Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Elseviers Geïllustreerd Maandschrift. Jaargang 44 (1934)

Informatie terzijde

Titelpagina van Elseviers Geïllustreerd Maandschrift. Jaargang 44
Afbeelding van Elseviers Geïllustreerd Maandschrift. Jaargang 44Toon afbeelding van titelpagina van Elseviers Geïllustreerd Maandschrift. Jaargang 44

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (39.52 MB)

ebook (38.29 MB)

XML (2.42 MB)

tekstbestand






Genre

sec - letterkunde

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Elseviers Geïllustreerd Maandschrift. Jaargang 44

(1934)– [tijdschrift] Elsevier's Geïllustreerd Maandschrift–rechtenstatus Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Het Kwiatkowska (in den kunsthandel Santee Landweer, Amsterdam)

Het gebeurt niet elken dag, dat men, komende voor het werk van een onbekend schilder, reeds de eerste seconde overtuigd is, te staan voor den arbeid van een ‘geboren schilder.’ Eigenlijk is dit een uitzondering; de meeste schilders van heden schijnen tot het schilderen te komen door een min of meer ‘artistieken’ aanleg, welke maar een beetje méér noodig zou hebben om te stuwen in de richting van litteratuur, muziek, kunstnijverheid. Een vooropgezette meening, dat men voor schilder ‘in de wieg is gelegd’ - hoewel de baker er meestal dood-onschuldig aan is, - gevoegd bij een zekere mate van vlijt, doet dan de rest en na de eerste exercities met de verf breekt al heel spoedig het heerlijke oogenblik aan, dat men exposeert. Over den verderen lijdensweg behoeven we niet uit te weiden. Maar nu ons elken dag wordt bijgebracht, dat de Kunst ‘in nood’ is, moet de verzuchting van het hart, dat de nood van de Kunst inderdaad hoog is omdat er zoovele schilders zijn, die veel beter verver, étaleur of stoffeerder waren geworden en wier ongare ‘doeken’ nu worden aangekocht voor geld, dat beter kan worden gebruikt.

Gelukkig, er zijn nog altijd ‘geboren schilders,’ die onweerstaanbaar schilderen moeten en die in elken toets die overtuiging en superioriteit leggen, welke uit geen andere bron kan wellen dan uit den natuurlijken aanleg. Men vindt bij die ‘geboren schilders’ kunstenaars, die verder niets in hun mars hebben dan hun schilderlijke begaafdheid. Hun werk kan mooi, bekoorlijk zijn, maar blijft leeg. De begenadigden zijn dan die schilders, die meer aan geestelijken inhoud in het leven hebben meegekregen en daarmee hun kunst kunnen opstuwen tot boven het peil der visueele kwaliteiten. Tot deze laatste categorie behoort ongetwijfeld de Poolsche schilderes Het Kwiatkowska, die - als zooveel andere harer landgenooten - haar vaderland, waar de publieke belangstelling in beeldende kunst gering schijnt te zijn, verliet om in den vreemde te werken. Gelijk Stefan Mrozewski, de jonge Poolsche meester in de grafiek, zijn heil zocht in Amsterdam (na een verblijf van eenige jaren in Parijs) trok mejuffrouw Kwiatkowska al vroegtijdig naar Parijs, waar zij bleef wonen en werken.

De kennismaking met haar werk - een evenement in het Amsterdamsche

[pagina 140]
[p. 140]

kunstleven van dit jaar - danken wij aan het gelukkig initiatief van den Kunsthandel Santee Landweer, die reeds zooveel opmerkelijke buitenlandsche kunst hier introduceerde. En dit werk is gelijk haar persoon, eenvoudig, eerlijk, krachtig. Het is niet specifiek-vrouwelijk. De eerste indruk, dien men bij haar werk krijgt, is, dat haar schilderen recht uit het hart komt en geen litteraire of intellectueele bijmengsels vertoont. Er zijn geen overwegingen van styleering, geen neigingen tot opzettelijkheden. Invloeden van stroomingen als expressionisme, neo-realisme, enz. ziet men bij haar niet. Minder dan de vorm moet het licht haar sterk interesseeren; in haar landschappen en enkele voor een raam geplaatste stillevens ontwaart men deze liefde om uitdrukking te geven aan het licht in zijn verschillende gesteldheden. In zooverre zou men haar een late luministe kunnen noemen en wordt het feit verklaard, dat haar werk ons Hollanders zoo na staat. Geen wonder, dat zij verrukt is van het dampige, de omtrekken verzachtende, kleuren-versmeltende licht van Holland!

Haar gevoelige waarneming van het licht blijkt het beste, wanneer men een vergelijking maakt tusschen werk uit Parijs, als b.v. bloemen voor een geopend venster, in die wat grijze, nog noordelijke atmosfeer van de hoofdstad, haar landschappen langs de Dordogne met het verzadigd groen van boomen en weiden en de doeken uit de Midi met het klare, droge licht, dat de omtrekken hard maakt. In al dit werk en ook in de stillevens toont mej. Kwiatkowska zich overigens een coloriste van beteekenis. De vaste structuur van haar doeken treft evenzeer als haar voortreffelijk teekenen en wie aan dit laatste mocht twijfelen zal zich wel gewonnen moeten geven, als hij haar meesterlijke sanguines van naaktfiguren ziet, of de enkele geschilderde figuurstukken van haar hand, gelijk het hierbij afgebeelde, dat treffend is door zijn muzikale rythme, mooie compositie en voorname, blank gehouden kleur.

Bij deze sanguines, teekeningen in rood krijt van vrouwelijke naakten, waarin dan het haar en soms een omtrek met blauwe inkt is weergegeven, moet men wel even stilstaan. Zulke krachtige, technisch zoo volkomen gave, warm-levende evocaties van het naakt als deze van Het Kwiatkowska ziet men niet vaak, De meesterlijke hanteering van het krijt zegt al genoeg van haar ongewone begaafdheid. Maar verder! Hoe heeft zij de macht om in deze naakten de volumina te laten spreken, de contouren in één zwaai neer te schrijven en het geheel te sluiten in een vaste compositie! Het is zoo uitermate plastisch, dat men het zou kunnen houden voor studies van een beeldhouwer.

Zoo leerden wij mej. Kwiatkowska kennen als een zeer begaafde schilderes van groote veelzijdigheid. Dat haar werk ons Hollanders zoo vertrouwd lijkt, kan men toeschrijven aan haar subtiele gevoeligheid voor het licht, de intimiteit van sommige stillevens en de aan Rubens herinnerende teekeningen van vrouwelijke naakten.

J.S.

[pagina XXIX]
[p. XXIX]


illustratie
jan kriege
gedreven kandelaars
(tombakkoper)




illustratie
jan kriege
wierookvat
(tombakkoper)


[pagina XXX]
[p. XXX]


illustratie
het kwiatkowska
vrouwelijke figuren



Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken