Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Gids. Jaargang 114 (1951)

Informatie terzijde

Titelpagina van De Gids. Jaargang 114
Afbeelding van De Gids. Jaargang 114Toon afbeelding van titelpagina van De Gids. Jaargang 114

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave



Genre

proza
poëzie
sec - letterkunde
sec - taalkunde

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Gids. Jaargang 114

(1951)– [tijdschrift] Gids, De–rechtenstatus Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 98]
[p. 98]


illustratie

Indonesische poëzieGa naar voetnoot*

Siti Nuraini
Vrouw
 
Het is een vrouw, verdwaasd. Dor breekt een tak af
 
onder haar hand in het hoge raam geleund.
 
Uit de verte roepen geheimen, op haar hartslag
 
rijzen gewaarwordingen ongekend.
 
 
 
Binnen in haar is het vertrouwd: een meer ligt open,
 
een tweede wereld achter haar grensbestaan.
 
Haar liefde en hartstochten dwalen er op de bodem
 
in kringen rond en kwamen nimmer aan.
 
 
 
Het vale huis, omarmd door eenzaamheid,
 
verschrikt de vogels die er 's avonds in verdwalen:
 
ze rilt, wil weg. Op de drempel overvallen
 
haar duizelingen - de deur kan ze bijtijds
 
terugduwen. En haar gezicht valt dicht.
[pagina 99]
[p. 99]
Taslim Ali
Nevel
 
Nevelen kruipen traag
 
bergopwaarts uit de valleien -
 
Ochtendwind steekt op, verjaagt
 
hem, hoger weer, hier voorbij.
 
 
 
Een mens, een mensenkind,
 
zinnend op kleding en haren.
 
Nevel bekruipt uit de dalen
 
wie hoger en hoger klimt.
 
 
 
Stoffig de stok in zijn hand.
 
Het doel - op de bergtoppen peinzen,
 
en hoop neuriet zacht in zijn hart:
 
doorgrond het geheim van het Wezen.
 
 
 
Beproevingen aangewaaid
 
zingen en lokken zijn zinnen -
 
reeds gaan zijn schreden vertraagd
 
en hij zint: misschien zou het kunnen
 
dat de wind alle nevel verjaagt?
[pagina 100]
[p. 100]
Muhammad Rustandi Kartakusuma
Twee opvarenden van de Titanic
 
Nog even en wij zullen tot de zee ingaan
 
en tot ons ingaan zal de zee -
 
langzaam glijden wij dan de diepten in
 
als losgeraakte vliegers door de lucht omlaag
 
 
 
Zullen wij vastraken aan onderzeese boomgroei
 
of onderweg door haaien worden meegesleurd
 
of tenslotte op de bodem belanden om dan weer
 
ruggelings, met glazige ogen, boven te drijven?
 
 
 
Geen sprake van. Wild woeden zullen we,
 
gekooide vogels waar de kat op aast,
 
al slaan wij thans nog zo berustend
 
onze ogen ten hemel op.
 
 
 
Opschuimen zullen we als de zee zelve, woeden, om onze
 
uiterste ademtocht binnen te houden -
 
 
 
O Leven! Leven voor het huis, op het grasveld
 
waarover korrelend het lachen der kinderen!
 
Leven, dat in de bomen is en bij de machines!
 
Hoe kunnen wij dit ooit opgeven zonder verweer?
[pagina 101]
[p. 101]
Rivai Apin
Mens ten einde
 
Voor Chairil Anwar
 
Ik geef het op, met al mijn rijkdom. Laten
 
heden en toekomst dan hun gang maar gaan:
 
een ligstoel in een schemerlichte kamer bij avond
 
en smeulend in mijn hand een sigaret.
 
 
 
Deze dagen richt ik in tot heiligdom van het voorbije
 
en dan zal ik soms lachen, in mezelf, en glimlachen.
 
 
 
Bij iedere sterfdag dompel ik mij onder
 
in de bestofte dingen, de vergane -
 
doch na de allerlaatste geeuw word ik bang,
 
terzijde zakt mijn hoofd, mijn mond hangt
 
slap open, tussen zware lippen klagende:
 
nieuwe dagen lachen het verleden omver.
[pagina 102]
[p. 102]
Utuy T. Sontani
Vaderland
 
Deze draden van jou naar mij
 
je had ze tevens geweven
 
uit al je wijding tot aan de enkele
 
naar de sterren wuivende palm.
 
 
 
Daarvan alleen is mijn
 
hart gaan bewegen, en bonzen mijn longen
 
en de muziek die verdergolft van eeuw tot eeuw
 
op al de ruimte van je ademtochten
 
ze stuwt mij onophoudelijk
 
wegen op waar mijn schreden verder
 
dan de wuivende palmen gaan.
 
 
 
Aangevangen in dit hart
 
op je geringste lief en leed meetrillende
 
zal mijn stap voortgaan op mijn fonkelende doel af
 
langs werk eenmaal volbracht van hoofd en handen
 
dat voor de ogen blinken
 
en in de oren klinken zal -
 
 
 
Laat dan mijn trotse gang en laat mijn lied
 
de greep doen tot de maan en tot de sterren!
[pagina 103]
[p. 103]
Asrul Sani
Variaties op een momentopname
 
Merk het gedempte kreunen slepend op de lege weg, een kampongpaard
 
en hoe het afgebeuld en afgemat met de avondval ineenzakt
 
zodra de felle hunkering van zon door warrelend stof een einde vindt
 
enkel in vogels die zingen en een kind dat stil wordt vanzelve.
 
 
 
Dof slaan scheepstouwen neer en zeilen, en droef en doelloos zit dan
 
ineen en vereenzaamd hoog op de kale mast de zeemeeuw
 
zodra de felle hunkering van zon door volle golfslag een einde vindt
 
in enkel geklots, toonloos, en een net dat stil wordt vanzelve.
 
 
 
Neem afstand tot iedere zucht en verwerp ieder opkomend snikken.
 
en denk de omgeving, de rondwarende en verlammende, weg:
 
los willen wij, om te bewijzen dat vrijheid bestaan kan
 
terwijl nog het tijdstip hier ijdel rumoert van eigenbelang.
 
 
 
Wacht niet af tot het kampongpaard los uit zijn eenzaamheid komt
 
en of zich ooit weer de zeemeeuw ontvouwt van de mast af, de doodse:
 
Zwaar zij de prijs, maar de tijden dringen. Een laatste wuiven
 
je liefde toe, en om het roer, en méé naar buiten!
 
 
 
Laat is het uur geworden, laat van afmatting en arbeid,
 
en paard en zeemeeuw zijn reeds los van het voorbijgaande;
 
laten ook wij er niet meer in bevangen blijven: in de nachtelijke
 
valleien is ruimte te over om ochtenden voor te bereiden.

voetnoot*
(Vertaling van Hetty van Kempen en Dolf Verspoor)

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over dit hoofdstuk/artikel

auteurs

  • Rivai Apin

  • Siti Nuraini

  • Taslim Ali

  • Muhammad Rustandi Kartakusuma

  • Utuy T. Sontani

  • Asrul Sani


vertalers

  • Dolf Verspoor

  • Hetty van Waalwijk