Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Den Bybel met groter neersticheyt ghecorrigeert (Liesveltbijbel 1542) (2010)

Informatie terzijde

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

XML (13.50 MB)

tekstbestand






Editeur

Hans Beelen



Genre

non-fictie

Subgenre

bijbel / bijbeltekst(en)


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Den Bybel met groter neersticheyt ghecorrigeert (Liesveltbijbel 1542)

(2010)–Anoniem Liesveltbijbel–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Hier wort voorder den Prophete in een ghesichte een beuel gegheuen

Dat .iiij. Capittel

[pagina *]
[p. *]

1

Ga naar margenoot+GHi sone des menscen, neemt een tijchel die legt voor v, ende ontwerpet daer op de stadt Hierusalem,

2

ende maect een belech daeromme, ende een bolwerc daeromme, ende graeft schantsen oft een scutsel daeromme, ende maect een heyr daeromme, ende stelt hutten ende boeyen, daer rontomme.

3

Mer voor v neemt een yseren panne, die laet een yseren muere sijn, tusschen v, ende die stadt, ende richt v aensicht tegen haer, ende belegtse, Dat si een teeken den huyse Israels.

4

Ghi sult ooc op dijnder slincker siden leggen, ende legghen die misdaet des huys Israels op die selue, So vele dagen als ghi daer op ligt, so lange sult ghy ooc haer misdaet draghen,

5

Ick wil v die iaren haerder misdaet tot een ghetal der daghen maken, te weten drie hondert ende tnegentich dagen, So langhe sult ghi die misdaet des huys Israels draghen,

6

Ende als ghi sulcx volbracht hebt, so sult ghi v daer na op dijne rechte side legghen, ende sult die misdaet des huys Iuda dragen veertich daghen lanc. Ende ic geue v hier eenen dach, voor een iaer

7

Ende stelt dijn aensicht ende dijnen blooten arme teghen dat belegerde Hierusalem, Ga naar margenoot+ ende predict tegen haer Ende siet, Ic wil v stricken aendoen,

8

also dat ghi v niet weynden en mogheste vander eender siden tot die ander, tot dat ghi die daghen dijnre belegghinghe volbracht hebt.

9

Daeromme neemt nv tot v, tarwe, gerst, boonen, wicken, hers, ende spelt, ende doetet al in een vat, ende maect daer wt so veel brooden, so veel dagen als ghi op dijnre siden liggeste, also dat ghi drie hondert ende tnegentich dagen daer genoch te eten hebt,

10

Also dat dijne spijsse, die ghi dagelicks eten moet, si twintich sikel swaer (na dat gewichte) Alsulcx sult ghi vander eender siden totter anderder eten.

11

Dat water sult ghi oock na der mate drincken, te weten dat seste deel van een Hin. Ende ghi sult sulcx ooc vander eender siden totter anderder drincken.

12

Ghersten koecken sult ghi eten, die ghi voor haren oogen met menschen dreck backen sult.

13

Ende die HERE sprac, Also moeten die kinderen Israels haer onreyn broot eten, onder die heydenen, derwaerts icse verstooten hebbe,

14

Maer ic sprac, Ach HERE God, Siet, mijn siele en is noch niedt onreyn gheworden, want ic hebbe van mijnder iuechden op, tot deser tijt toe, geen doot aes (oft verstict) noch vanden wilden dieren verschoort, gheten, ende daer en is noyt geen onreyn vleesch in mijnen mont gecomen.

15

Hi sprac tot mi, Siet, Ic wil v koeyen drec voor menschen drec toe laten, daer ghi v broot mede maken sult.

16

Ende hi sprac tot mi, Ghi menschen kint, Siet, ic wil den voorraedt ende prouisie des broots tot Hierusalem wech nemen, alsoe datse dat broot eten moeten na dat ghewichte ende met commer, ende dat water na der maten met commer drincken,

17

Daeromme datse broots ende waters ghebreck hebben sullen. Ende deen sal metten anderen in droefnisse sijn, ende si sullen in haerder misdaet versmachten

margenoot+
A vers 1

margenoot+
B vers 7


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken