Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Den Bybel met groter neersticheyt ghecorrigeert (Liesveltbijbel 1542) (2010)

Informatie terzijde

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

XML (13.50 MB)

tekstbestand






Editeur

Hans Beelen



Genre

non-fictie

Subgenre

bijbel / bijbeltekst(en)


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Den Bybel met groter neersticheyt ghecorrigeert (Liesveltbijbel 1542)

(2010)–Anoniem Liesveltbijbel–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

¶ Hoe Iesus na sijn vastinghe vanden duuel ghetempteert wert Hoe Iesus Peeter, Andries, Iacob, ende Ioannem riep. Ende hoe Iesus in Galileen alle menschen van haer crancheden ghenas

Dat .iiij. Capittel.

[afbeelding]

1

Ga naar margenoot+† DOen is Iesus gheleyt vanden gheest inder woestinen, om dat hi getempteert soude worden vanden duuel,

2

Ende na dat hi gheuast hadde veertich daghen ende veertich nachten, so hongerde hem,

3

ende dye tempteerder quam tot hem ende sprack, Ga naar margenoot+ Sijt ghy dye sone Gods, so segget dat dese steenen broot worden,

4

ende hi antwoorde ende sprack. Daer staet ghescreuen. Die mensche en sal niet alleen vanden broode leuen, maer van allen woorde, dat wt den monde Gods coemt.

5

Doen voerde hem die duuel in die heylige stadt, Ga naar margenoot+ ende stelde hem op die thinnen des tempels, ende sprack, tot hem,

6

Sijt ghy die sone Goods, soo laet v hier af vallen, Want daer ghescreuen staet, Sijn enghelen sal hy ghebieden van v, ende in haer handen so sullen si af draghen, op dat ghi uwen voet niet stooten en soudt aenden steen.

7

Doen sprack Iesus tot hem, Wederom so isser oock ghescreuen. Ghi en sult uwen God uwen HERE niet tempteren.

8

Ga naar margenoot+Wederom voerde hem die duyuel op eenen seer hooghen berch, Ga naar margenoot+ ende toonde hem alle rijcken der werelt, ende haer heerlicheyt,

9

ende sprac tot hem. Alle dese sal ick v gheuen, ist sake dat ghi neder valt, ende my aenbidt

10

Doen sprac Iesus tot hem, Gaet wech duuel, want daer staet ghescreuen, Ga naar margenoot+ Vwen God, uwen HEERE sult ghi aenbidden, ende hem alleen dienen.

11

Doen verliet hem die duuel, ende siet, dye engelen quamen tot hem ende dienden hem. *

12

† Ende na dat Iesus hoorde dat Ioannes gheleuert was, Ga naar margenoot+ soo tooch hi na dat Galileetsche landt,

13

ende liet die stadt Nazareth, ende is comen wonen te Capernaum, die aender zee gheleghen is, op die eynden van Zabulon ende Neptalim,

14

op dat veruult soude worden, dat door den Prophete Ezayas ghesproken was. Ga naar margenoot+

15

Ga naar margenoot+Dat landt Zabulon, ende dat landt Neptalim byden wech der zee, ouer die Iordane, ende dat Heydensche Galilea, dat volck dat in duysternissen sadt, heeft een groot licht ghesien,

16

ende die daer saten op die eynden, ende schaduwe des doots, desen is een licht opghegaen.

17

Van dier tijt aen begonst Iesus te prediken ende te seggen, doet Ga naar margenoota penitencie, dat rijck der hemelen sal ghenaken. *

18

† Als nv Iesus bi dat Galileetsche meyr ghinck, so heeft hy ghesien twee broeders, Symon die Petrus hiet ende Andries sinen broeder, haer nedt in die zee worpen (want si visschers waren)

19

ende sprack tot haer Volcht my nae, ick sal v visschers der menschen ma-ken, Ende terstont lieten si haer netten ende sijn hem na gheuolcht.

[afbeelding]

20

Ende van daer voortgaende, Ga naar margenoot+ heeft hi twee ander broeders gesien, Iacob den sone van Zebedeo, ende Iohannem sinen broeder in een schip, met haren vader Zebedeo, vermakende haer netten, ende hi heeft dese tot hem geroepen.

21

Ende si lieten terstont haer scip ende haren vader, ende sijn hem gheuolcht. *

22

Ga naar margenoot+† Ende Iesus omghinck dat gheheele Galileetsche lant, leerende in haer synagoghen, ende predicte dat Ga naar margenootb Euangelium vanden rijc, ende genas alderley siecheden des volcx, Ende sijn fame is verbreyt int geheele landt van Syrien,

23

ende si brachten tot hem alle crancken, met menigerley siecten, ende qualen beghaeft, dye beseten, dye maensiectige, ende die gichtighe, ende hy maectese al ghesont.

24

Ende daer volchden hem nae veel scharen van Galileen, vanden thien steden van Ierusalem, ende vanden Iootschen lande, ende van ouer die Iordane.

margenoot+
A vers 1

margenoot+
mar. i.b Lu. iiij.a

margenoot+
de. viij a

margenoot+
B vers 8
margenoot+
deu. vi.c psal. cx.

margenoot+
deu. vi b ende .x.b

margenoot+
mar. i.b

margenoot+
Esa. ix a

margenoot+
C vers 15

margenoota
Penitencie doen, dat is berou hebben, ende dat quaet leuen laten wt liefden der gherechticheyt, ende versaken der sonden act. iij.d mar. i.b.

margenoot+
Luc. iiij c

margenoot+
D vers 22
margenootb
Euangelie, dat is de vercondinghe der gratien ende verlossinge gecregen ende gegeuen door cristum ende lange verwacht esa. xv c Mar. xvi.c


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken