Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Huisvriend. Nieuwe serie. Jaargang 1 (1899)

Informatie terzijde

Titelpagina van De Huisvriend. Nieuwe serie. Jaargang 1
Afbeelding van De Huisvriend. Nieuwe serie. Jaargang 1Toon afbeelding van titelpagina van De Huisvriend. Nieuwe serie. Jaargang 1

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (28.63 MB)

Scans (104.80 MB)

ebook (31.15 MB)

XML (2.32 MB)

tekstbestand






Genre

sec - letterkunde

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Huisvriend. Nieuwe serie. Jaargang 1

(1899)– [tijdschrift] Huisvriend, De–rechtenstatus Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Allerlei.

De schrijfkramp.

Het is nog niet zoo heel lang geleden, dat men van het verschijnsel ‘schrijfkramp’ geheeten, niet al te veel notitie nam, en al spreken artsen uit vroegeren tijd er ook over, eerst in deze eeuw heeft men wegens het grooter aantal der gevallen zich er bijzonder voor geïnteresseerd. Drie oorzaken hebben daartoe medegewerkt: de toename van schrijvers en hun werk, de invoering der stalen pen en de zenuwachtigheid van onze eeuw.

Met name, waar zulke storingen uit het beroep voortspruiten dient men er met zorg op te letten, daar ze dikwijls ongeschiktheid voor de bekleede betrekking met zich voeren; voornamelijk is dit het geval bij bureau-ambtenaren, musici, copiisten en ook bij naaisters. Dikwijls komt de ziekte ook voor bij menschen, die overigens niet veel schrijven, maar gedwongen zijn zeer snel te schrijven, zooals postbeambten, en zelfs bij lieden, die niet veel anders hebben te doen dan, zij het ook ontelbare malen, hun handteekening te zetten.

Gewoonlijk komt het euvel sluipend aanzetten en geeft onoplettendheid gelegenheid tot voortwoekeren; lichte vermoeidheid, soms ook pijn, doet zich voor tot vaak eensklaps de spiervertrekking (kramp) intreedt. Ook hierop let echter de patiënt niet altijd, tot eindelijk de verschijnselen zoo telkens zich herhalen, dat schrijven bijna onmogelijk wordt.

De aard van het verschijnsel, de bijzondere vorm en de afzonderlijke gevallen, leveren nog vele problemen, wier oplossing nog niet gevonden is. Het algemeene kenmerk bestaat hierin, dat de storing in den regel optreedt wanneer de bijzondere arbeid, hier dus het schrijven, aanvangt. Tot allen anderen arbeid is de hand in staat, maar bij de poging om te schrijven doen zich bij enkele spieren van de vingers of den duim krampen voor of treedt een toestand van verlamming of beving in. Grijpt bijv. de hand naar de pen, dan hebben de vingers plotseling neiging om zich te strekken of saam te knijpen, of een verlammingszwakte maakt het onmogelijk den pennenhouder vast te houden; bij elk bijzonder geval zijn er echter vele variaties.

De medische wetenschap weet op dit oogenblik eene voldoende verklaring nog niet te geven; vroeger meende men in veranderingen in bepaalde deelen der hand, zenuwen, spieren enz. de oorzaak te hebben gevonden, maar daarnevens waren er nog veel meer gevallen, waar zulke veranderingen niet waren aan te wijzen; later heeft men de verklaring van de storingen gezocht in het zenuwstelsel, door eene storing in het coördenatie-centrum; echter bleef het nog onzeker of dit centrum te zoeken was in de hersenen of in het ruggemerg. Enkele doctoren meenen thans de oorzaak te mogen vinden in het hersenvlies; hierbij zou dan sprake zijn van eene storing der functiën in dit gebied. Ook andere theorieën zijn verkondigd, zonder echter de zaak tot nog toe tot bevredigende oplossing te brengen.

Welke geneesmiddelen zijn nu tegen schrijfkramp aan te wenden? In de eerste plaats is het natuurlijk zaak het schrijven na te laten of zooveel mogelijk te beperken; vooral geldt dit van zenuwachtige patiënten; hun kwaal wordt na alle ondervindingen die tot nu toe zijn opgedaan het best door rust genezen; indien mogelijk is verandering van klimaat gewenscht en een bezoek aan het hooggebergte of de zee zeer aan te raden.

Moet men zich van apparaten bedienen? Daarvan kan men een aanzienlijk getal vinden, en allen maken natuurlijk aanspraak op de verdienste genezend te werken. Omdat men verschillende soorten van schrijfkramp aantreft en ieder toestel toch maar voor een bijzonder geval kan werken, vergist men zich, indien men meent dat er een algemeen middel is aan te wijzen. Het zal dus steeds zaak blijven bij aankoop een geneesheer te raadplegen.

Ter genezing zal echter een apparaat zelden strekken en hoogstens tot verlichting van het euvel dienen.

Schrijven met de linkerhand treft meestal geen doel, daar de kwaal zich aan beide handen mededeelt. Den grond hiervan moet men hierin zoeken, dat beide handen in een gevoel van afhankelijkheid van elkaar staan, en de eene de andere, ook in hare gebreken als het ware gaarne copieert.

Het meest doeltreffend heeft tot nu toe massage, gepaard aan methodische heilgymnastiek en vingeroefeningen, gewerkt; ook electriciteit is een nuttig geneesmiddel.

Als hulpmiddel bedient men zich wel eens van een zacht potlood; inderdaad heeft men hier meermalen een goed succes mede bereikt.

Lachen.

Waarvoor is lachen goed? Het verlengt iemands leven; het geeft de lichaamskrachten een directen prikkel. Een Engelsch medicus zegt dat er geen bloedlichaampje zoover verwijderd is in het menschelijk lichaam of het ondervindt de goede gevolgen der schokking door een hartelijken lach.

Als iemand lacht, dan zendt het hoofdorgaan van 's menschen lichaam nieuw leven naar alle zijden uit, het bloed vloeit sneller, en wekt overal nieuwe energie.

De eerste vrouwelijke dokter.

De eerste gediplomeerde vrouwelijke dokter in Europa was stellig wel de Atheensche jonge dame, Agnódice, die ongeveer 300 jaren voor Christus' geboorte te Athene in de medicijnen studeerde. Zij verkleedde zich als man, daar vrouwen toen ter tijde niet mochten studeeren. Naderhand oefende zij onder de Atheensche vrouwen met groot succes de praktijk uit. Toen haar geheim ontdekt was, werd zij vervolgd omdat zij tegen de wet gestudeerd had en praktijk uitoefende. Er stak echter zulk een storm van verontwaardiging bij de Atheensche dames op, dat men het geding van de lijst moest schrappen. In later tijd verwierven vele vrouwen den titel van doctor in de medicijnen en praktizeerden voor het jaar 1492 in Europa; vooral de Moorsche universiteiten in Spanje gaven dikwijls de vereischte bevoegdheid.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken