Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Handboek voor den soldaat (KMA Breda) (1937)

Informatie terzijde

Titelpagina van Handboek voor den soldaat (KMA Breda)
Afbeelding van Handboek voor den soldaat (KMA Breda)Toon afbeelding van titelpagina van Handboek voor den soldaat (KMA Breda)

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.50 MB)

XML (0.33 MB)

tekstbestand






Genre

non-fictie

Subgenre

non-fictie/lifestyle


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Handboek voor den soldaat (KMA Breda)

(1937)–Anoniem Handboek voor den soldaat–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 112]
[p. 112]

Hoofdstuk XXII. Voeding.

Ten behoeve van de soldijgenietende miltairen wordt zooveel mogelijk een gezamenlijke menage gevoerd.

De regimentscommandant kan om gewichtige redenen vrijstelling van deelneming aan de menage, zonder toekenning van de vergoeding wegens gemis van levensmiddelen, verleenen.

De buiten de kazerne wonenden zijn buiten de menage. De regimentscommandant kan hun vergunnen, daaraan deel te nemen.

Ongehuwde korporaals en soldaten, vrijgesteld van deelneming aan de menage, die wegens straf de kazerne niet mogen verlaten, worden gedurende hun straftijd in de menage opgenomen. Israëlieten, voor wie ritueel voedsel in de kazerne kan worden gebracht, kunnen van deelneming aan de menage vrijgesteld blijven.

Vrijstelling van deelneming aan de menage, onder toekenning van de vergoeding wegens gemis aan levensmiddelen, kan worden verleend:

a.aan soldij-genietende beroepsmilitairen, die met verlof vertrekken en tijdig, vóór den inkoop, op de wijze door den commandant van de compagnie te bepalen, den wensch te kennen geven op den middag voorafgaande aan den dag, waarop het verlof ingaat, niet aan de menage deel te nemen;
b.aan soldij-genietende beroepsmilitairen, die met verlof vertrekken, gedurende dat verlof, alsmede op den dag van terugkeer, indien zij op dien dag het middagmaal niet nuttigen;
c.aan soldij- of zakgeld-genietende militairen, die door dienst niet in de gelegenheid zijn aan de menage deel te nemen, ook wanneer zij in het genot zijn van daggeld, respectievelijk van reis- en verblijfkosten;
d.aan soldij- of zakgeld-genietende verlofsmilitairen, als bedoeld in het eerste lid, punt d, van het artikelGa naar voetnoot1), die op den dag van vertrek met groot verlof, met vrijstelling of met uitstel alleen daarom niet aan den middagmaaltijd deelnemen omdat zij anders hun woonplaats niet op denzelfden dag vóór 22 uur kunnen bereiken;
e.aan soldij-genietende militairen aan wie de titulaire rang van
[pagina 113]
[p. 113]
sergeant (wachtmeester) is verleend en die uit dien hoofde deelnemen aan een onderofficiersmenage of in de voeding van wie op andere wijze dan door deelneming aan een soldatenmenage wordt voorzien en
f.aan soldij- of zakgeld-genietende militairen, aan wie door den commandant van het korps vrijstelling van deelneming aan de menage is verleend, voor zoover deze vrijstelling is toegestaan:
1e.aan militairen, die op advies van den officier van gezondheid of van den als zoodanig dienstdoenden burgergeneesheer een bijzonder dieët moeten volgen;
2e.aan Israëlitische militairen, onder voorwaarde, dat de plaats waar en de tijd waarop zij hunne maaltijden nuttigen, door den commandant van het Korps zijn goedgekeurd;
3e.aan militairen, die aannemelijk maken, dat zij vegetariër zijn, onder voorwaarde, dat de plaats waar en de tijd waarop zij hun maaltijden nuttigen, door den commandant van het Korps zijn goedgekeurd en dat geen vrijstelling van dienst noodig is, en met dien verstande, dat deze vrijstelling in den regel slechts wordt verleend bij verblijf in de vaste standplaats; en
4e.in bijzondere gevallen, nadat op voordracht van den commandant van het Korps daartoe door den Minister vergunning is verleend.

Krachtens de machtiging verleend onder e hiervoor omschreven wordt aan de aldaar bedoelde militairen recht op vergoeding wegens gemis van levensmiddelen toegekend indien zij:

a.in den zin van het Burgerlijk Wetboek gehuwd zijn;
b.naar het oordeel van den commandant van het Korps als kostwinner zijn te beschouwen; en
c.verkeeren in een van de gevallen, waarin wegens punt f hiervoor omschreven vergoeding wegens gemis van levensmiddelen kan worden toegekend, met dien verstande evenwel, dat bedoeld recht alleen bestaat over dagen, waarover belanghebbenden, indien zij niet deelnemen aan de menage waren vrijgesteld, recht op levensmiddelen zouden hebben gehad.

De aardappelen worden geschild of geschrapt en de groenten schoongemaakt door de soldaten, deelnemers aan de menage.

De commandant van het regiment, waarbij de voeding wordt beheerd, kan toestaan, dat deze werkzaamheden, op kosten van alle deelnemers, worden uitbesteed of met behulp van machines geschieden.

De commandant van het regiment, waarbij de voeding wordt beheerd, wijst voor elke zelfstandige menage een voedingscommissie aan, bestaande uit een troepenofficier, een officier of adjudant-onderofficier der militaire administratie en drie vertegenwoordigers

[pagina 114]
[p. 114]

van de deelnemers aan de menage. Bij de aanwijzing van de vertegenwoordigers houdt hij zoo mogelijk rekening met de wenschen van belanghebbenden.

Elke maand treedt één der vertegenwoordigers als commissielid af; een aftredend lid kan opnieuw worden aangewezen.

De commissie behartigt de belangen der deelnemers aan de menage met betrekking tot de goede hoedanigheid, de juiste bewaring en de smakelijke bereiding der levensmiddelen. Met inachtneming van de juiste krijgstuchtelijke verhoudingen heeft ieder lid der commissie de bevoegdheid, na te gaan, hetgeen hem voor een deugdelijke uitvoering van zijn taak als commissielid gewenscht voorkomt.

De commissie kan zich met voorstellen en opmerkingen over de voeding, schriftelijk rechtstreeks wenden tot genoemden regiments-commandant, en tot den officier van voeding, voor zooveel deze laatste niet reeds deel uitmaakt van de commissie. De leden der commissie kunnen zich tot dit doel mondeling richten tot den voorzitter en tot den officier van voeding, indien deze deel uitmaakt van de commissie.

De commissie vergadert zoo dikwijls dit door een der leden wordt verlangd.

De officier van voeding stelt de commissie volledig op de hoogte van al hetgeen op de voeding betrekking heeft; hij treft maatregelen, waardoor alle deelnemers aan de menage op de hoogte kunnen blijven van de hoeveelheden, welke het Rijk per deelnemer beschikbaar stelt.

voetnoot1)
Art. 37 R. v. A.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken