende zalving’ van de Spectator tot zijn recht zullen komen, ja zelfs dat een te letterlijke vertaling afbreuk doet aan de ‘konst’, evenals dat bij schilders het geval is die ‘al te veel naar 't leeven’ schilderen. Ongetwijfeld rechtvaardigde deze opvatting tevens de prozavertalingen van verzen, ook al ging de vertaler hier niet apart op in. Er kan geen twijfel bestaan dat de herziening in de tweede druk met de motto's in verzen het werk is van Le Clercq. Immers het jaar tevoren (1724) was van zijn hand al het vierde deel verschenen, waarin van meet af aan de motto's in verzen werden vertaald. Vergelijkt men nu het voorwoord in de eerste met dat in de tweede druk van deel 1, dan blijkt de tekst weliswaar geheel te zijn gehandhaafd, maar er wordt aan het slot de volgende alinea toegevoegd, ongetwijfeld door Le Clercq:

Dit zy van het werk in 't algemeen gezegt: maar wat nu deezen tweden Druk in het byzonder belangt, kan de Lezer verzekert zijn, dat hy veel volmaakter is dan de eerste; want behalven dat de styl verholpen en verbetert is, zal men in dezen Druk de Vaarzen, zoo Latynsche als Engelsche, die in den eersten steeds in onrym vertaalt waaren, in goede Nederduitsche Vaarzen overgebragt vinden, het welk dit werk geen klein cieraadt byzet; vermits het zeker is dat alle Vaarzen niet alleen hunne grootste kracht, maar zelfs ook alle hunne bevalligheit verliezen, wanneer zy niet weder in goede vaarzen of nagevolgt of vertaalt zijn.Ga naar eind7

Of dit verschil in vertaalopvatting - tussen ‘konsteloosheid’ en ‘bevalligheit’ - meer in het algemeen in de praktijk gevolgen had zou nu heel geschikt getoetst kunnen worden door de vier nummers die Le Clercq bij vergissing opnieuw vertaalde te vergelijken met de eerdere versie door A.G.L.R.G. Ik zie daar hier van af, maar hoop daar elders verder op in te gaan.Ga naar eind8

In de herdrukken van deel 2 en 3 uit 1730 verschijnt nu dezelfde opmerking op de titelpagina over de verzen en ook daarin zijn de motto's nu inderdaad metrisch vertaald. Evenals in deel 1 is voor het overige deze opmerking ‘met vaarzen verrykt’ weer grotendeels ongefundeerd, aangezien de vele uit de eerste druk van deze twee delen geweerde gedichten in de tweede druk nog steeds afwezig zijn. Ook op de titelpagina van de herdruk van deel 4 verschijnt deze opmerking weer, maar is nu apert onjuist: in de eerste druk waren de motto's al in verzen vertaald, aangezien Le Clercq toen de vertaling al had overgenomen. Zoals we al zagen strekte dit klakkeloos overnemen van de titelpagina der

[pagina 155]
[p. 155]

eerder herdrukte delen zich ook uit tot de vertalersnaam: A.G.L.R.G. in plaats van Pieter Le Clercq.

In de herdruk van deel 5 (1731) wordt deze fout niet meer herhaald, maar er wordt wel de nadruk gelegd op kwaliteitsverbetering: er staat nu ‘van ontelbaare Zin en Drukfeilen gezuivert’. Dit deel kwam uit na deel 6 in herdruk en in dat deel staat alleen ‘van ontelbaare Drukfeilen gezuivert’. Het voert te ver om hier na te gaan of deel 5 inderdaad grondiger herzien is dan deel 6; indien dit zo zou zijn zou het de verklaring kunnen zijn waarom de herdruk van deel 5 pas na die van deel 6 verscheen.

Gegeven Le Clercq's revisie van de eerste drie delen is het de moeite waard om te zien of in zijn eigen delen 4 t/m 6 met name de behandeling van de poeziecitaten verandert. Een aantal keren omzeilt hij, zoals zijn voorganger bijna steeds had gedaan, de moeilijkheid door de betreffende citaten of zelfs nummers over te slaan, maar in een bijna even groot aantal gevallen neemt hij ze, in Nederlandse verzen overgezet, wel degelijk op.Ga naar eind9 In zijn korte voorwoord bij deel 4 schrijft hij daarover:

om niet met eens anders vederen te pronken, heb ik onder de weinige vaerzen, die ik in dit Werk van anderen ontleent heb, den naam der Dichteren gestelt; en die zonder naam zyn, zal ik voor myne eige rekening neemen.

Daar blijft het echter niet bij. Meer dan eens voegt hij verzen toe die niet uit de Engelse Spectator afkomstig zijn.Ga naar eind10 Hij doet dit zonder het feit te vermelden en gaat daarmee bovendien naar onze opvattingen van vertalen buiten de perken, maar het toont wel een betrokkenheid bij de onderwerpen van zijn vertaalarbeid die in duidelijk contrast staat tot de praktijk van zijn voorganger.

Hoewel er wat de selectie der nummers betreft na deel 3, afgezien van de verzen, geen duidelijke koersverandering te constateren valt, wijst Le Clercq er in al genoemd voorwoord nog wel op dat de lezer

verscheide Vertoogen (en mogelyk niet van de onvermakelykste) zal vinden, welke men in Fransche overzetting... die andersints veel lof verdient, vergeefsch zou zoeken.Ga naar eind11

Een vergelijking tussen deze twee vertalingen ligt daarmee nu voor de hand. Dit valt echter wederom buiten het huidige bestek; ik vermeld hier alleen dat ook in die vertaling de vertogen over Paradise Lost ontbreken. De Franse vertaler schrijft daarover in het voorwoord van deel 3 dat ze wel ‘une critique fine & judicieuse’ bevatten, maar dat hij toch afziet van het opnemen van deze ‘discours’ over dit ‘célèbre poëme’, ‘parce qu'il n'a pas été, & qu'il ne sera sans doute jamais traduit en notre Language’. Ook andere gedichten laat hij weg ‘parce qu'ils n'auroient aucun agrément en François’. Als nu Le Clercq in zijn verta-

[pagina 156]
[p. 156]

ling van Spectator no. 359 voor deel 4 een citaat uit Paradise Lost (X, rgls 888-907) tegenkomt geeft hij er wel een vertaling van in Nederlandse alexandrijnen - voor de twintig vijfvoetige ‘blank verse’ regels heeft hij er dertig nodig - maar voegt er de volgende voetnoot aan toe:

Men vindt in den Engelschen Spectator verscheide VERTOOGEN van den Heer Addisson... over... het VERLOOREN PARADYS. Maar men heeft niet goedgevonden dezelve te vertaalen; om dat zy geene bevalligheid in 't Duitsch zouden hebben: vermits zy een Werk tot onderwerp hebben dat niet in Nederduits overgezet is, en mogelyk nooit staat te worden (IV 14).

De woorden ‘men’ en ‘zouden’ lijken er op te wijzen dat de vertaler zelf het hier niet geheel mee eens is, maar de motivering is identiek aan die gehanteerd in het Franse voorwoord. Overigens was men al tot no. 338 van de Engelse serie gekomen toen Le Clercq de vertaling overnam, wat betekende dat van de 18 Milton essays er al 12 onvertaald waren gepasseerd.

Bekijken we tenslotte Le Clercq's nieuwe onderneming, gevormd door de delen 7 t/m 9, dan valt allereerst op dat deel 7 direct begint met alle Paradise Lost essays, op de ene na (285) die speciaal over Milton's Engels gaat, achter elkaar in vertaling op te nemen. De ‘geleerde tolk’, zo betiteld door het uitgeverscollectief in hun opdracht, gaat in zijn voorwoord hier vrij uitvoerig op in. Na de motivering voor het eerder weglaten, zoals hierboven geciteerd, te hebben herhaald, constateert hij dat er nu zelfs twee vertalingen bestaan van ‘dat heerlyk Dichtstuk’. In een voetnoot hierbij vermeldt hij de twee vertalers, Van Zanten en Paludanus, en noemt, nogal onthullend, die van Van Zanten ‘in prosa’, terwijl laatstgenoemde nu juist bijzonder zijn best gedaan had Milton's ‘blank verse’ zo nauwkeurig mogelijk te imiteren.Ga naar eind12 Kennelijk beschouwde Le Clercq rijmloze verzen niet als poëzie. Ook aan de berijming van Paludanus zelf,Ga naar eind13 die geheel gebaseerd is op Van Zanten's tekst, lag deze gedachte wellicht ten grondslag. Le Clercq oefent vervolgens echter kritiek op die berijmde verzen, in zoverre dat ‘zy veele tekens droegen van de schielykheid des Dichters in het berymen van dit meesterstuk’ en daardoor ‘den zin en de fraayigheden... zoo jammerlyk verduisterden en bedurven’. Ondanks deze heftige kritiek vond hij Paludanus zelf blijkbaar bereid om hem behulpzaam te zijn, want, zoals hij schrijft, vertaalde hij eerst zelf de meeste citaten opnieuw zo letterlijk mogelijk in proza en liet hij ze vervolgens weer op rijm zetten door Paludanus. Enkele passages verbeterde hij rechtstreeks en bracht ze in een staat die men ‘niet voor de slechtste houden zal’.

Om de wisselwerking tussen de vertaling van Milton's gedicht en die van Addison's essays er over verder te illustreren citeer ik hier wat

[pagina 157]
[p. 157]

Paludanus in zijn Voorbericht aan den Lezer over de Spectator vertaling schrijft:

Het waare te wenschen, dat de nette hand van den Heere P. le Clercq (die veele van dezelve vertoogen, uit het Engelsch heeft vertaalt, en in het 4. Deel by wyze van aantekening getuigt, dat hy alle de vertoogen van den Heere Addisson, alleen over het verlooren Paradys van Milton spreekende, onvertaald had gelaaten, om dat zyn E. oordeelde dat het zelve nooit uit de Engelsche in onze taale zou, of kon overgebragt worden) zich nu wilde verledigen, om dezelve, een duitsch kleed aan te trekken, op dat elk de deugden en gebreken van dit uitmuntend werk kundig wierd.Ga naar eind14

Voorts komt in een lofdicht op de vertaling nog deze strofe voor:

Die Britsche Sokrates verheff' voor Neêrlandsche ooren,
Door zyn' geleerden Tolk, den luister van uw licht:
Wat baat ons alle uw roem, zo lang voor ons gezicht
Uw kunstig Paradys hunn's ondanks blyft Verlooren!Ga naar eind15

Vijf jaar later zou Le Clercq dit ‘verlies’ dus inderdaad goedmaken en Milton's ‘paradijs’, via Addison, voor het publiek openstellen.

Wat de eerder gegeven tabel der behandelde onderwerpen betreft, constateren we nu, zoals te verwachten was, het grootste verschil met de eerdere delen in de rubriek ‘over poezie’. Bij de overige onderwerpen die na deel 6 verder nog meer dan 20 keer als onvertaald genoteerd waren blijven staan, valt nu de beduidend mindere onder-vertegenwoordiging van ‘theater/opera’ op en de verdere over-vertegenwoordiging van ‘huwelijk’. Ik laat het bij deze constatering, omdat een nadere verklaring, zonder een verdere analyse van de precieze onderwerpen in wat vertaald werd en wat tot het eind toe onvertaald bleef, niet te geven is. Wel mogen we aannemen dat wat uiteindelijk vertaald werd en wat tot het eind toe onvertaald bleef, niet te geven is. Wel mogen we aannemen dat wat uiteindelijk onvertaald bleef echt alleen nog maar totaal ongeschikt geachte onderwerpen bevat, gezien het aantal keren dat The Spectator van voren af aan werd uitgekamd en vooral gezien het feit dat Le Clercq in deel 9 zijn toevlucht neemt tot het vertalen van een groot aantal nummers uit Bond's vervolgserie. Hij was daarin voorgegaan door de Franse vertaler, die zoals deze in zijn voorwoord bij het zesde en laatste deel toegeeft, er een tiental opneemt om dezelfde omvang als de andere delen te bereiken, daarbij die onderwerpen selecterend die hij het meest bij de oorspronkelijke trant vindt passen.Ga naar eind16

Dat Le Clercq, naast de vier vertogen die ik niet heb kunnen thuisbrengen, voorts zonder bronvermelding nog zes nummers uit Addison's Freeholder opneemt, lijkt nogal vreemd. Echter, Addison schreef deze politieke essays vanuit een Whig standpunt ten tijde van de invasie van de ‘Old Pretender’ in 1715, terwijl de vertaling van het negende deel

[pagina 158]
[p. 158]

van de Spectator tot stand kwam in 1744, juist ten tijde van de dreigingen die uitgingen van de ‘Young Pretender’, waarmee deze essays weer actueel werden. Daarbij is het vermeldenswaard dat Le Clercq ook het jaar daarna het derde deel van zijn vertaling van Van Effen's Misantrope-essays aanvulde met nog weer twintig andere nummers uit diezelfde Freeholder.Ga naar eind17

Ongetwijfeld was de zeer produktieve Pieter Le Clercq een vertaler om den brode - meer dan eens beveelt hij in een voetnoot ook andere vertalingen van zijn hand aanGa naar eind18 - maar dit sloot, zoals we constateerden, een levendige belangstelling voor zijn onderwerpen, allerminst uit. De serieuze doelstelling van deze onderneming komt bovendien uit in de ondertitel van de vertaling: ‘Verrezene Socrates’, ontleend aan die van de Franse vertaling: ‘Le Socrate Moderne’. De samenstellers van de Nederlandse tekst zijn het dus zeker eens geweest met de Franse vertaler dat, gezien wat Addison en Steele voor ogen had gestaan, de verwijzing naar de Griekse wijsgeer ‘respond assez juste au but... de bannir le Vice & l'Ignorance de leur Patrie, & à la méthode qu'ils y employent’.Ga naar eind19

 

C.W. Schoneveld

[pagina 160]
[p. 160]

Concordantie

A. Concordantie, in de volgorde van de Nederlandse Spectator.
   
B. Concordantie, in de volgorde van de Engelse Spectator.
   
Betekenis van de gebruikte symbolen:
   
Arabisch/Arabisch cijfer achter ‘-’ in lijst B:
  nummer van het deel van de vertaling, gevolgd door nummer van het vertoog.
Romeins cijfer boven de kolommen in lijst A:
  nummer van het betreffende deel van de vertaling.
B: vervolg op The spectator door William Bond (1715).
E: The spectator (1711-14).
F: The freeholder (1715).
N: De spectator of verrezene Socrates (1720-44).
*: dubbel vertaald, zie het betreffende nummer in lijst B.
+: met toevoeging van een fragment uit een ander nummer, zie het betreffende nummer in lijst A.
+( ): uit het nummer tussen haakjes is een fragment toegevoegd.
( - ): slechts een fragment uit het eerste nummer is vertaald, zie bij het tweede nummer in lijst A.
&: twee vertalingen van hetzelfde nummer.
-: niet vertaald.
?: bron onbekend.
{: Engels nummer gesplitst over twee Nederlandse nummers.

[pagina 161]
[p. 161]

A. Concordantie, in de volgorde van de Nederlandse Spectator

N-E N-E N-E N-E N-E
I II III IV V
01-01 01- 81 01-221 01-340 01-438
02-02 02- 82 02-219 02-342 02-439
03-03 03- 83 03-218 03-343 03-440
04-04 04- 84 04-222 04-344 04-441
05-05 05- 86 05-224 05-346 05-442
06-06 06- 87 06-225 06-348 06-444
07-07 07- 88 07-228 07-349 07-447
08-09 08- 89 08-230 08-350 08-448
09-11 09- 90 09-231 09-352 09-449
10-12 10- 92 10-232 10-353 10-450
11-15 11- 93 11-234 11-354 11-451
12-16 12- 94 12-236 12-355 12-452
13-17 13- 97 13-237 13-358 13-453
14-19 14- 98 14-238 14-359 14-455
15-20 15- 99 15-239 15-364 15-456
16-21 16-100 16-242 16-365 16-457
17-23 17- 101 17-243 17-367 17-458
18-24 18- 102 18-246 18-368 18-459
19-25 19-103 19-247 19-371 19-460
20-26 20-105 20-248 20-373 20-462
21-27 21-106 21-249 21-374 21-463

N-E N-E N-E N-E
VI VII VIII IX
01-544 01-267 01-398 01-485
02-549 02-273 02-405 02-516
03-550 03-279 03- 91 03-522
04-548 04-291 04-118 04-527
05-533 05-297 05-133 05-528
06-554 06-303 06-134 06-532+(526)
07-556 07-309 07-138 07-539
08-557 08-315 08-170 08-542
09-558 09-321 09-171 09-546
10-559 10-327 10-175 10-566
11-561 11-333 11-179 11-573
12-562 12-339 12-181 12-577
13-563 13-345 13-178 13-591+(602)
14-564 14-351 14-182 14-610+(609)
15-565 15-357 15-183 15-616
16-569 16-363 16-184 16-630
17-570 17-369 17-185 17-?
18-571 18- 39 18-186 18-?
19-572 19- 10 19-187 19-?
20-574 20- 13 20-188 20-636B
21-575 21- 14 21-189 21-637B

[pagina 162]
[p. 162]

N-E N-E N-E N-E N-E
I II III IV V
22-28 22-107 22-254 22-375 22-464
23-29 23-108 23-255 23-376 23-465
24-30 24-110 24-256 24-379 24-466
25-32 25-111 25-257 25-381 25-467
26-33 26-114 26-260 26-382 26-469
27-35 27-115 27-261 27-383 27-470
28-38 28-120 28-263 28-385 28-471
29-41 29-121 29-264 29-386 29-472
30-42 30-123 30-268 30-387 30-473
31-43 31-124 31-275 31-389 31-475
32-44 32-125 32-278 32-390 32-476
33-45 33-126 33-280 33-391 33-474
34-46 34-127 34-281 34-392 34-478
35-47 35-128 35-282 35-393 35-479
36-48 36-122 36-283 36-394 36-480
37-50 37-117 37-284 37-395 37-481
38-52 38-109 38-287 38-397 38-482
39-53 39-130* 39-289 39-399 39-483
40-54 40-131 40-292 40-401 40-487
41-55 41-132 41-293 41-402 41-489
42-56 42-143 42-294 42-403 42-491
43-57 43-151 43-295 43-404 43-493
44-58 44-152 44-298 44-407 44-494

N-E N-E N-E N-E
VI VII VIII IX
22-576 22- 18 22-190 22-638B
23-578 23- 31 23-191 23-640B
24-579 24- 34 24-192 24-641B
25-580 25- 37 25-193 25-643B
26-582 26- 85 26-194 26-646B
27-583 27-117 27-195 27-647B
28-584 28-119 28-196 28-649B
29-585 29-129 29-197 29-65 OB
30-586 30-130* 30-198 30-651B
31-587 31-136* 31-199 31-652B
32-588 32-137 32-201 32-656B
33-589 33-142 33-203 33-657B
34-590 34-149 34-206 34-661B
35-592 35-154 35-207 35-664B
36-593 36-157 36-211 36-665B
37-594 37-168 37-212 37-667B
38-595 38-180* 38-214* 38-668B
39-596 39-173 39-126 39-669B
40-597 40-356 40-229 40-670B
41-598 41-361 41-220 41-671B
42-599 42-360 42-241 42-672B
43-600 43-362 43-251 43-674B
44-601 44-384 44-423 44-67 5B

[pagina 163]
[p. 163]

N-E N-E N-E N-E N-E
I II III IV V
45-59 45-153 45-299 45-408 45-495
46-60 46-156 46-300 46-409 46-496
47-61 47-159 47-301 47-411 47-497
48-62 48-160 48-304 48-412 48-499
49-63 49-162 49-305 49-413 49-500
50-64 50-163 50-306 50-414 50-505
51-65 51-164 51-307 51-415 51-506
52-66 52-166 52-311 52-416 52-507
53-67 53-169 53-312 53-417 53-511
54-68 54-104 54-313 54-418 54-512
55-69 55-136* 55-316 55-419 55-513
56-72 56-165 56-317 56-420 56-514
57-73 57-150 57-322 57-421 57-517
58-75 58-145 58-323 58-422 58-518
59-76 59-148 59-324 59-424 59-519
60-77 60-144 60-209 60-426 60-520
61-79 61-146 61-210 61-427 61-521
62-80 62-167 62-213 62-428 62-523
  63-161 63-326 63-429 63-524
  64-139 64-328 64-430 64-525
  65-172 65-330 65-431 65-529
  66-174 66-214* 66-432 66-530
  67-176 67-215 67-433 67-531

N-E N-E N-E N-E
VI VII VIII IX
45-604   45-425 45-676B*
46-605   46-325 46-677B
47-606   47-446 47-678B
48-607   48-377 48-682B
49-608   49-252 49- } 683B
50-611   50-259 50- } 683B
51-612   51-265 51-684B
52-613   52-276 52-685B
53-614   53-277 53-686B
54-615   54-286 54-687B
55-617   55-318 55-688B + (644B)
56-618   56-320 56-690B
57-621   57-319 57-691B
58-622   58-477 58-692B
59-623   59-484 59-648B
60-624   60-274 60-680B
61-625   61-501 61- 10F
62-626   62-502 62- 17F
63-627   63-508 63- 22F
64-628   64-509 64- 25F
65-676B*   65-510 65-?
66-629     66- 44F
67-631     67- 30F

[pagina 164]
[p. 164]

N-E N-E N-E N-E N-E
I II III IV V
  68-177 68-331 68-434 68-533
  69-180* 69-336 69-435 69-534
  70-200 70-337 70-436 70-535
        71-536
        72-537
        73-543
        74-538

N-E N-E N-E N-E
VI VII VIII IX
68-633      
69-634      
70-635      
71-653B      
72-654B      
73-663B      
74-673B      

[pagina 165]
[p. 165]

B Concordantie, in de volgorde van de Engelse Spectator

E-N E-N E-N E-N E-N
01-1/01 40- 79-1/61 118-8/04 155-
02-1/02 41-1/29 80-1/62 119-7/28 156-2/46
03-1/03 42-1/30 81-2/01 120-2/28 157-7/36
04-1/04 43-1/31 82-2/02 121-2/29 158-
05-1/05 44-1/32 83-2/03 122-2/36 159-2/47
06-1/06 45-1/33 84-2/04 123-2/30 160-2/48
07-1/07 46-1/34 85-7/26 124-2/31 161-2/63
08- 47-1/35 86-2/05 125-2/32 162-2/49
09-1/08 48-1/36 87-2/06 126-2/33 163-2/50
10-7/19 49- 88-2/07 127-2/34 164-2/51
11-1/09 50-1/37 89-2/08 128-2/35 165-2/56
12-1/10 51- 90-2/09 129-7/29 166-2/52
13-7/20 52-1/38 91-8/03 130-2/39 167-2/62
14-7/21 53-1/39 92-2/10 & 7/30 168-7/37
15-1/11 54-1/40 93-2/11 131-2/40 169-2/53
16-1/12 55-1/41 94-2/12 132-2/41 170-8/08
17-1/13 56-1/42 95- 133-8/05 171-8/09
18-7/22 57-1/43 96- 134-8/06 172-2/65
19-1/14 58-1/44 97-2/13 135- 173-7/39
20-1/15 59-1/45 98-2/14 136-2/55 174-2/66
21-1/16 60-1/46 99-2/15 & 7/31 175-8/10
22- 61-1/47 100-2/16 137-7/32 176-2/67
23-1/17 62-1/48 101-2/17 138-8/07 177-2/68
24-1/18 63-1/49 102-2/18 139-2/64 178-8/13
25-1/19 64-1/50 103-2/19 140- 179-8/11
26-1/20 65-1/51 104-2/54 141- 180-2/69
27-1/21 66-1/52 105-2/20 142-7/33 & 7/38
28-1/22 67-1/53 106-2/21 143-2/42 181-8/12
29-1/23 68-1/54 107-2/22 144-2/60 182-8/14
30-1/24 69-1/55 108-2/23 145-2/58 183-8/15
31-7/23 70- 109-2/38 146-2/61 184-8/16
32-1/25 71- 110-2/24 147- 185-8/17
33-1/26 72-1/56 111-2/25 148-2/59 186-8/18
34-7/24 73-1/57 112-2/37 149-7/34 187-8/19
35-1/27 74- 113- 150-2/57 188-8/20
36- 75-1/58 114-2/26 151-2/43 189-8/21
37-7/25 76-1/59 115-2/27 152-2/44 190-8/22
38-1/28 77-1/60 116- 153-2/45 191-8/23
39-7/18 78- 117-7/27 154-7/35 192-8/24

[pagina 166]
[p. 166]

E-N E-N E-N E-N E-N
193-8/25 233- 274-8/60 315-7/08 356-7/40
194-8/26 234-3/11 275-3/31 316-3/55 357-7/15
195-8/27 235- 276-8/52 317-3/56 358-4/13
196-8/28 236-3/12 277-8/53 318-8/55 359-4/14
197-8/29 237-3/13 278-3/32 319-8/57 360-7/42
198-8/30 238-3/14 279-7/03 320-8/56 361-7/41
199-8/31 239-3/15 280-3/33 321-7/09 362-7/43
200-2/70 240- 281-3/34 322-3/57 363-7/16
201-8/32 241-8/42 282-3/35 323-3/58 364-4/15
202- 242-3/16 283-3/36 324-3/59 365-4/16
203-8/33 243-3/17 284-3/37 325-8/46 366-
204- 244- 285- 326-3/63 367-4/17
205- 245- 286-8/54 327-7/10 368-4/18
206-8/34 246-3/18 287-3/38 328-3/64 369-7/17
207-8/35 247-3/19 288- 329- 370-
208- 248-3/20 289-3/39 330-3/65 371-4/19
209-3/60 249-3/21 290- 331-3/68 372-
210-3/61 250- 291-7/04 332- 373-4/20
211-8/36 251-8/43 292-3/40 333-7/11 374-4/21
212-8/37 252-8/49 293-3/41 334- 375-4/22
213-3/62 253- 294-3/42 335- 376-4/23
214-3/66 254-3/22 295-3/43 336-3/69 377-8/48
& 8/38 255-3/23 296- 337-3/70 378-
215-3/67 256-3/24 297-7/05 338- 379-4/24
216-8/39 257-3/25 298-3/44 339-7/12 380-
217- 258- 299-3/45 340-4/01 382-4/25
218-3/03 259-8/50 300-3/46 341- 382-4/26
219-3/02 260-3/26 301-3/47 342-4/02 383-4/27
220-8/41 261-3/27 302-3/48 343-4/03 384-7/44
221-3/01 262- 303-7/06 344-4/04 385-4/28
222-3/04 263-3/28 304- 345-7/13 386-4/29
223- 264-3/29 305-3/49 346-4/05 387-4/30
224-3/05 265-8/51 306-3/50 347- 388-
225-3/06 266- 307-3/51 348-4/06 389-4/31
226- 267-7/01 308- 349-4/07 390-4/32
227- 268-3/30 309-7/07 350-4/08 391-4/33
228-3/07 269- 310- 351-7/14 392-4/34
229-8/40 270- 311-3/52 352-4/09 393-4/35
230-3/08 271- 312-3/53 353-4/10 394-4/36
231-3/09 272- 313-3/54 354-4/11 395-4/37
232-3/10 273-7/02 314- 355-4/12 396-

[pagina 167]
[p. 167]

E-N E-N E-N E-N E-N
397-4/38 438-5/01 479-5/35 520-5/60 561-6/11
398-8/01 439-5/02 480-5/36 521-5/61 562-6/12
399-4/39 440-5/03 481-5/37 522-9/03 563-6/13
400-- 441-5/04 482-5/38 523-5/62 564-6/14
401-4/40 442-5/05 483-5/39 524-5/63 565-6/15
402-4/41 443-- 484-8/59 525-5/64 566-9/10
403-4/42 444-5/06 485-9/01 (526-9/06) 567--
404-4/43 445-- 486-- 527-9/04 568--
405-8/02 446-8/47 487-5/40 528-9/05 569-6/16
406-- 447-5/07 488-- 529-5/65 570-6/17
407-4/44 448-5/08 489-5/41 530-5/66 571-6/18
408-4/45 449-5/09 490-- 531-5/67 572-6/19
409-4/46 450-5/10 491-5/42 532-9/06+ 573-9/11
410-- 451-5/11 492-- 533-5/68 574-6/20
411-4/47 452-5/12 493-5/43 534-5/69 575-6/21
412-4/48 453-5/13 494-5/44 535-5/70 576-6/22
413-4/49 454-- 495-5/45 536-5/71 577-9/12
414-4/50 455-5/14 496-5/46 537-5/72 578-6/23
415-4/51 456-5/15 497-5/47 538-5/74 579-6/24
416-4/52 457-5/16 498-- 539-9/07 580-6/25
417-4/53 458-5/17 499-5/48 540-- 581--
418-4/54 459-5/18 500-5/49 541-- 582-6/26
419-4/55 460-5/19 501-8/61 542-9/08 583-6/27
420-4/56 461-- 502-8/62 543-5/73 584-6/28
421-4/57 462-5/20 503-- 544-6/01 585-6/29
422-4/58 463-5/21 504-- 545-- 586-6/30
423-8/44 464-5/22 505-5/50 546-9/09 587-6/31
424-4/59 465-5/23 506-5/51 547-- 588-6/32
425-8/45 466-5/24 507-5/52 548-6/04 589-6/33
426-4/60 467-5/25 508-8/63 549-6/02 590-6/34
427-4/61 468-- 509-8/64 550-6/03 591-9/13+
428-4/62 469-5/26 510-8/65 551-- 592-6/35
429-4/63 470-5/27 511-5/53 552-- 593-6/36
430-4/64 471-5/28 512-5/54 553-6/05 594-6/37
431-4/65 472-5/29 513-5/55 554-6/06 595-6/38
432-4/66 473-5/30 514-5/56 555-- 596-6/39
433-4/67 474-5/33 515-- 556-6/07 597-6/40
434-4/68 475-5/31 516-9/02 557-6/08 598-6/41
435-4/69 476-5/32 517-5/57 558-6/09 599-6/42
436-4/70 477-8/58 518-5/58 559-6/10 600-6/43
437-- 478-5/34 519-5/59 560-- 601-6/44

[pagina 168]
[p. 168]

E-N E-N E-N E-N E-N
(602-9/13) 622-6/58 640-9/23 660-- 679--
603-- 623-6/59 641-9/24 661-9/34 680-9/60
604-6/45 624-6/60 642-- 662-- 681--
605-6/46 625-6/61 643-9/25 663-6/73 682--
606-6/47 626-6/62 (644-9/55) 664-9/35 683- { 9/49
607-6/48 627-6/63 645-- 665-9/36 683- { 9/50
608-6/49 628-6/64 646-9/26 666-- 684-9/51
(609-9/14) 629-6/66 647-9/27 667-9/37 685-9/52
610-9/14+ 630-9/16 648-9/59 668-9/38 686-9/53
611-6/50 631-6/67 649-9/28 669-9/39 687-9/54
612-6/51 632-- 650-9/29 670-9/40 688-9/55+
613-6/52 633-6/68 651-9/30 671-9/41 689--
614-6/53 634-6/69 652-9/31 672-9/42 690-9/56
615-6/54 635-6/70 653-6/71 673-6/74 691-9/57
616-9/15   654-6/72 674-9/43 692-9/58
617-6/55 BOND: 655-- 675-9/44 693--
618-6/56 636-9/20 656-9/32 676-9/45 694--
619-- 637-9/21 657-9/33 & 6/65 695--
620-- 638-9/22 658-- 677-9/46 696--
621-6/57 639-- 659-- 678-9/47  

Summary
The Dutch Translation (1720-44) of the English Spectator, Discussion and Concordance

This translation contains only a selection, of 415 out of the 635 numbers of The Spectator, their numbering starting at one in each of its 9 vols, without quoting the original number. In addition, vol. 6 contains 5 and vol. 9 40 out of the 61 numbers of William Bond's continuation of 1715; vol. 9 also has 6 numbers from Addison's Freeholder. The printing history is reflected in the following diagram:

vol.no.
- I II III IV V VI VII VIII IX
ed.no.
1 1720 1720 1723 1724 1726 1727 1735(+38) 1738 1744(+59)
2 1725 1730 1730 1730 1731 1730 1759 1752(+59)  
3 1731 1743 1743 1743 1743 1743      
4 1743                

The brackets indicate reissues. Another reprint, not traced, came out before 1773, hut thereafter its popularity dwindled, witness the quotations in English on pp. 149-50 above (1832). The first 3 vols were translated by one A.G.L.R.G., the

[pagina 169]
[p. 169]

others by Pieter Le Clercq. Vols 7-9 were a separate undertaking, starting with 17 of the 18 Paradise Lost essays originally left out. Two Dutch versions of the poem had appeared in the meantime. The sequence of the remaining numbers indicate that the whole Spectator was culled twice again and eked out by the Bond sequel.

Basing itself on the list in note 4, the table on p. 152 shows the over/underrepresentation of topics. Le Clercq revised vols 1-3, converting the mottoes into verse as his own were in the others, where he also retained many more verse quotations within the body of the text. His prefatory matter shows him to favour a more faithful rendering than A.G.L.R.G.

Concordance A follows the order of the Dutch translation, B that of the English text. An * means translated twice. Partial versions are indicated by brackets, additions from other numbers by +. In each case consult the companion list.

eind1
The Spectator, vol. 9, London, 1753. BL. shelfmark PP 5250 fa.
voetnoot*
Noten zie p. 158
eind2
N.G. van Kampen, Verhandeling [over den invloed der Engelsche letterkunde op de Hollandsche letterkunde]... benevens de vertaling in het Engelsch door B.S. Nayler, met aanteekeningen, Amsterdam, Nayler en Co., 1836, p. 30. Deze verhandeling was oorspronkelijk gehouden in 1832. Van Kampen stelde zelf een bloemlezing samen: Lessen van levenswijsheid en menschenkennis opgezameld uit den Hollandschen Spectator, Deventer, I, 1838.
eind3
Dit geldt voor deel 2 no. 36 t/m 38 en 54 t/m 64; deel 3 no. 2 en 3, 60, 61, 62, 66 en 67; deel 5 no. 33 en 74; deel 6 no. 4 en 5.
eind4
J.E. Evans and John Wall jr., A guide to prose fiction in the Tatler and the Spectator, New York, London, 1977, pp. 365-66.
eind5
Zie de ‘contents’ in The Coverley Papers from the ‘Spectator’, ed. O.M. Myers, Oxford, 1956 (1e ed. 1908); deze omvat de no's 106 t/m 132 (behalve 111 en 124) en 269, 329, 335, 359, 383 en 517. Hiervan bleven in deel 1 t/m 6 onvertaald; 113, 116-19, 129, 269, 329, 335.
eind6
Dit is het Engelse no. 41. Ook uit 44 en 323 geeft de 2de druk stukjes in verzen. Proza vertalingen blijven gehandhaafd in 237 en 238. De vele (nummers met) verzen die uitvallen, ook in de tweede druk van deel 1 t/m 3, betreffen: 8, 12, 40, 44, 59, 70, 74, 89, 116, 117, 141, 149, 162, 171, 198, 208, 211, 223, 224, 229, 249, 253, 266, 267, 273, 279, 285, 291, 297, 303, 309, 315, 321, 327, 333, 339.
eind7
De spectator, deel I, 2de druk, Amsterdam, 1725, sig. [*6V].
eind8
In een voordracht voor het jaarlijkse ‘mini-symposium’ van de Werkgroep Engels-Nederlandse Betrekkingen/ Sir Thomas Browne Institute, te Leiden. De teksten van deze symposia worden uitgegeven door E.J. Brill te Leiden.
eind9
(Nummers met) verzen die vervallen betreffen: 345, 351, 356, 357, 363, 366, 369, 388, 400, 406, 410, 425, 443, 456, 461, 463, 473, 488, 490, 513, 527, 532, 538, 541, 551, 577, 591, 602, 603, 610, 617, 620, 630, 632. Proza vervalt uit: 502 en 534. Nummers waaruit de gedichten wel zijn opgenomen zijn: 359, 365, 390, 393, 395, 414, 417, 418, 419, 421, 422, 435, 438, 441, 448, 453, 465, 472, 518, 521, 590, 593, 614, 621, 628.
eind10
Verzen werden op eigen initiatief aan de vertaling toegevoegd van 355, 395, 412, 435, 455, 470. Stukjes proza zijn toegevoegd aan 489, 562 en 572.
eind11
Le spectateur ou le Socrate moderne, deel III, Preface du Traducteur, geciteerd volgens de 3de druk, Amsterdam, 1720, sig. *3.
eind12
't Paradys verlooren, heldendicht in tien boeken door John Milton, uyt het Engelsch in rymelooze maat vertaald door J. van Zanten, M.D., Haarlem, 1728.
eind13
Het Paradys verlooren, geschetst na 't Engelsch heldendicht van John Milton, door L.P., Amsterdam, 1730. In zijn Voorbericht aan den Leezer bekent Paludanus de Engelse taal niet machtig te zijn en zich van de vertaling van Van Zanten te hebben bediend, sig. [*3V].
eind14
Id. sig. *3-[*3V].
eind15
Id. sig. [**3V].
eind16
Le spectateur, deel VI, Amsterdam, 1726, Preface du Traducteur, sig. *1.
eind17
J. van Effen, De misantrope of de gestrenge zedenmeester, deel III, Amsterdam, 1745, no's 56-75.
eind18
Zie I 41 (Boileau), II 19 en V 41 (Longinus), de twee eerstgenoemde vanaf de 2de druk; VI 12 (‘boertig en ernstig tydverdryf’) en IX 20 (Tatler of Snapper en de Guardian of Britsche zedenmeester).
eind19
Le spectateur, deel I, geciteerd naar de 3de druk, Amsterdam, 1719, Preface du Traducteur, p. X.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over dit hoofdstuk/artikel

titels

  • over De Spectator, of Verrezene Socrates


auteurs

  • C.W. Schoneveld

  • over Pieter le Clercq

  • over [tijdschrift] Spectator of Verrezene Socrates, De