De Ortho-reeks, wetenschap voor de schoolpraktijk
De ‘Ortho’-reeks is in ons taalgebied al lang toonaangevend op het gebied van de orthopedagogiek en de orthodidactiek. De boeken uit die reeks besteden aandacht aan de herkenning en behandeling van opvoedingsmoeilijkheden, ontwikkelingsproblemen, gedragsstoornissen en leermoeilijkheden. Het is de uitdrukkelijke bedoeling om wetenschappelijke kennis ter beschikking te stellen van de praktijk.
Klassiek zijn zeker de leerboeken die J.J. Dumont in deze reeks publiceerde over leerstoornissen in het algemeen en lees- en spellingsproblemen in het bijzonder. Prof. Dumont overleed echter enkele jaren geleden en zijn werk wordt nu verdergezet door A. van der Leij. Dit nieuwe boek over Leesproblemen is overigens gepland in samenspraak met prof. Dumont.
In het derde deel van dit boek worden dan ook methodieken en maatregelen voor de aanpak op groeps-, school- en individueel niveau uitgebreid beschreven. Dat wordt voorafgegaan door twee delen waarin een beschrijving en een verklaring van leesproblemen uitgewerkt worden. Dit leidt tot een taxonomie van leesproblemen die de basis kan vormen voor een individuele diagnose en behandeling. Dat de werkelijkheid echter gecompliceerder is dan kan worden aangegeven in een taxonomie, wordt geïllustreerd door een aantal casussen. Afhankelijk van de criteria die gehanteerd worden, komt men tot een schatting van 3 tot 15 procent van leerlingen die geconfronteerd worden met leesproblemen. In die 15 procent zijn dan ook matig of licht dyslectische kinderen begrepen, maar ook die kinderen hebben extra hulp nodig. Lezen is in onze maatschappij én in onze scholen immers zo belangrijk dat het ontdekken en bestrijden van leesproblemen een hoge prioriteit verdienen. Waar vroeger het accent bij diagnose vooral gelegd werd op de leestechniek, beklemtoont men nu eerder het functionele perspectief van lezen. De combinatie van taak- en procesanalyse vormt een bruikbare basis voor diagnostiek omdat zij directe aangrijpingspunten voor interventie geeft. Leerlingen met leesproblemen hebben specifieke instructiebehoeften: zij hebben behoefte aan extra effectieve leertijd, aan activering van het leergedrag, aan ondersteuning van de motivatie en de perceptie van het eigen kunnen, aan expliciete instructie van deelvaardigheden en aan een gefaseerde begeleiding. Corrigeren, remediëren, compenseren, stimuleren en dispenseren zijn verschillende methodische motieven voor de orthodidactische aanpak. De differentiatiecapaciteit, de mate waarin een leraar zijn instructie richt op de individuele verschillen tussen leerlingen, is essentieel in de klassikale schoolpraktijk. Aan de aanpak op groepsniveau valt in ons onderwijs zeker nog te sleutelen. Daarnaast is het ook nodig om op
een individuele manier maatregelen te treffen. Planmatig werken is daarbij het grondprincipe. Het opstellen van een handelingsplan is een krachtig hulpmiddel voor individualisering. Die individuele behandeling moet kaderen in een schoolwerkplan, waarin op schoolniveau aandacht besteed wordt aan leesproblemen. Dit leerboek heeft veel positieve kwaliteiten: het is omvattend, synthetisch, concreet, wetenschappelijk gefundeerd, praktisch bruikbaar, leesbaar. Het zou me niet verbazen als dit boek in ons taalgebied de status van ‘bijbel’ op het gebied van leesproblemen zou krijgen. Een probleem van een andere orde is het voorkomen van geweld binnen de schoolmuren. In een agressieve samenleving is de school geen sociaal vacuüm. Ze is er een afspiegeling van. Het geweld op school kan dan ook niet los worden gezien van de huidige ontwikkelingen in onze maatschappij. Deze problematiek wordt overigens pas recent onderkend. Verschillende onderzoeken (o.a. over pesten) staken een vinger in een niet voldoende onderkende wonde. Het is blijkbaar wel nog te vroeg voor een inleidend handboek over deze problematiek in de aard van dat van Van de Leij over leesproblemen. Geweld op school bevat geen eenheidsvisie, maar confronteert met uiteenlopende aspecten van de problematiek. Het eerste deel handelt over achtergronden, omvang en oorzaken. In deel twee komen aspecten van preventie aan de orde. Deel drie bespreekt een mogelijke aanpak op school en tot slot worden daar concrete voorbeelden van gegeven.
In de literatuur is er geen eenduidige definitie over wat verstaan moet worden onder geweld (agressie) op school. Er is wel eenstemmigheid over dat we niet alleen vormen van fysiek geweld mogen beschouwen die met delinquentie geassocieerd worden. Het bepalen van de omvang van geweld op school is zeker moeilijk. Het is bovendien niet duidelijk of er nu meer geweld voorkomt dan vroeger. Hoe dan ook, de recent geconstateerde omvang van verschillende vormen van antisociaal gedrag in de school is te groot. Een brede aanpak van deze problematiek is nodig. De klemtoon moet daarbij eerder liggen