Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Hollandsche Lelie. Jaargang 19 (1905-1906)

Informatie terzijde

Titelpagina van De Hollandsche Lelie. Jaargang 19
Afbeelding van De Hollandsche Lelie. Jaargang 19Toon afbeelding van titelpagina van De Hollandsche Lelie. Jaargang 19

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (9.70 MB)

Scans (102.45 MB)

ebook (6.51 MB)

XML (4.20 MB)

tekstbestand






Genre

proza
poëzie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Hollandsche Lelie. Jaargang 19

(1905-1906)– [tijdschrift] Hollandsche Lelie, De–rechtenstatus Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 737]
[p. 737]

16 Mei 1906.
19de Jaargang.
No. 46.



illustratie

Hoofdartikel
Geluk.

Wanneer ik de menschen om me heen naga in al hun doen en laten, lijkt het me, alsof het niet waar is wat de dichter zegt: Elk zoekt geluk, maar talloos zijn de paden, waarlangs wij zoekend grafwaarts gaan. 't Komt mij meer voor, dat velen hun ongeluk zoeken, zich opzettelijk 't grootste genoegen ontzeggen, namelijk hun eigen baas, zooveel het kan de schepper van eigen leven, eigen geluk te zijn. De noodlottige waan, dat de mensch het product is van geboorte en levensomstandigheden, schijnt de overhand te hebben op het heerlijke gevoel van eigen kracht, dat sterk maakt en moed geeft om den moeilijkisten strijd aan te binden.

Als 't er op aankomt een positie in de maatschappij te veroveren, worden moeite, kosten noch krachten gespaard en ziet men soms 't onmogelijke geschieden, met blokken en inpompen komt zelfs de onbevattelijke door een moeilijk examen. Het geldt dan iets te zijn of te heeten. Maar zoodra 't hooger belang op 't spel staat: de inrichting van zijn leven voor eigen geluk, is het of er geen inspanning noodig of mogelijk wordt geacht, de meesten laten zich leven en zijn wat het milieu, de gewoonten met haar steeds bindende, soms bespottelijke eischen van zoogenaamd fatsoen, de omstandigheden in 't kort, van hen maken.

De groote moeite, die 't kost om zich een positie in de tegenwoordige wereld te veroveren, heeft de aandacht allermeest gevestigd op dit belangrijk vraagstuk, voor sommigen trouwens bijna een levenskwestie. Er wordt in de wereld, - en dit is een slecht teeken - meer gevraagd naar wat men is, dan wie men is, en toch - voor ons geluk beslist bijna uitsluitend het laatste. Wat is een ambtenaar, een koopman, een fabrikant; maar wie is een mensch, een persoon, een karakter. En karakters regeeren de wereld. Wie zijt ge? wil zeggen: hoe zijt ge? Wat zijt ge? beteekent welke betrekking bekleedt ge, wat doet ge voor den kost? Naast wat moet men trachten een wie te zijn. Maar de maatschappij van thans, materialistisch in merg en been en daardoor overstelpt met de zorg voor de stoffelijke positie harer leden, schijnt geen oog te hebben voor 't hoogste belang en de grootste behoefte van den mensche

[pagina 738]
[p. 738]

lijken geest. De geheele opvoeding is op dit stoffelijk doel gericht. Wanneer iemand maar wat is, schijnt hij te meenen, zijn doel, zijn bestemming bereikt te hebben. Hij leeft dan voor zijn positie, ja, spant zich vaak in zijn staat nog hooger op te voeren, ten koste van vrijen tijd, kalmte, rust: zielevrede, en perst zich in een keurslijf van vormen, voorgeschreven aan 't enge kringetje, waarin hij zich met zijn standgenooten beweegt. Maar:

't Geluk is veil voor zweet noch zorgen,

't Ontvlucht hem, die naar hooger staat.

De vrucht van dit inspannend materiëel leven is onvoldaanheid. Dit kan niet anders, omdat niet bevredigd wordt de grootste behoefte van den geest: zelfvolmaking. In allerlei genietingen: concerten, schouwburg, opera, partijen, café, societeit, prikkelende lectuur, in allerlei nuttigheidsgedoe voor anderen, wordt afleiding gezocht en gevonden; maar al deze bezigheden stillen niet den dorst naar zielevrede, die slechts door rustig zelf beschouwen kan worden verkregen. Doch 't gejaagde leven laat daarvoor geen tijd.

Tot deze onvoldane menschen, slaven van verkeerde gewoonten, te zeggen: de mensch is de smid van zijn eigen geluk, richt uw leven in zooals ge dat zelf wenscht - is kloppen aan een doovemans deur. Zij kunnen niet anders, zij leven eenmaal in hun kring, zij zouden zonderling schijnen, als ze afweken van de door sleur geheiligde gewoonten. Ze zouden zich onmogelijk maken. Doch de meeste van die schijnmenschen begrijpen u zelfs niet. Hoe? Zich afscheiden uit hun prettigen kring, minder genieten, neen; ze vinden het juist zoo pleizierig in hun côterie dat er zooveel pretjes zijn, ze zouden niet kunnen leven zonder al die vermaken. En ofschoon ze een gevoel van onvoldaanheid met zich meedragen, zien ze niet in, dat juist de overdaad van genot hun tegenstaat, 't zal misschien lichamelijke zwakte zijn, die hen soms onpleizierig stemt, maar dat hun ziel ziek zou zijn, die gedachte komt zelfs niet bij hen op. Deze menschen zijn geheel afhankelijk van hun milieu. Niet zij leven, maar hun omgeving, 't geen buiten hen is, doet hen leven.

De mensch moet zich-zelf zijn, dan alleen is er kans op geluk. Hij kan niet buiten zich-zelven voldoening vinden vóór zichzelven. Hij moet trachten zijn innerlijk te leeren kennen, ten einde te weten wat hij noodig heeft. Dit eischt tijd, rust, kalmte. Wie zijn eigen leven wil leven, moet eerst zijn wezen, z'n innerlijk zijn hebben doorgrond. Hij moet tot zich-zelven inkeeren. Eenige oogenblikken van den dag althans moet ieder wijden aan zelfbeschouwing, en daarna in overeenstemming met zijn wezenlijke behoeften en neigingen zijn leven inrichten.

't Verkeerde in zich uitroeien; de goede neigingen aankweeken, streven naar volmaking van eigen geest, steeds in dienst van 't goede; 't karakter ontwikkelen, opbouwen; - ziedaar elks onafwijsbare hoogste levensplicht, 't schoonste levensdoel en de eenige weg naar geluk.

En dit doel, 't geluk, is door ieder gezond mensch te bereiken, bij elk overeenkomstig zijn bijzonderen aanleg, volgens zijn ingeboren karakter. Want wij komen ter wereld als wezens met bepaalde neigingen, strevingen, begeerten, denkkracht; de hoofdvormen van onze vermogens zijn in embryo aanwezig; de een kan daarom nooit de ander worden. Maar elk voor zich kan door eigen wil veel of weinig, meer of minder worden; elk voor zich kan naar eigen verkiezing ongelukkig, doch ook minder of meer gelukkig worden. De krachtige plooit de omstandigheden naar zijn wensch, bestrijdt en overwint zijn hartstochten, laat de hem aangeboren slechte neigingen niet tot ontwikkeling komen, en richt de aandacht van zijn geest uitsluitend op voorstellingen en gedachten uit de wereld van 't goede en 't schoone.

Terecht noemt men het een fatalistisch geloof, 't welk aanneemt dat zelfs een sterke wil, een krachtig karakter 't leven niet kan veranderen; want niets is zoo fataal als de belijdenis van dit noodlotsidee. Zij vervult de ziel met moedeloosheid en doodt alle geestkracht. Wie fatalist is, strijdt niet; doch - zonder strijd geen overwinning. Zonder verzet tegen de omstandigheden des levens blijven deze de baas; de fatalist is daarom, wat hij gelooft te zijn: de speelbal van't lot. Omdat hij zich lijdzaam onderwerpt. Wie strijdt, kan verslagen worden: maar wie den strijd volhoudt, behaalt ten slotte de overwinning; niet de omstandigheden dwingen hem, maar hij dwingt de omstandigheden zich te schikken en te plooien naar zijn wensch. Zóó is het waar, dat voor den mensch van karakter alle dingen kunnen meewerken ten goede.

 

C.G.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken