Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Jaarboek van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde, 2003-2004 (2005)

Informatie terzijde

Titelpagina van Jaarboek van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde, 2003-2004
Afbeelding van Jaarboek van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde, 2003-2004Toon afbeelding van titelpagina van Jaarboek van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde, 2003-2004

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.72 MB)

XML (0.57 MB)

tekstbestand






Genre

sec - letterkunde

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Jaarboek van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde, 2003-2004

(2005)– [tijdschrift] Jaarboek van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde [2001- ]–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 189]
[p. 189]

Henriëtte de Beaufort-prijs 2004
Advies van de Commissie van voordracht

Toen de Henriëtte de Beaufort-prijs zes jaar geleden werd toegekend aan Hans Goedkoop voor zijn biografie van Herman Heijermans, besteedde de Commissie van voordracht in haar verslag veel ruimte aan de embarras du choix waarin de veelheid van in de periode 1992-1997 verschenen goede en ook nog eens goed geschreven biografieën haar had gebracht. En maakte vervolgens duidelijk dat het aanwijzen van een winnaar uit deze kring van eminente biografieën vervolgens toch ook weer geen onmogelijk karwei was gebleken.

De Commissie van voordracht voor de Henriëtte de Beaufort-prijs 2004, die bestond uit Luc Devoldere (voorzitter), Elsbeth Etty en Dick van Halsema en die zich ditmaal heeft gebogen over de door Nederlandse auteurs geschreven, in de periode 1998-2003 verschenen biografieën - want zo luidde haar instructie - heeft een vergelijkbare ervaring opgedaan. Wanneer men de situatie van het laatste decennium in biografieenland vergelijkt met die uit de tijd dat de Henriëtte de Beaufort-prijs werd ingesteld - dat was in 1986, de bekroning van vandaag is de zevende - dan kan men constateren dat de biografie in het Nederlandstalige gebied inmiddels volwassen is geworden, zoals dat pleegt te heten. Was de prijs indertijd vooral bedoeld om de biografie, in ons taalgebied toentertijd een wat onderkomen genre, een duwtje in de rug te geven, vandaag de dag zijn hier bloeiende landschappen te genieten. Om aan deze gewijzigde situatie recht te doen, geven wij de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde in overweging de opzet van de prijs te veranderen. In plaats van een driejaarlijkse prijs die eens in de zes jaar wordt uitgereikt aan een Nederlands auteur en eens in de zes jaar aan een Vlaams auteur, stellen wij een tweejaarlijkse Henriëtte de Beaufort-prijs voor waarin de muur tussen Noord en Zuid is afgebroken. Meer bekroning, minder bescherming: het klinkt vanzelf al als een doel om de straat voor op te gaan. Het grootste probleem is dat over een decennium of wat een jury misschien weer moet vaststellen dat het eigenlijk al een tijd niet meer zoveel is met de Nederlandstalige biografie. Tegen die tijd ligt dan een onverbiddelijk zesjaarlijkse prijs voor de hand, zonder aanzien van landsgrenzen. Maar vandaag vieren we de overvloed van nu.

De Commissie van voordracht heeft aan het begin van het afwegings-

[pagina 190]
[p. 190]

proces een lijst opgesteld van biografieën uit de aangegeven periode die haar aandacht verdienden. In de slotfase van dat proces was deze lange en bonte stoet geslonken tot een klein, overzichtelijk groepje van vier à vijf; of er nu een vijfde was of toch niet, dat is ons zelf eigenlijk nooit helemaal duidelijk geworden. Belangrijk was dat niet, het ging ten slotte om dat ene boek dat zich uiteindelijk zou losmaken uit deze kopgroep.

Met spijt om wat we niet bekronen konden en óók hadden willen bekronen, besloten we, na die spijt onschadelijk te hebben gemaakt als nu eenmaal onvermijdelijk, vervolgens met overtuiging en enthousiasme dat Léon Hanssens tweedelige biografie van Menno ter Braak onze biografie was. Die biografie bestaat uit Want alle verlies is winst, over Ter Braak tot 1930, in 2000 verschenen bij uitgeverij Balans, en Sterven als een polemist, over de laatste tien jaren van Ter Braak, een jaar later uitgekomen, ook bij Balans. Dat er, terwijl we ons in deze twee delen verdiepten, elders een verkorte ééndelige versie van deze biografie verscheen - het voelde aan als het veranderen van de spelregels tijdens de wedstrijd - daardoor hebben we ons niet van de wijs laten brengen. Wat we hier vandaag bekronen is de volle twaalfhonderdzoveel bladzijden aan biografie en noten.

Die twaalfhonderdzoveel bladzijden worden getekend door Hanssens even diepgaande als beweeglijke kennis van het tijdperk en de cultuurkring waarbinnen leven en schrijverschap van Ter Braak zich ontwikkelden en hun einde vonden. Dat einde zet lang voor het daadwerkelijk zover is zijn stempel op dit levensrelaas. Hanssens biografie omvat een enorme rijkdom aan gegevens van allerlei soort, waarbinnen het biografisch betoog niettemin de dienst blijft uitmaken en al die flarden werkelijkheid van buiten hun plaats - die van verheldering en verklaring - blijven kennen in wat uiteindelijk toch een biografie is van één man. Zoiets kan alleen geschreven worden door iemand die op alle terreinen waarop hij zich beweegt meester van zijn stof en zeker van zijn zaak is. Het is een prachtig voorbeeld van onderzoek waarin sociologische, cultuurhistorische en literair-historische elementen in een levende synthese met elkaar verbonden zijn geraakt. Ter Braak zelf blijft het bewustzijnscentrum van dit indrukwekkende geheel, compleet met de feiten die bij dat leven horen, met de feiten waarin zijn opeenvolgende omgevingen worden neergezet in zijn levensverhaal en met de wisselwerkingen waarin hij zich met die omgevingen verhield of had kunnen verhouden. Met dit werkstuk heeft Hanssen inderdaad Cioran gepareerd en bezworen, die ooit opmerkte: ‘Il est incroyable que la perspective d'avoir un biographie n'ait fait

[pagina 191]
[p. 191]

renoncer personne à avoir une vie.’ Het is niet te geloven dat het vooruitzicht een biograaf te hebben niemand ervan heeft teruggehouden een leven te hebben. Het is een biografie waarin buitenleven en binnenleven beide het volle pond krijgen. Het cultuurhistorische tableau van het leven van een uit de provincie afkomstige intellectueel met een brilletje in het Nederland van 1900 tot 1940 communiceert aanhoudend met het hardnekkige pogen van de biograaf om door te dringen tot achter dat voorhoofdspantser dat zo uitdagend oprijst op de omslag van beide delen. Het is natuurlijk het schrijverschap van Ter Braak, dat van de briefschrijver inbegrepen, dat daarvoor de mogelijkheden leverde. Maar de verbinding van die twee werelden is niettemin riskant. Ze kan leiden tot veel aanvechtbaars en dat Hanssens Ter Braak-biografie nergens aanvechtbare aanzetten vertoont zal niemand beweren. Maar dat lijkt ons voort te vloeien uit zijn aanhoudende streven om die intrigerende figuur die Ter Braak was en is, met alle mogelijke middelen te omsingelen. Wij bewonderen deze biografie juist ook vanwege de risico's die de biograaf heeft willen nemen: hij heeft zich weliswaar in dit langjarige eenmansproject schier eindeloos gedocumenteerd en alles gecheckt - alleen al de noten bevatten een wereld aan fascinerende gegevens - maar hij heeft met heel dat wetenschappelijke biografengeweten nooit op veilig gespeeld. Hij heeft ook nooit het moeilijke gemakkelijker willen maken dan het kan zijn. Zijn schrijfvermogen heeft hem niettemin in staat gesteld dit alles neer te leggen in een zeer leesbaar boek. Een biografie als deze kan helpen nieuwe toegangen te vinden tot het recente verleden waar die toegang zich voor veel mensen nu niet meer vanzelf wijst. En tot Ter Braak.

 

Luc Devoldere, voorzitter
Elsbeth Etty
Dr. J.D.F. van Halsema

 

Het bestuur van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde heeft besloten, overeenkomstig het advies van de Commissie van voordracht, de Henriëtte de Beaufort-prijs 2004 toe te kennen aan Léon Hanssen voor zijn tweedelige biografie van Menno ter Braak Want alle verlies is winst en Sterven als een polemist.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over dit hoofdstuk/artikel

titels

  • over Want alle verlies is winst: Menno ter Braak 1902-1930

  • over Sterven als een polemist: Menno ter Braak 1930-1940


auteurs

  • Luc Devoldere

  • Elsbeth Etty

  • J.D.F. van Halsema