Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Den Bybel met groter neersticheyt ghecorrigeert (Liesveltbijbel 1542) (2010)

Informatie terzijde

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

XML (13.50 MB)

tekstbestand






Editeur

Hans Beelen



Genre

non-fictie

Subgenre

bijbel / bijbeltekst(en)


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Den Bybel met groter neersticheyt ghecorrigeert (Liesveltbijbel 1542)

(2010)–Anoniem Liesveltbijbel–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

¶ Een heerlic gebet tot God den HERE, om hulpe ende vernielinghe der vianden. Een lof ende prijs van eenen goeden wijue

Dat xxxvi Capittel

1

Ga naar margenoot+ONtfermt onser O du HERE God alre dingen, ende aensiet ons, ende toont ons dat licht uwer ontfermherticheden,

2

ende inseyndt uwe vreese ouer die heydenen, Ga naar margenoot+ die v niet en hebben versocht, op dat si bekennen datter geen God en si dan ghi,

3

op dat si v grootdadicheden vertellen. Heft op uwe hant, ouer die vreemde lieden, dat si v macht sien.

4

Want gelijc ghi in haren aenscouwen gheheylicht sijt in ons, Ga naar margenoot+ also sult ghi in onsen aenscouwen groot gemaect werden in hen,

5

op dat si v ooc bekennen, gelijc wi v bekent hebben, want noyt en was eenich God dan ghi alleene.

6

O HERE vernieut die teekenen ende verandert die wonderlicheden

7

Ga naar margenoot+Maect heerlic v hant, ende uwen rechten arme,

8

Verwect die verbolgentheit ende wtstort die gramscap.

9

Verdrijft den wedersaker, ende quelt den viant,

10

Laet die vre haestelic comen, gedenct des eedts, op dat si uwe wonderen vertellen.

11

Hi moet in die gramschap der vlammen verslint werden, die behouden wert, ende die v volc verongelijcken, moeten verdoemenisse vinden.

12

Wrijft dat hooft der princen te stucken, ende der vianden die seggen, daer en is geen ander dan wi.

13

Vergadert alle die geslachten Iacobs, ende si moeten bekennen datter geen ander God en is, dan ghi alleen, op dat si v groote daden vertellen, ende ghi sultse eruen gelijc van beginne.

[pagina *]
[p. *]

14

Ontfermt ws volcx, O HERE ouer welcke uwen name aengeroepen is, ende Israels, dien ghi uwen eerstgeborenen sone ghelijck hebt ghemaect.

15

Ontfermt der stadt uwer heylichmakinge Ierusalem, der stadt uwer rusten,

16

Veruult Zion in uwe onuertellijcke crachten, ende v volc met uwer glorien.

17

Geeft ghetuygenisse dijnen creatueren, die ghi van beghin hebt gemaect, ende verwect die bedinghen die de eerste propheten in uwen name hebben gesproken.

18

Geeft loon den ghenen die in v ontbeyden, op dat v propheten getrou geuonden werden,

19

ende verhoort o HERE die ghebeden uwer knechten. Geeft v volc na die benedictie Aaron ende stiert ons inden wech der gerechticheit op dat si alle die de aerde bewonen, Ga naar margenoot+ moghen weten dat ghi alleen God sijt Ga naar margenoota daenscouwer der werelden.

20

Den buyck sal alle spijse eten, ende die een spijse is beter dan die andere.

21

Die kinnebacken raken die spijse aen, ende een onwijs herte die lueghenachtige woorden.

22

Een verkeert herte sal droefheyt gheuen, ende een besocht mensch sal dien wederstaen.

23

Een wijf sal alle man ontfaen, Ga naar margenoot+ nochtans is deen dochter beter dan die ander dochter.

24

Eens wijfs scoonheit verurolict eens mans aensichte, ende sal ouerleyden dye begeerte bouen alle begeerlicheit des menschen,

25

is in haerder tonghen vriendelicheit ende saechtmoedicheit, so en is haer man niet als ander mannen,

26

wie een goede vrouwe heeft ghecregen, die heeft een heerlike besittinghe, si is hem een hulpe ende calomne daer hi op rust,

27

daer geenen tuyn en is, daer sal die besittinge ontrooft werden, ende daer gheen wijf en is, daer versucht dye behoeuende.

28

Wien gelooft hi die gheenen neste en heuet, ende die afbuygende is, so waer dat doncker wort als een gewapent roouer wtspringende vander eender stadt in dandere.

margenoot+
A vers 1

margenoot+
To. ix.d

margenoot+
Iere. x.

margenoot+
B vers 7

margenoot+
Nu. vi.d
margenoota
Aenscouwer dat is, bewaerder oft liefhebber

margenoot+
C vers 23


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken