Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Jaarboek van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde, 1931 (1931)

Informatie terzijde

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.62 MB)

XML (0.80 MB)

tekstbestand






Genre

sec - letterkunde
sec - taalkunde

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Jaarboek van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde, 1931

(1931)– [tijdschrift] Jaarboek van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde [1901-2000]–rechtenstatus Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 72]
[p. 72]

Bijlage V. Verslag der commissie voor taal- en letterkunde.

In het afgeloopen genootschapsjaar heeft de Commissie acht maal vergaderd, onder voorzitterschap van den heer Heinsius; secretaris was de heer Muller.

Het reeds door Uwen Voorzitter herdachte overlijden van den heer Boekenoogen was inzonderheid voor onze Commissie een gevoelig verlies. Sedert 1896 zonder tusschenpoozen lid, heeft hij al dien tijd onze Commissie niet alleen verplicht door zijne steeds heldere en degelijke adviezen bij de beoordeeling van voor het Tijdschrift ingekomen bijdragen en door verschillende mededeelingen uit den schat zijner rijke, zéér veelzijdige kennis; maar ook, vooral, heeft hij zich verdienstelijk gemaakt als de aanstichter der reeks herdrukken van Nederlandsche volksboeken, door onze Maatschappij sedert 1902 uitgegeven; van welke hij er zelf niet minder dan zeven met de hem eigene, uiterst nauwlettende zorg bewerkt en een achtste onvoltooid nagelaten heeft. En ook in de andere reeks herdrukken, van populaire geschriften, heeft hij door zijne schrandere critiek en scherp toezicht een belangrijk aandeel genomen: de vier tot dusverre verschenen geschriften danken zeer veel aan zijne medewerking.

Nu de voorlaatste wetswijziging bij art. 55 niet heeft voorzien in het geval eener tusschentijds openvallende plaats in de vaste Commissiën, heeft de Maandvergadering van December jl., op ons, door het Bestuur overgenomen, voorstel hetgeen in art. 27 der Wet ten aanzien van tusschentijds in het Bestuur openvallende plaatsen bepaald is ook op de vaste Commissiën toepasselijk verklaard, en dienvolgens, ter vervulling der vacatures, ontstaan door het overlijden van den heer Boekenoogen, tijdelijk, tot aan de eerstvolgende Jaarlijksche Vergadering, tot lid onder Commissie benoemd den heer W.L. de Vreese; straks zal U ter vaste benoeming, een tweetal worden voorgedragen.

De Commissie heeft eenmaal aan het Bestuur advies uitgebracht over de ondersteuning eener beraamde uitgave op haar gebied.

Van het door de Maatschappij uitgegeven, door onze Commissie geredigeerde Tijdschrift voor Nederlandsche Taal- en Letterkunde is het 49ste deel in 1930 gereedgekomen; sindsdien is, ten gevolge van ziekten ter drukkerij, nog slechts één verdere aflevering verschenen. Toch zal, naar wij vertrouwen, dit deel, het 50ste,

[pagina 73]
[p. 73]

als steeds, in den loop van dit kalenderjaar voltooid zijn. Het zal vergezeld gaan van een register op de deelen XXVI-L, dat reeds bijna geheel voor den druk gereed ligt, en waaruit moge blijken dat de Maatschappij door de uitgave, sedert 1881, van dit tijdschrift aan de Nederlandsche philologie, met name aan de taal- en letterkunde, een belangrijken dienst bewezen heeft en bewijst. De Commissie gevoelt zich verplicht hieraan een woord van hulde en dank toe te voegen aan haar medelid Beets, die sedert 1890, nu reeds 41 jaren lang, met volijverige zorg, en zonder eenige belooning, het secretariaat der Redactie, met al zijne beslommeringen van briefwisseling en drukproeven, heeft bekleed.

Tot lid der subcommissie voor de uitgaven werd, voorloopig, de heer De Vreese benoemd. Wat die uitgaven betreft zij vooreerst in herinnering gebracht dat van de reeks herdrukken van populaire geschriften no. 1, het vermaarde Journael van Willem IJsbr. Bontekoe, in tweeden, door den heer Hoogewerff zorgvuldig herzienen, herdruk, en no. 4, de bundel Walvischvaarten, overwinteringen en jachtbedrijven in het Hooge Noorden, door den heer L'Honoré Naber bewerkt - van welke herdrukken U op de vorige Jaarlijksche Vergadering de eerste exemplaren vertoond zijn - in het najaar het licht hebben gezien.

In de nalatenschap van den heer Boekenoogen werden o.a. aangetroffen negen reeds geruimen tijd afgedrukte vellen van den hierboven bedoelden herdruk, no. 3 der Nederlandsche Volksboeken, t.w. van den Ridder metter Swane; van welken herdruk hij de bewerking almede op zich genomen, doch - gestuit op voorshands onoplosbare vraagstukken omtrent de eigenlijke herkomst van dit volksboek, en ongewend en ongezind om eenig werk in onvoltooiden staat in 't licht te geven - gestaakt had. Op uitnoodiging onzer Commissie, die een langer uitstel dezer uitgave onwenschelijk achtte, heeft nu haar secretaris, hoezeer welbewust van de onvermijdelijke oneffenheden en leemten dezer voortzetting van eens anders werk, met behulp der door den heer Boekenoogen nagelaten drukproeven en schriftelijke aanteekeningen, deze uitgave zoo goed mogelijk tot een einde gebracht; hierbij o.a. gesteund door de welwillende hulp van den besten kenner dezer stof, Dr Blöte te Tilburg, wien ook hier onze oprechte dank worde betuigd. Het nog ontbrekende vervolg en slot dezer uitgave is thans afgedrukt; wij hebben het genoegen U hierbij het eerste exemplaar ter bezichtiging aan te bieden.

In onze vergadering zijn ten slotte de volgende wetenschappelijke mededeelingen gedaan.

De heer Beets: 1o het taaleigen van het eiland Tessel, in 't bijzonder het woord ceen, waterloop; 2o eene Italiaansche vertaling der Camera Obscura.

De heer Heinsius: 1o de uitlegging van verschillende plaatsen uit Huygens' Hofwijck; 2o de inlassching, in het Nederlandsch, eener d tusschen liquida of nasaal en eene volgende r.

[pagina 74]
[p. 74]

De heer Kern: 1o mnl. vervondert bij Maerlant; 2o de herkomst van het Mnl. bnw. gheles; 3o nnl. iets en niets.

De heer Knuttel: 1o de uitlegging van verschillende plaatsen uit Roemer Visscher's Brabbeling; 2o de etymologie van nnl. (be)smeuren.

De heer Van der Meulen: 1o nnl. stekan; 2o nnl. smaasje; 3o de verbinding wilde zee en de naam Noordzee.

De heer Muller: 1o de bronnen van Hooft's Baeto; 2o de herkomst van den plaatsnaam Batavia.

De heer De Vries: 1o het Oudnoordsche godenpaar Fjrgyn en Fjrgynn; 2o de herkomst der riviernamen Rijn en Maas.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken