Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Huisvriend. Nieuwe serie. Jaargang 4 (1902)

Informatie terzijde

Titelpagina van De Huisvriend. Nieuwe serie. Jaargang 4
Afbeelding van De Huisvriend. Nieuwe serie. Jaargang 4Toon afbeelding van titelpagina van De Huisvriend. Nieuwe serie. Jaargang 4

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (23.08 MB)

Scans (84.41 MB)

ebook (24.79 MB)

XML (2.41 MB)

tekstbestand






Genre

sec - letterkunde

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Huisvriend. Nieuwe serie. Jaargang 4

(1902)– [tijdschrift] Huisvriend, De–rechtenstatus Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

In het land der Middernachtzon.
Met illustratiën.

Het land der Middernachtzon!

Heden ten dage is het evengoed het ideaal land der reizigers geworden als het vroeger het zuiden van Italië en de blauwe oppervlakte

illustratie
laplandsche familie in de nabijheid van tromsö.


der door de zon beschenen Middellandsche zee was. Nu het Zuiden zoo lang de voorkeur genoten heeft, moet ook het Noorden eens aan de beurt komen. Hetzelfde Noorden, bij welks naam alleen men al reeds een huivering te voorschijn riep, dat hetzelfde beduidde als een woestenij van schrikaanjagende leegte en leelijkheid. Eerst heeft de Noordsche litteratuur gesproken en Europa tot toeluisteren gedwongen, toen kwamen de eerste Noordsche reizen van den keizer van Duitschland en nu is het ‘ijzige’ Noorden een land geworden waarheen men pleiziertochtjes maakt.

Eenigen tijd geleden maakten Noorweegsche studenten plannen voor een uitstapje naar de fabelachtige wereld der middernachtzon. Een van hen verhaalt:

‘Met 150 studenten waren wij aan boord van de kleine stoomboot, waarmeê wij van Drontheim uit de reis begonnen. Wij waren zoo op de kleine stoomboot op elkaar gepakt, dat niemand zich verroeren kon. Maar onze opgeruimdheid en het goede weer deden ons over dit kleine ongemak heen zien.

‘Een ongekende menigte witte meeuwen vergezelde onze boot, en wij beschouwden hen als boden des geluks. Na afloop van de reis konden wij dan ook verklaren, dat zij het werkelijk geweest waren.

‘‘Zwartisen’ (het zwarte ijs) was een van de eerste wonderen, die we zagen. Het eeuwige ijs en de eeuwige sneeuw! Heel dicht naderde ons schip de reusachtige massa's, dikwijls ook legden we aan, om den waaghalzen onder ons troepje gelegenheid tot het beklimmen der gletschers te geven. Zwartisen is iets wonderbaarlijks! Ingesloten door zwarte rotsen, schittert het in de stralen der zon en werpt heldere lichteffecten uit....

‘Onder de Lofodden-eilanden zijn er landschappen van bizondere schoonheid. Hoe heerlijk is hier de natuur in haar alles overweldigende grootheid.

‘De zeldzame vormen, kleuren, het rood der rotsen, het

[pagina 404]
[p. 404]

blauw der zee, dat alles vormt met elkaar een prachtige harmonie van tinten. Daarom zoeken ook de schilders sedert langen tijd deze heerlijke plaatsen op.

‘Ons eerste station was Diggersmulen, van waaruit men een prachtig uitzicht heeft op het ‘Keizer-Panorama’, zoo genoemd omdat keizer Wilhelm deze plaais zoo bizonder mooi vindt, en haar daarom ook meermalen liet schilderen. En inderdaad, het is ook prachtig om te zien. De toppen der rotsen met sneeuw bedekt, daaronder de groene planten en dat alles omringd door de blauwe zee.

‘Van hier uit gleed ons schip in het heerlijke Troldfjord, dat omgeven is door de grillige punten der rotsen, die van verre gezien een zeldzaam grootsch schouwspel opleveren. De sneeuw daalt zeer diep af en vereenigt zich beneden aan den oever met den rijken plantengroei. Het is een tafereel vol origineele schoonheid, en men moet bekennen dat het fjord niet ten onrechte den naam draagt van ‘overweldigend’.

‘Toen onze boot het fjord verliet, neigde de zon reeds ten ondergang en wierp roode en violette stralen van zich af, zoodat het een genot voor de oogen was.

‘Maar op reis is het geluk zeer afwisselend. Toen wij naar Tromsö gingen was de hemel somber geworden en hing vol wolken. Maar Tromsö

illustratie
de studenten op den rug van een dooden walvisch.


zelf is een alleraardigste stad; het is door steile bergen voor stormen behoed en het heeft een goede haven. Men noemt het ‘het Parijs van het Noorden’.

‘Een groote menigte menschen was bij onze aankomst op het strand tezamengestroomd; de stad was versierd en na een officieele ontvangst werd een feest gegeven, na afloop waarvan wij de reis naar het Noorden voortzetten.

‘De nachten werden steeds helderder en het verschil tusschen dag en nacht geringer. Tenslotte wisten wij niet of het middag of middernacht was, als de klok twaalf sloeg. De anekdote van den Noorweegschen haan kwam ons plotseling niet ongeloofelijk voor. Men vertelt namelijk, dat een Deensch schipper een haan aan boord had, die bij den aanblik der middernachtzon zoo confuus werd, dat hij begon te kraaien....

‘Bij Rolsö is een station voor walvischvangers, wiens eigenaar ons uitnoodigde zijn bezittingen in oogenschouw te nemen. Er lagen vier walvisschen als machtige tropeeën. Wij klauterden op een der vreeselijke monsters en maakten er een wandeling op. Maar welk een vreeselijk onaangename geuren verspreidden die dieren; het geheele mooie fjord was ervan vervuld.

‘Een landelijk feest, ter onzer eere gegeven, moest tot troost dienen voor deze kleine onaangenaamheden onderweg, en na een massa champagne gedronken te hebben, zetten wij onze reis voort.

.... ‘Na een somberen nacht ontwaakten wij in de IJszee. De zon straalde en de lucht was warm.

‘Er was geen windje aan de lucht. Kalm en als een zilveren spiegel lag de zee daar. De dag was stil en ging voorbij in een zoet, droomerig nietsdoen. 's Avonds keerden wij naar Badsi terug. Toen wij na afloop van een feest, dat ons aangeboden was, ons weer inscheepten, bestraalde de middernachtzon ons met haar zacht maar toch zoo helder licht. Hemel en aarde verschenen in tooverachtigen glans, en het was of de natuur in een fata-morgana was veranderd. Een feeënsprookje van licht en water vertoonde zich aan onze blikken, een onvergetelijk schoon gezicht. De zee scheen in een gouden spiegel veranderd, geheel overgoten met rossig licht.

‘Nog eenmaal genoten wij dienzelfden aanblik, en wel in de haven van Hammerfest, de noordelijkste stad der wereld. Niemand ging van dek en den geheelen nacht door weerklonk de boot van uitroepen van bewondering. Toen namen wij over Vesternalen en de snel tot bloei gerakende stad Narvite den terugtocht naar Drontheim aan, het gemoed vol van de wonderen, die wij met verbazing aanschouwd hadden, en die niemand vergeet, die ooit het geluk had ze te zien.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken