Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Den Bybel met groter neersticheyt ghecorrigeert (Liesveltbijbel 1542) (2010)

Informatie terzijde

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

XML (13.50 MB)

tekstbestand






Editeur

Hans Beelen



Genre

non-fictie

Subgenre

bijbel / bijbeltekst(en)


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Den Bybel met groter neersticheyt ghecorrigeert (Liesveltbijbel 1542)

(2010)–Anoniem Liesveltbijbel–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

¶ Hi propheteert van die salicheyt die God door sinen sone bewijsen wil. Ende van dat rijcke dat si door Christum vercrijgen sullen.

Dat .iiij. Capittel.

1

Ga naar margenoot+IN die laetste daghen sal den berch waerop des HEEREN huys staet, opgherecht worden, hooger dan alle berghen ende bouen alle hueuelen verheuen zijn, Ende alle volckeren sullen daer toe loopen.

2

Ende veel heydenen sullen gaen, ende segghen. Coemt laet ons henen op totten berghe des HEREN gaen ende totten huyse des Gods Iacobs, op dat hi ons sine weghen leere, ende wi op sine straten wandelen mogen Want van Zion sal dye wet wtgaen. Ende dat woort des HEEREN wt Hierusalem. Hi sal onder veel volcx dat recht wtspreken, ende veel heydenen straffen in verre landen, Also dat si haer sweerden tot ploechysers, ende haer spiesysers tot seysens, ende sickelen sullen versmeden.

3

Deen volck sal tegen dandere geen wapen oft sweert opheffen, ende si en sullen voordtaen nyedt meer oorloghen,

4

Maer een yeghelijck sal onder sinen wijngaertstocken ende vijgheboom sitten sonder sorghe, Wandt den mont des HEEREN der heyrscharen heuet ghesproken.

5

Maer wy sullen wandelen inden name des HEEREN, ons Gods altijt ende eewelijck.

6

Ga naar margenoot+Ter seluer tijdt spreect die HERE, wil ic die lamme ende cruepele ende verstootene, die ic gecastijt ende gheplaecht hebbe, weder versamen ende hier op brenghen

7

Ende ick wil den cruepelen ende lammen bestellen, dat si erfghenamen hebben sullen, ende dye swacken tot eenen grooten volcke maken. Ende dye HERE sal een Coninck ouer haer zijn, opten berch Zyon, van nv aen tot inder eewicheydt.

8

Ende du O thoorne Eder, een hoochte ende veste der dochter Zyon. Dijn gulden roose sal comen, die voorledene heerschappie, dat Conincrijck der dochter Hierusalem.

9

Waeromme hancstu nv aen andere vrienden, recht oft ghi desen coninck niet crijghen en soudt? Oft recht oft wt desen raet niet comen en soude? Wandt v dat wee also aenghenomen is, als eender vrouwen in kints noode?

10

Lieue lijdt doch nv sulcken arbeyt, ende wee, steent ende crocht O du dochter Zion, ghelijck een int kints noode. Wandt du moetste (tis waer) henen ter stadt wt, ende opten velde woonen, Iae tot Babel toe moetstu comen. Maer nochtans sulstu van daer weder verlost worden. Ende aldaer sal v dye HERE van dijne vianden verlossen.

11

Ende nv sullen haer vele heydenen tegen v versamen, ende segghen. Si is verbannen, wi willen onsen lust aen haer sien,

12

Maer si en weten des HEREN ghedachten niet, ende si en mercken sinen raedt niet, dat hijse versamen sal, ghelijcmen die schouen opten dorschvloer verghadert.

13

Daeromme O du dochter Zyon maect v op, ende Ga naar margenoota dorscht. Want ic wil dijn Ga naar margenootb hoornen yse-ren, ende dine clauwen metalen maken, op dat ghi vele volckeren aen stucken smijt. Ende ic wil den HERE haer goet verbannen, ende hare haue den heerschapper der gansschen werelt toeeygenen,

14

Mer nv du crijgherinne, oorloochs vrouwe wapent v, Want men sal ons belegghen, ende den Rechter Israhels metter roede op die kinnebacken slaen.

margenoot+
A vers 1

margenoot+
B vers 6

margenoota
Dorsschen, dat is hier dwoort Goods vercondighen.
margenootb
By die yseren hoornen ende metalen clauwen wordt verstaen die volstandicheyt ende crachte, inder predicatien des Euangelijs, dwelcke ghesciet wt den geest ende wten gelooue, ouermits die cracht gods, der welcker nyemant wederstaen en mach lu. xxi.c i.pe. ij. b Ioan. x


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken