Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Hollandsche Lelie. Jaargang 27 (1913-1914)

Informatie terzijde

Titelpagina van De Hollandsche Lelie. Jaargang 27
Afbeelding van De Hollandsche Lelie. Jaargang 27Toon afbeelding van titelpagina van De Hollandsche Lelie. Jaargang 27

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (9.99 MB)

Scans (97.45 MB)

ebook (6.64 MB)

XML (4.30 MB)

tekstbestand






Genre

proza
poëzie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Hollandsche Lelie. Jaargang 27

(1913-1914)– [tijdschrift] Hollandsche Lelie, De–rechtenstatus Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Een gewichtig moment in de opvoeding.
(Vervolg van No 41).

En hier geldt dan in volle kracht de opmerking van Lhotzky, dat noch de onderwijzer, noch de geneesheer, maar alleen de vader en de moeder kunnen beoordeelen, wanneer het oogenblik is aangebroken voor het spreken van het laatste woord. Dat woord zij er een van diepen ernst en getuige van de innige liefde, welke slechts bedoelt te behoeden voor dreigende gevaren en aanmoedigt tot betooning van onbegrensd vertrouwen in den waarachtigen wil der ouders om het geluk des kinds en dat alleen te dienen.

Hoe zal men de opgroeiende knapen en meisjes inwijden in de geheimen van het sexueele leven? We zouden kunnen zeggen: dat make ieder voor zich uit door ernstig nadenken, want dat waarborgt voor elk bijzonder geval de beste keuze.

Toch kan men wellicht behoefte gevoelen aan een vingerwijzing en daarom zullen we trachten in 't kort een paar voorbeelden weer te geven, welke we ontleenen aan de ‘Jugendlehre’ van Dr. Fr. W. Foerster. Vooraf zij opgemerkt, dat de meeste voorstanders van sexueele voorlichting, gedachtig aan het in goeden zin opgevatte: ‘Naturalia non sunt turpia’, uitgaan van het geslachtsleven der planten, van daar voortschrijden tot dat der lagere dieren, opklimmen tot de hoogere bewerktuigde diersoorten om tenslotte te komen tot dat van den mensch.

Foerster laat door een moeder ongeveer het volgende gesprek voeren met haar 12-jarigen zoon:

‘Lieve Wouter, gij zijt nu reeds een ernstig jong-mensch geworden en daarom heb ik mij voorgenomen heden eens iets heel ernstigs en belangrijks met je te bespreken. Gij gelooft niet meer in het sprookje van den ooievaar, nietwaar? Zie, wanneer ik je zoo in de oogen zie en zeg: ‘Mijn kind’, - dan bedoel ik daarmee niet slechts, dat gij mij geschonken zijt, opdat ik je liefhebbe, verzorge en opvoede. Neen, ik denk daarbij nog aan iets veel schoonen. Denk eens na, wij kennen elkaar reeds veel langer dan gij veronderstelt, wij waren reeds jaren lang samen, voor gij ter wereld kwaamt. Hebt gij wel eens gezien, hoe het zaadje uit de plant voortkomt, hoe het diep in den bloemkelk verborgen zit, in den nazomer grooter wordt, tot het rijp is en afvalt? Zie, zoo hebt ook gij als een toere knop in het binnenste uwer moeder, onder haar hart, geslapen, langen, langen tijd.

Nu begrijpt gij ook wel, waarom ik je zoo innig liefheb en waarom gij mij zoo zeer aanhangt. Ja, wij behooren elkander toe, zooals geen twee wezens ter wereld; wij zijn één lichaam, één ziel. Reeds maanden lang, voor ik je onder veel smarten ter wereld bracht, ontdekte ik, dat gij in mijn binnenste tot leven ontwaaktet, en ik schonk u niet slechts mijn levensbloed, maar ik koesterde ook duizend wenschen voor uw kleine ziel, opdat zij rein en krachtig zou worden, en ik trachtte edele gevoelens in mij te wekken, opdat die tot u zouden overgaan. Kunt gij u voorstellen, met welk een innig verlangen ik het oogenblik verbeidde, waarop mijne oogen u zouden zien?

Maar hoe kwam het, dat gij zoolang als menschenkiem in mijn binnenste sliept en zoo plotseling ontwaaktet tot leven? Was het de zon, die u wakker riep, evenals ze in het voorjaar de plan tenkiemen uit den grond lokt?

Ja, waarlijk, het was een zonnestraal: de liefde uws vaders tot mij.

Niet alleen de vrouw draagt de kiem van nieuwe menschen in zich, maar ook de man. Het is geheel als bij de bloemen, die ook alleen dan vruchten voortbrengen als de vrouwelijke bloemen door het zaadstof een er mannelijke bloem worden bevrucht. Bij de bloemen zijn de wind en de insecten behulpzaam om de bevruchting tot stand te brengen. Maar bij veel overeenkomst is er tusschen plant en mensch een oneindig groot verschil. Bij de planten bestaat geen liefde, bij de

[pagina 676]
[p. 676]

menschen doet de teedere liefde van den man voor de vrouw de begeerte ontstaan tot een innige vereeniging. Zijn ze man en vrouw geworden, dan wordt door hunne innigste lichamelijke ineensmelting de kiem van een nieuwen mensch tot leven gewekt, - een wezen dat de eigenschappen van den vader en der moeder in zich vereenigt. En wanneer ik je nu nog zeg, dat iedere moeder haar kind onder de grootste smarten ter wereld brengt en steeds in levensgevaar verkeert, wanneer het kleine schepsel zich van haar losrukt, dan zult ge ook begrijpen, waarom de liefde tusschen moeder en kind met sterker banden geknoopt is dan elke andere aardsche liefde.

Nu gij dit alles vernomen hebt, zult gij u stellig voor vele gevaren in acht nemen, die dengene bedreigen, die daarvan niets weten. Ook gij zult later eenmaal vader worden en wanneer dan uw lichaam zwak en uw ziel krachteloos is, dan zult gij die eigenschappen op uw kind overdragen. Gij bouwt dus reeds thans iederen dag niet alleen aan uw eigen lichaam en aan uw eigen ziel, maar ook aan het leven en het lot uwer nakomelingen; en wat gij wanreinheid, kracht en liefde in uzelf bevestigt, wordt ten zegen aan en het erfdeel van hen, die u eens vader zullen noemen.

Het is nu ook duidelijk, waarom men met schuchterheid en schaamte spreekt over die deelen des lichaams, welke dienen tot schepping van het kind. Men moet ze rein bewaren, niet alleen omdat ze tot het volkomenste behooren, dat de natuur heeft geschapen, maar vooral omdat daarvan zoo oneindig veel menschengeluk afhangt, dat ze tegen elk nadeel en misbruik moeten worden behoed en nimmer onder heerschappij van lichtzinnige gedachten mogen komen. En nooit moet gij u schamen, dat ge u hierin rein houdt, al treft u misschien daarom de spot van anderen, die niet weten zooals gij.’

Aan deze proeve van voorlichting voegt Dr. Foerster de opmerking toe dat het hem ongewenscht voorkomt, diep door te dringen in biologische bijzonderheden, zooals dit b.v. is gedaan door Ellis Ethelmer in ‘The human flower’ en in ‘Baby-buds’. Hij uit de vrees, die ook elders is uitgesproken, dat het kind door een sterk op den voorgrond brengen van de bevruchtings- en voortplantingsverschijnselen bij planten en dieren en een diep afdalen in détail er toe zal worden geleid het bevredigen van den ‘geslachtshonger’ als even natuurlijk en vanzelf-sprekend te gaan beschou wen als die van den ‘maaghonger’, zooals Dr. Gunning het wel zeer plastisch, doch niet fijn-gevoeld uitdrukte. Het gevoel voor het verhevene en reine zou daardoor op den achtergrond gedrongen worden.

Moet de voorlichting voor meisjes gehouden worden, dan acht Dr. F. met eenige wijziging de boven meegedeelde proeve van behandeling ook voor toepassing geschikt, doch het komt hem nuttig voor, daaraan te verbinden een wijzen op den samenhang met de menstruatie, die, onverwacht en zonder voorafgaande voorbereiding ingetreden, volgens het oordeel van verschillende medici niet zelden het denken ziekelijk verstoort en aanleiding tot een nerveusiteit veroorzakend acht geven op en overdreven ontzien van eigen lichamelijken toestand.

(Wordt vervolgd.)


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken