Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Den Bybel met groter neersticheyt ghecorrigeert (Liesveltbijbel 1542) (2010)

Informatie terzijde

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

XML (13.50 MB)

tekstbestand






Editeur

Hans Beelen



Genre

non-fictie

Subgenre

bijbel / bijbeltekst(en)


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Den Bybel met groter neersticheyt ghecorrigeert (Liesveltbijbel 1542)

(2010)–Anoniem Liesveltbijbel–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

¶ Hi belooft den volcke Israels weder goet ende weluaert, Ende hi doet haer beloften, die in Christo veruult sijn, niet om haers, mer om sijns heylighen naems wille

Dat .xxxvi. Capittel

1

Ga naar margenoot+ENde du menschen kint propheteert den bergen Israels, ende segt, O ghi berghen Israels hoort des HEREN woordt,

2

Alsoo spreect die HERE God, Daeromme dat die vianden haer ouer v beroemen, seggende. Ehe, Die vaste berghen sijn nv onse,

3

Daeromme propheteert ende segt, alsoo spreect die HERE God. Aengesien datmen v ouer al verwoest, ende vernielt, ende zijt den ouergebleuenen heydenen te deel gheworden, die alomme haer spotterije met v bedriuen,

4

daeromme hoort O ghi bergen Israels, dat woort des HEREN Gods, also spreect dye HERE God, beyde totten bergen ende totten houelen, tot dye beken ende dalen, tot die eenlike woestijnen, ende die verlaten steden, die welcke den ouergebleuen heydenen rontsomme tot eenen spot ende roof geworden sijn,

5

Ia also spreect die HEERE God, Ick hebbe in mijn zeloersche bernende liefde ghesproken tegen die ouergebleuen heydenen, ende dat gansche Edom, die welcke mijn landt in ghenomen hebben, met grooter beroemte ende tortinge, om dat selue te verheeren, ende te plonderen.

6

Ga naar margenoot+Daeromme propheteert vanden lande Israel, ende segt totten bergen ende houelen, totten dalen ende beken, Alsoo spreect die HERE God. Siet, ick hebbe in mijnder gramscappe, ende zeloerscher liefde gesproken, Want ghi alsulcken versmaetheyt vanden heydenen verdraghen moet, Daeromme spreect die HERE God also.

7

Ic heffe mijn hant op, dat uwe naghebueren die heydenen rontsomme haer schande weder sullen moeten dragen.

8

Mer ghy bergen Israels sult weder groeyen, ende uwe vruchten brenghen mijnen volcke Israels, ende het sal corts gheschieden.

9

Want ic wil mi weder tot v wenden, ende v aensien, op dat ghi vanden huyse Israels gebouwet ende besaeyt, ende uwer veel worde,

10

Ende die steden sullen weder bewoont ende die woestinen gebouwet worden,

11

Ia ic wil v een menichte geuen van luyden ende beesten, also dat ghi v vermeerderen ende wassen sult, Ende ic wil v weder insetten, daer ghi voormaels woonde, ende ic wil v meer goets doen dan ye te voren, ende ghi sult weten, dat ic dye HERE si,

12

Ic wil v lieden toe brengen, die mijn volc Israels sullen zijn, die sullen v besitten, ende ghy sult haer erfdeel zijn, ende ghi en sult voortaen niet meer erueloos worden.

13

Also spreect die HERE God, Wantmen dat van v seyt, Ghi hebt veel luyden verslonden, ende hebt dijn volc erueloos ghemaect,

14

Daeromme en sult ghi niet meer luyden verslinden, noch dijn volc erueloos maken, spreect die HERE god,

15

ende de heydenen en sullen v niet meer begecken, noch lasteren onder die luyden, Ende ghi en sult dijn volc niet meer verliesen, spreect die HERE God.

16

Ende des HEREN woort geschiede weder tot my, Ga naar margenoot+ ende sprac.

17

Ghi menschen kint, Doen dat huys Israels in sinen lande woonde, ende dat selue veronreynichde met haren wegen ende doen, also dat haren wech voor mi was, gelijc als die onreynicheyt eender vrouwen in haerder crancheit.

18

Doen storte ic mijn toornicheyt wt ouer haer, om des bloets wille dat si inden lande wtstorten, ende dat selue ontreynicht hadden, door haer Goykens ende beelden,

19

ende ic verstroydese onder dye heydenen, ende veriaechdese in die landen, ende oordeeldese na hare weghen, ende voornemen,

20

ende si hielden haer ghelijc die heydenen, derwaerts si quamen, ende si ontheylichden mijnen heyligen name, also datmen van haer seyde, Is dat des HEEREN volc? dwelcke wt sinen lande heeft moeten trecken?

21

Mer ic spaerdese om mijns heyligen naems wille, den welcken dat huys Israels ontheylichde, onder die Heydenen, derwaerts si quamen.

22

Daeromme sult ghi totten huyse Israels segghen, Also spreect die HERE God, Ga naar margenoot+ Ic en doets nyet om uwen wille, O du huys Israels, mer om mijns heyligen naems wille, dien ghi ontheylicht hebt, onder die heydenen, totten welcken ghy ghecomen sijt,

23

want ic wil mijnen name dye voor v ontheylicht is, heylich ende groot maken, Ende die heydenen sullen bekennen, dat ic die HERE si, spreect die HERE God, als ic my voor haer aen v verthoone dat ic heylich si.

24

Want ick wil v wt die heydenen halen, ende v wt alle landen versamen, ende v weder in uwe lant brengen,

25

ende ic wil reyn water ouer v ghieten, op dat ghi reyn wordet van alle uwe onreynicheden, ende van allen uwen beelden wil ic v reynigen,

26

Ga naar margenoot+Ende ic wil v een nieuwe hert ende eenen nyeuwen gheest in gheuen, Ga naar margenoot+ Ende ick wil dat steenen herte wt uwen vleessche wech nemen, ende v een vleesschen herte gheuen,

27

Ick wil mijnen gheest in v gheuen, ende wil alsulcke luyden wt v maken, dye in mijne gheboden wandelen, ende mijne rechten houden, ende daer na doen,

28

Ende ghi sult woonen inden lande dat ic uwen vaderen gegeuen hebbe, ende ghi sult mijn volc sijn, ende ic wil uwe God sijn,

29

Ic wil v van alle uwe onreynicheden verlossen, Ende ic wil den coren beuelen, dattet wel wasse, ende ic en wil v gheenen honger laten lijden

30

Ic wil die vruchten op die boomen, ende dat gewasch opten velde vermeerderen, dat v die heydenen nyet meer en bespotten van des honghers weghen.

31

Als dan sult ghi op uwe boose weghen dencken, ende uwe voornemen, dat niet goet en was, ende dan sal v uwe sonde, ende afgoderije berouwen,

32

Sulcks wil ick doen, niet om uwen wille, spreect die HEERE God, dat ghijt weet, Maer ghy sult v moeten schamen, O ghy vanden huyse Israhels, van uwen weghen.

[pagina *]
[p. *]

33

Also spreect dye HERE God, Ter tijt als ick v reynigen sal van alle uwe sonden, So wil ic dese steden weder besetten, ende die verwoeste sullen weder ghetimmert worden,

34

Dat verderft lant sal weder geploecht worden, daer voor dattet verheert was, ende dattet alle die daer door gaen, sien sullen ende seggen.

35

Dit lant was bedoruen, ende nv ist gelijc als eenen lustigen hof, Ende dese steden waren verstoort, verschoort ende woest, Mer staen nv vast getimmert, ende vol volcx,

36

Ende die ouerghebleuen heydenen rontomme v, sullen leeren, dat ic die HERE ben, die daer timmert, so wat geschoort is, ende plantet, so wat verwoest was, Ic die HERE segt, ende doet oock

37

Also spreect die HERE God, Dat huys Israhels sal mi weder vinden, op dat ic my aen haer openbare, Ende ic wilse vermeerderen, ghelijc als een cudde der menschen, gelijc een cudde der heyligen,

38

gelijc een cudde Hierusalems, op hare feesten, Alsoo sullen ooc die verwoeste steden, vol cudden der menschen worden, ende si sullen weten dat ick die HERE ben.

margenoot+
A vers 1

margenoot+
B vers 6

margenoot+
deu. viij phi. iij. ij.cor. iij

margenoot+
God is onser genadich om sinent wille. Hiere. xxxij. ende xxxiij deu. viij ende xxxij ro. v. viij Ephe. i. Io. iij

margenoot+
C vers 26
margenoot+
Nieuwe hert nieuwen geest


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken