Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Den Bybel met groter neersticheyt ghecorrigeert (Liesveltbijbel 1542) (2010)

Informatie terzijde

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

XML (13.50 MB)

tekstbestand






Editeur

Hans Beelen



Genre

non-fictie

Subgenre

bijbel / bijbeltekst(en)


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Den Bybel met groter neersticheyt ghecorrigeert (Liesveltbijbel 1542)

(2010)–Anoniem Liesveltbijbel–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Wat die verlatene dochteren beeruen sullen daer gheen soon en is, Iosua wordt in Moses plaetse geordineert tot eenen hooftman des volcx.

Dat .xxvij. Capittel.

1

Ga naar margenoot+ENde Zelaphehads dochteren Hephers soon, die Giliads soon was, Machir soon die Manasses soon was onder Manasses geslachte, die Ioseph soon was die ghenaemt waren Mahela, Noa, Hagla, Milca ende Thirza.

2

Dese dochteren quamen ende ghingen voor Mose staen, ende voor Eleazar den priester, ende voor die opperste, ende voor die gantssche ghemeynte, voor die duere der tenten des ghetuygenis ende spraken.

3

Ons vader is ghestoruen in die woestine ende hi en was niet mede in die gemeynte die tegen den HERE op liep onder Korah, mer hi is in sijn sonden gestoruen, ende en heuet geen sonen.

4

Waer om soude ons vaders naem dan onder gaen in sinen gheslachte, al en heeft hi gheen sonen? Geeft ons oock een erfgoet, onder ons vaders broederen.

5

Ga naar margenoot+Mose bracht haer recht voor den HERE,

6

ende die HERE sprac tot hem

7

Zelephehas dochteren hebben recht gesproken, Ghi sult haer een erfgoet gheuen, onder haers vaders broederen, ende ghi sult haers vaders erue tot haer keeren,

8

ende segt den kinderen van Israel. Als yemant sterft sonder sonen, soo suldy sijn erue sine dochteren laten volgen

9

Ende en heeft hi gheen dochteren, soo suldijt sinen broederen gheuen.

10

Ende en heeft hi geen broeders, so suldijt sijns vaders broederen geuen.

11

Ende en heuet hi geen ooms, so suldijt sinen naesten vrienden geuen, die hem aengaen, in sinen gheslachte, dat sijt aenueerden, ende dat sal den kinderen van Israel een sede sijn ende een recht sijn, so die HEERE Mose geboden heeft

12

Ende die HERE sprac tot Mose, Ga naar margenoot+ climt op dat geberchte Abarim, ende besiet dat lant, dat ic den kinderen van Israel geuen sal.

13

Ende als ghijt gesien hebt, suldy vergadert worden tot uwen volcke, gelijc uwe broedere Aaron vergadert is,

14

Want ghi mijnen woorde ongehoorsaem geweest sijt in die woestijne Zin, in die wedersegginghen der gemeynten, als ghi mi gheheylicht sout hebben, door dat water voor hen lieden. Dat is dat kijfwater tot Kades in die woestijne Zin,

15

ende Mose sprac met den HERE segghende,

16

die HERE die God is ouer die geesten van alle vleesch, wilt doch setten eenen man ouer die gemeynte,

17

die voor hen lieden wt ende ingae, ende diese wt ende in leyde, op dat die gemeynte des HEREN niet en si, als die schapen sonder herdere.

18

Ende die HERE sprac tot Mose, Neemt Iosua Nuns soon bi v, die een man is, daer die geest in is, Ga naar margenoot+ ende legt uwe handen op hem,

19

ende stelt hem voor den priester Eleazar, ende voor alle die ghemeynte,

20

ende gebiet hem voor hare ooghen ende prijst hem met sinen loue, dat hem gehoorsaem sijn mach, alle die ghemeynte der kinderen van Israel,

21

Ende hi sal gaen voor den priester Eleazar, ende die sal voor hem raet vraghen, door die wijse des lichts voor den HERE. Na des selfs mont sullen wt ende in trecken, beyde hi, ende alle die kinderen van Israel met hem, ende alle die ghemeynte

22

Mose dede, so hem die HERE gheboden hadde, ende nam Iosua, ende stelde hem voor den priester Eleazar, ende voor alle die gemeinte,

23

ende leyde sijn hant op hem, ende geboot hem so die HERE tot Mose ghesproken hadde

margenoot+
A vers 1

margenoot+
B vers 5

margenoot+
C vers 12

margenoot+
D vers 18


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken