Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Gids. Jaargang 94 (1930)

Informatie terzijde

Titelpagina van De Gids. Jaargang 94
Afbeelding van De Gids. Jaargang 94Toon afbeelding van titelpagina van De Gids. Jaargang 94

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (7.66 MB)

Scans (82.94 MB)

ebook (4.25 MB)

XML (3.57 MB)

tekstbestand






Genre

proza
poëzie
sec - letterkunde
sec - taalkunde

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Gids. Jaargang 94

(1930)– [tijdschrift] Gids, De–rechtenstatus Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 397]
[p. 397]

Economie en geest

Aan een Predikant.

Laatst in een algemeen gesprek vroegt Gij plotseling op de U eigene wijze aarzelend vooral dàn - en niet ten onrechte - wanneer het om een vraag gaat, wier bevredigende beantwoording niet in 's menschen macht ligt, of het niet mogelijk was, dat de meest verheven, vergeestelijkte levenshouding tevens in praktischen of economischen zin de meest verkieselijke ware. Wij gingen zonder ons verder in de vraag veel te verdiepen weer op andere dingen over, maar zoo het den anderen gegaan is als mij, moet hen de vraag sindsdien niet hebben losgelaten. Zoo Uw vraag uiting was van hoop op een heilstaat op aarde, gevolg van braafheid der menschen (ik zeg dit zonder eenige ironie), waardoor de wrijvingen, door de accentueering der onderlinge verschillen ontstaan, zouden wegvallen, dan ware het antwoord, dat zeer zeker ook daarmede de in economischen zin schadelijke werking dier wrijvingen zou verdwijnen, tegelijk met het daarbij ontstane ‘nuttelooze’ energie-verlies. Maar hadt Gij deze vraag zoo direct bedoeld, dan ware Uw voor mij zoo begrijpelijk aarzelende toon niet verklaarbaar geweest: de vraag stellend hadt Gij haar immers reeds voor U zelf beantwoord. Want niet de vraag, hoe goed het zou zijn wanneer de leeuw zich naast het schaap vredig neerlegde, hield U in twijfei, maar wel bedoeldet Gij te vragen, van welk voedsel de leeuw na het intreden van dien toestand leven moest. Immers, wil de leeuw op den duur het schaap met broederlijke genegenheid blijven beschouwen, zoo vragen wij ons angstig af, zal deze leeuw dan niet met koekjes gevoerd moeten worden tot berstens

[pagina 398]
[p. 398]

vol, dat is tot salonleeuw moeten worden en zou dit eigenlijk niet erger zijn, dan dat de leeuw het schaap opat, aldus handelend naar zijn inborst. Wordt Gij boos, als ik zeg, handelend naar de bedoeling van zijn Schepper? Want op dit ondoorgrondelijke doelde toch Uw vraag, die, naar Gij het zelf voeldet, door menschen niet te beantwoorden is, dat innerlijk wij ons er wel nooit bij zullen kunnen neerleggen, dat het schaap wordt opgegeten, maar ook weer evenmin den leeuw met koekjes te voeren, omdat wij innerlijk heel goed weten, dat dit iets is, wat den leeuw als zoodanig geheel vreemd is. Blijft er ons dan nog iets anders over dan de controverse onopgelost te laten en ons bescheidenlijk en ootmoedig bij het feit neer te leggen, dat wij tot het geven van eene oplossing niet in staat zijn? Wij kunnen immers geen ‘oplossingen’ eischen in een leven, dat vervloeit en waarin de oplossing van heden door het morgen in twijfel zal en moet worden getrokken, en dus nooit anders dan tijdelijk zal kunnen zijn.

Uw vraag toch doelt naar de beteekenis van het leven zelf en is in wezen dezelfde als de wensch het oneindige, het eeuwige te doorgronden. Wie zal echter het wezen van het tijdelijke verstaan, die niet het oneindige kent, en is dat kenbaar? Zoo doet het leven zelf en al het levende zich aan ons voor, als de door Bolland als bekend doch ongekend gekenschetste natuur en ik zou daarbij het accent op ongekend willen leggen. Spreekt het niet reeds vanzelf, dat wij, den oorsprong des levens niet kennende, het doel of de bedoeling evenmin kennen kunnen en moet men dan niet veel eerder accepteeren, dat de oerkracht van den het schaap etenden leeuw der scheppingsgedachte van het genus leeuw nader staat dan vandenzich naast het schaap neervleienden leeuw, zoolang althans het leven niet stilstaat doch verder gaat. Want wat blijft den leeuw anders over voor zijn rommelende maag dan het schaap, tenzij dan de koekjes, maar die wilt ook Gij den leeuw toch niet voeren? Leggen wij ons dan niet liever neer bij het feit van het bestaan van strijd, van verschillen, van tegenstellingen en van gebrek aan.... economie, wat, hetgeen het laatste betreft, ook de eindigheid der economie beduidt, die ook al geen absolute doelstelling is of zijn kan in een vloeiende tijdelijkheid. Was Uw vraag niet, zonder dat Gij het vermoeddet, ingegeven door

[pagina 399]
[p. 399]

een stil verlangen naar het vinden van een tatsbaar bewijs van Uw geloof of anders gezegd van een snijpunt van eindigheid met oneindigheid, van Godheid en wereld? Maar van zulk een snijpunt gewaagt de geschiedenis slechts éénmaal en het Nieuwe Testament handelt daarover. Ik geloof, dat wij ons bij den strijd, de verschillen, de tegenstellingen, het oneconomische moeten neerleggen, niet morrend, ook niet gelaten, maar zooals Gij, ietwat aarzelend vragend, wetend geen antwoord te kunnen verwachten.

Wie ontkomt aan de levende kracht van de creatieve gedachte, die zich uit in de ontwikkeling van den eikel tot eik, van het beukenootje tot beuk, van die geïnspireerde doelbewuste kracht, waarmede deze gedachte zich realiseert bij elk op eigene wijze, van het kleinste begin af tot daar in robuste kracht de boomen voor U staan. Wat de menschheid echter ontbreekt is dat vaste geloof, als die boomen langs vaste banen geleid te worden, een eigen taak langs vaste lijnen te vervullen te hebben, om met Spengler te spreken ‘in vorm’ te zijn, het meesleepende contact te voelen met de creatieve gedachte. De eigen-wijsheid heeft ons steeds verder weg gevoerd, de appel van den boom der kennis is ons wel slecht bekomen. De quasi op ruim standpunt zich stellenden, die de verschillen meenen te mogen wegvagen en meenen daarboven te staan, bemerken niet, dat zij aan de heusche, mag ik zeggen Goddelijke, verschillen lang niet toe zijn. Toch schijnt het mij, dat in onzen tijd deze quasi grootschheid wel eindelijk door velen als slapheid gevoeld wordt en dat zij bezig zijn te trachten, de reëele verschillen als zoodanig te onderkennen, niet bang zijnde schoone aureolen der grootschheid te verliezen. Laten wij ons deswegen niet schamen, want bij het zoeken naar het kleine echte, zal het groote onechte verdwijnen en het meest waardevolle van de twee zal blijven. Gij, die het Christendom zoo voelt als absoluut, en hoe benijd ik U er om, zal het niet willen ruilen, al ging het om Uw ziel, voor een ‘eenheid aller godsdiensten’ en zal niet een reëel en niet door snobisme misvormd nationalisme of, laten wij eens hoopvol zijn, een reëel Pan Europa, als het moet met strijd (maar een geïnspireerden), U meer lokken dan een bleeke eenheid van alle volkeren der wereld? Is niet de werkelijke

[pagina 400]
[p. 400]

eenheid, die aan de oppervlakte quasi gevonden wordt, alleen oprechtelijk te verkrijgen door langs de wortels tot den gemeenschappelijken oorsprong door te dringen? En dan zal langs de hervonden wortels het Goddelijke levenssap naar ons worden toegevoerd en twijfel zal ons verre zijn. Maar wie vraagt er dan nog naar economie?

 

Catechisant


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken