Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Hollandsche Lelie. Jaargang 19 (1905-1906)

Informatie terzijde

Titelpagina van De Hollandsche Lelie. Jaargang 19
Afbeelding van De Hollandsche Lelie. Jaargang 19Toon afbeelding van titelpagina van De Hollandsche Lelie. Jaargang 19

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (9.70 MB)

Scans (102.45 MB)

ebook (6.51 MB)

XML (4.20 MB)

tekstbestand






Genre

proza
poëzie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Hollandsche Lelie. Jaargang 19

(1905-1906)– [tijdschrift] Hollandsche Lelie, De–rechtenstatus Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Ingezonden stukken.
Buiten verantwoordelijkheid der Redactie.

Aan Studiosus.

Het zij mij eerstens vergund, U het recht te ontzeggen, mij aan te manen tot bescheidenheid, waar U met blijkbaar welgevallen van Uw eigen juiste opmerkingen spreekt. Ten tweede kan ik niet nalaten, mijne onvoldaanheid er over uit te drukken, dat U geenszins recht op de zaak, waarover het geding loopt, zijt ingegaan.

De raad van den Franschen fabeldichter:

 
‘Laissez entre la colère
 
Et l'orage qui la suit,
 
L'intervalle d'une nuit.’

is door U zeker niet opgevolgd, toen U mij verdacht aanstoot te nemen aan de betiteling ‘Chr. kerk’ voor Herv. kerk. Daarvan ben ik mij volstrekt niet bewust, integendeel. Juist liefde voor de Ned. Herv. kerk dringt vele vrijzinnige predikanten haar niet te verlaten, maar met alle kracht, die in hen is, haar nieuw leven in te blazen, haar te behoeden voor versteening.

Dat Dr. Bähler Boeddhist is, en dus zeker geen Christen, ziehier weer een uitspraak, die mij noopt te vragen: Hoe komt U er toch aan? Is U niet zeer eenzijdig, op zijn minst genomen? Dr. Bähler heeft Boeddhistische sympathieën, zeker, en dit staat hem volkomen vrij. Het is niet aan U, hem de kerkelijke gemeenschap te ontzeggen, hem, die een man is van karakter en kennis, en die nog hartelijk instemt met de belijdenis, bij de aanvaarding van zijn ambt door hem afgelegd.

De smalende toon, waarop U durft spreken over ‘moderne dominees, die kortweg in de Christelijke kerk niet thuis hooren’, dwingt mij tot een ernstig protest; ik hoop, dat niet het odium theologicum, maar onwetendheid U deze woorden in de pen gaf. Het is misschien dezelfde

[pagina 285]
[p. 285]

onwetendheid, die U in Uw eerste stukje deed spreken van een eeuwenoude belijdenis der Ned. Herv. kerk; dezelfde onkunde omtrent het ontstaan en den groei der Confessie, waarvoor U in Uw tweede schrijven onze Vaderen in den strijd met Spanje laat kampen! Maar dit is absurd! Blijkbaar heeft, wat in ‘de Blijde Wereld’ van 20 Oct. j.l. over Uw geschrijf werd opgemerkt, U niet beter ingelicht. U hadt anders vernomen, dat de Ned. Herv. kerk in haar tegenwoordigen vorm nog geene eeuw oud is!

Wat U zegt over een bindende belijdenis bevredigt mij in 't geheel niet.

Tegenover Uw beroep op de brieven van Paulus(?) breng ik U beleefdelijk 's Meesters woord over den geest en de letter in herinnering.

Gevoelt gij, die tot bescheidenheid aanspoort, geen schroom om als rechter te zitten over andersdenkenden, over ‘ketters’? Komt het niet aan op den geest van Christus, en zinkt niet bij het aanschouwen van den grooten Menschenzoon, die vol was van liefde, alle geharrewar over leer en belijdenis in het niet, als kleinzielig gepeuter, als klein-menschelijk getwist? Van harte roep ik, met den Leekedichter, U toe:

 
‘Zet z' uit de kerk’, dus roept ge luid.
 
Zet liever gij Uw kerk wat uit!’

Ik denk er niet aan het vruchteloos debat nog langer voort te zetten. Alleen nog dit: de Ned. Herv. kerk een ‘zijtak’ te noemen van de Katholieke kerk druischt regelrecht in tegen het Protestantsch karakter der eerste, en miskent volkomen haar vrijheid.

Het ‘onverklaarbaar zielkundig raadsel’ en ‘het ingewikkeldste zielkundig raadsel’, waarvan U spreekt, komt mij voor luce clarius te zijn, de oplossing ligt in den breeden grondslag, waarop het Vrijzinnig Christendom zich stelt. Ik eindig, gelijk de schrijver in ‘de Blijde Wereld’: ‘Studiosus, d.i. weetgierig. Nu, er valt voor hem nog wat te leeren: allereerst wel om niet te schrijven over zaken, waarvan hij niets weet.’

 

Uw dw. dr.

Ds: J.L.N. ZILLINGER MOLENAAR.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken