Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Den Bybel met groter neersticheyt ghecorrigeert (Liesveltbijbel 1542) (2010)

Informatie terzijde

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

XML (13.50 MB)

tekstbestand






Editeur

Hans Beelen



Genre

non-fictie

Subgenre

bijbel / bijbeltekst(en)


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Den Bybel met groter neersticheyt ghecorrigeert (Liesveltbijbel 1542)

(2010)–Anoniem Liesveltbijbel–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Die Apostel bethoont die edelheyt der wetten ende dat door sijn exempel, hem seluen daer in verantwoordende, ende bidt dye Philippensen dat si hem volgen wilden.

Dat .iiij. Capittel

1

Ga naar margenoot+VOortaen lieue broeders, verblijt v inden HERE, dat ic v altijt eenderley scriue en verdriet mi niet, ende maeckt v dyes te sekerder.

2

Siet op die Ga naar margenoota honden, siet op die quade arbeyders, siet op die van een snijdinge.

3

Want wi sijn die van een snijdinge, die God dienen inden geest, ende beroemen ons van Cristo Iesu, ende en troosten ons niet opt vleesch,

4

hoe wel ic ooc hebbe, dat ic mi des vleeschs vertroosten mochte, So hem een ander duncken laet, Ga naar margenoot+ hi heeft wat, dat hi hem des vleeschs trooste, ic vele meer,

5

die opten achsten daghe besneden ben, een wt den volcke van Israhel, des geslachts Ben Iamin, een Ebreeusch wt den Ebreen, ende na der wet een Pharizeus,

6

na der neersticheit een veruolger der vergaderingen, na der gerechticheit inder wet geweest onstraffelijck.

7

Mer dat mijn gewin was, dat heb ic om Cristus wille voor scade geacht,

8

Want ic achte, het si alle scade om der oueruloedicheit wille der kennissen Iesu Cristi mijns HEREN, Ga naar margenoot+ om wyens wille ict al voor scade gerekent hebbe, ende achtet voor drec, op dat ick Cristum gewonne,

9

ende beuonden werde in hem, ende niet en hebbe die gerechticheit, die wter wet is, mer die door dat geloue Cristi coemt, namelic die gerechticheyt die van God coemt int gheloue,

10

om hem te bekennen, ende die cracht sijnder verrijsenissen, ende die gemeynscap sijns lijdens, dat ic sijnder doot gelijc werde,

11

oft ic ooc der verrisenisse vanden dooden gemoeten mochte.

12

Niet dat ict ymmertoes ontfangen hebbe, of ymmertoes volcomen si, mer ic iage hem na, oft ic ooc dat selue begrijpen mochte, daer ic in gegrepen ben van Cristo Iesu,

13

Mijn broeders, ic en scatte mi seluen noch niet, dat ic gegrepen hebbe, Mer een segge ic, ic vergete dat voorbi is, ende strecke mi tot dyen dat daer voor is,

14

ende iage na dye voorghesette mate, nae der cleynnode, welcke voorhout die roepinge Gods, van bouen neder in Cristo Iesu.

15

Hoe vele onser nv volcomen sijn, die laet also gesint sijn, ende sout ghi wat anders breeder gesint sijn, dat laet ons God openbaren

16

Mer doch, daer in wi tot noch toe ghecomen sijn, soo laet ons daer in wandelen na eender reghel, ende gelijc gesint sijn

17

† Broeders, sijt mijn nauolgers, ende neemtse ware die also wandelen, gelijck ghi ons hebt tot een voorbeelde oft forme

18

Want vele wandelen van welcken ick v dicwil geseit hebbe, mer nv segge ict v ooc met weenen, die vyanden des cruys Cristi,

19

welcker eynde is die verdoemenisse, Ga naar margenoot+ ende dyen den Ga naar margenoota buyck haren God is, ende haer eere tot scanden wert, dyen die op eertsce ghesint sijn

20

Mer onse borgerscap is inden hemel, van welcken wi ooc wachten den behouder Iesum Cristum des HEREN,

21

welcke sal verclaren dat lichaem onser nieticheyt, dat het gelijc werde den lichaem sijnder claerheyt, na der werckinge, daer hi hem ooc mede can alle dingen onderworpen. *

margenoot+
A vers 1

margenoota
honden dat sijn die ketters Esaie xxviij.d act xxiij b

margenoot+
B vers 4

margenoot+
C vers 8

margenoot+
D vers 19
margenoota
die hebben haren buyc tot haren god die achter laten dat suyuer woort Gods te leeren om haers selfs eere, ende wtwendich voetsel tegen cristus insettinge ro. xvi.c Ti. i.c


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken