Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Literatuur. Jaargang 21 (2004)

Informatie terzijde

Titelpagina van Literatuur. Jaargang 21
Afbeelding van Literatuur. Jaargang 21Toon afbeelding van titelpagina van Literatuur. Jaargang 21

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave



Genre

sec - letterkunde

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Literatuur. Jaargang 21

(2004)– [tijdschrift] Literatuur–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 37]
[p. 37]

Lexicon personages

De held die tijdelijk onzichtbaar wordt om aan zijn belagers te ontkomen, de schurk die zijn vuige listen ongestoord kan uitvoeren omdat niemand hem ziet, het onschuldige jongetje dat onbedoeld zijn spel uit de hand ziet lopen. Onzichtbare personages zijn er in soorten en maten, en vooral in de oude literatuur en in de jeugdliteratuur zijn ze volop te vinden. Maar niet daar alleen: door de hele wereldliteratuur lopen personages rond die per ongeluk of met opzet niet te zien zijn voor hun medepersonages.

Bram Vingerling

Bram Vingerling, 15 jaar oud, zit in de tweede klas van de middelbare school en woont in Den Haag. Hij werd verzonnen door Leonard Roggeveen die hem voor het eerst liet optreden in een feuilleton in de Maassluische en Westlandsche Courant. In 1927 kwam het complete verhaal, De ongelofelijke avonturen van Bram Vingerling, in boekvorm uit. Later verscheen nog een tweede boek over Bram: Het geheim van het oude horloge.

Bram is een modeljongen, die opvalt door zijn uitvinderstalent. Hij vindt een drank uit die onzichtbaar maakt: Abrovi. Natuurlijk beleeft Bram hiermee van alles. Het begint met wat onschuldige grapjes in de klas, maar als Bram ontvoerd wordt door een stel boeven met Japanse ogen (die menen dat hij het idee van hen gestolen heeft) wordt het menens. Uiteindelijk maakt hij zichzelf onzichtbaar om de Abrovi te redden.

Onzichtbaar maakt hij verschillende mensen aan het schrikken; later is hij de ster in een circusshow. Toch is Bram niet alleen maar gelukkig met zijn uitvinding. Hij weet namelijk niet of en hoe hij weer zichtbaar wordt: ‘Zijn onzichtbaarheid had hem veel meer moeilijkheden dan plezier gebracht’. Gelukkig loopt het allemaal goed af en wordt Bram vanzelf weer zichtbaar, waarna hij terugkeert naar Den Haag. Tegen het einde van het boek verzucht de jonge uitvinder ‘En dit weet ik zeker: nooit van mijn leven maak ik weer Abrovi. Nooit, nooit, nooit!’ [avdv]

Het onzichtbaar meisjen

Het waren de - toen nog Franse - autoriteiten die in 1812 toestemming gaven voor de Amsterdamse opvoering van Het onzichtbaar meisjen, blijspel in één bedrijf. De druk die in 1819 verscheen bij J. Altheer in Utrecht vermeldt op de titelpagina dat het een vertaling uit het Duits is door Jan Steven van Esveldt Holtrop, maar de schrijver van het origineel, de Duitse veelschrijver August von Kotzebue, blijft ongenoemd.

Het publiek dat in 1812 afkwam op de voorstelling Het onzichtbaar meisjen in afwachting van enkele spectaculaire trucages, moet zich zwaar bekocht hebben gevoeld. De beloofde onzichtbaarheid wordt van meet af aan als puur bedrog gepresenteerd. Het blijspel, een niemendalletje in één bedrijf, vereist een decor dat in twee kamers is verdeeld. In de ene kamer hangt een grote glazen, lege bol; in de andere kamer is een trechter in de muur gemonteerd, waardoor gesproken kan worden. Deze setting is het werkterrein van oplichter Goudhengel, die zijn betalende bezoekers versteld doet staan met de meisjesstem die zogenaamd uit de glazen bol klinkt, maar die wordt verzorgd door Susette via de trechter.

Susette blijkt haar man Stoffel, een goeiige kaarsensnuiter, aan de dijk te hebben gezet voor haar nieuwe bestaan als bedriegster in dienst van Goudhengel, maar gelukkig is ze daar niet van geworden. Ze plaatst inmiddels vraagtekens bij haar eigen optreden en zal in het spel via de trechter

illustratie
De tovenaar Merlijn wordt in de gedaante van een wildeman voor de koning gebracht


zich verzoenen met Stoffel. Eind goed, al goed. En voor wie erop zat te wachten was er ook nog een les, verwoord door bedrieger Goudhengel die zijn optreden verdedigt: ‘Wel beschouwd, bezit ieder mensch een onzichtbaar meisjen, dat hij door eene holle glazen bol nu op deeze, dan op gene wijze laat praaten, zingen of blaazen.’ Ja ja, bedriegers zijn we allemaal, maar met dit stuk toch vooral bedrogenen. [jk]

Merlijn

Van de duivel kreeg Merlijn - ziener en tovenaar aan het hof van koning Arthur - de kennis over alles wat in het verleden is voorgevallen, maar God gaf hem de wetenschap van wat de toekomst brengt. Bovendien kan hij zichzelf en anderen elke gewenste gedaante geven. Zo maakt hij zichzelf onvindbaar voor koning Uter Pendragon, wanneer die hem zoekt. Aan de koning en zijn dienaren verschijnen achtereenvolgens een wildeman, een arme herder en een rijke edelman, om een cryptische boodschap van Merlijn over te brengen. Tot drie keer toe hebben ze niet door dat ze met Merlijn zelf te maken hebben.

Aan het einde van het boek Merlijn (in het Nederlands geschreven door Jacob van Maerlant en Lodewijk van Velthem) verdwijnt de wijze tovenaar letterlijk in het niets. In ruil voor de liefde van de mooie Nimiane belooft hij haar alles te leren wat ze hem vraagt. Ze vraagt hem naar de spreuk waarmee ze iemand door middel van toverkracht gevangen kan houden. Merlijn voorziet dat hij haar slachtoffer zal

[pagina 38]
[p. 38]

zijn, maar kan haar verzoek toch niet weigeren.

De laatste die nog iets van Merlijn verneemt, is Gawein, die op een reis door het woud van Brocéliande plotseling een bekende stem hoort. Vanuit zijn gevangenis, die er voor Merlijn uitziet als de mooiste toren die ooit is gebouwd, maar voor Gawein alleen als een soort mistwolk is te onderscheiden, spreekt Merlijn hem toe. Hij vertelt wat er is gebeurd sinds hij Arthurs hof verliet, en laat de koning groeten.

Eigenlijk is de gevangenis onzichtbaar: Gawein kan de toren waarin Merlijn is opgesloten, niet zien, maar kan ook de gevangene daarbinnen niet zien of bereiken.

In de opera Merlijn, waarvoor Simon Vestdijk het libretto schreef en Willem Pijper de (onvoltooid gebleven) muziek, geeft Merlijn zijn geliefde (daar Viviane geheten) de macht hém onzichtbaar te maken ‘en te kluisteren in een gevang'nis van lucht’. Hier lost, na zijn gestalte, ook zijn stem op in het niets. [sk]

Dorbeck

‘Godverdomme, Dorbeck, waar ben je? Vertoon je!’ briest Osewoudt vlak voor hij zijn dood tegemoet rent. Zojuist heeft ook zijn laatste bewijsstuk zich tegen hem gekeerd: het fotorolletje, waarop hij een opname maakte van zichzelf en Dorbeck terwijl ze voor een spiegel staan, blijkt niet zo'n foto te bevatten. Wel één waarop alleen Osewoudt staat.

In De donkere kamer van Damokles introduceert W.F. Hermans zijn hoofdpersonage als een onbeduidende sigarenverkoper die zich onzeker voelt over zijn eigen mannelijkheid. Door zijn ontmoeting met legerofficier Dorbeck raakt hij in de zomer van '44 betrokken bij het verzet. Met ijver en kennelijk gemak verricht Osewoudt de liquidaties waarvoor hij opdracht heeft gekregen. Ook zijn eigen vrouw, die het tijdens zijn afwezigheid met een NSB-buurman heeft aangelegd, sneuvelt onder het zwaard van zijn gerechtigheid.

Direct na de oorlog is van Dorbeck geen spoor meer te bekennen, juist wanneer Osewoudt hem hard nodig heeft. Want zijn verzetsdaden blijken nogal ongunstig te hebben uitgepakt: iedereen die ooit met Osewoudt in contact heeft gestaan is naderhand

illustratie
a-film
Lex Schoorel speelt zowel Ducker als Dorbeck in Fons Rademakers' Als twee druppels water (1963)


door de Duitsers vermoord. Vandaar dat zijn ondervragers graag willen weten in wiens opdracht Osewoudt eigenlijk dacht te handelen.

Osewoudt vereenzelvigt zich sterk met Dorbeck, zodanig dat hij hem beschouwt als zijn ‘betere ik’: ‘Toen ik hem voor het eerst zag, dacht ik: zoals deze man is, zo had ik moeten zijn.’ Maar stellen dat Dorbeck alleen in de gedachten van Osewoudt bestaat, levert niet méér zicht op de werkelijkheid achter diens relaas. Uiteindelijk valt over Dorbeck slechts vast te stellen dat hij geen enkel zichtbaar spoor nalaat.

Fons Rademakers wist in zijn verfilming van boek (Als twee druppels water, 1963) het mysterie rond Dorbeck in stand te houden: hij liet Lex Schoorel de dubbelrol spelen van Osewoudt (Ducker in de film) en Dorbeck. [sk]

Siegfried

‘Dô wuohs in Niderlanden ein edelen küneges kint [...] Sîvrit was geheizen der snelle degen guot.’ Siegfried, het koningskind uit Xanten, verkrijgt door kracht en list een plaats aan het hof te Worms en verwerft zich de liefde van Kriemhilde. Die list bestaat vooral uit het gebruik van de tarnkap - verkregen door de dwergenkoning Alberik te verslaan - die hem onzichtbaar maakt: ‘Ouch was diu selbe tarnhût also getân [...] daz in doch niemen sach.’ De onzichtbare Siegfried volbrengt haast onmogelijke opdrachten en weet Brünhilde, de koningin van IJsland, te bedwingen.

Tegenwoordig is Siegfried wel in de eerste plaats bekend als de held uit Wagners Ring des Nibelungen. Ook daar is hij in bezit van de tarnkap, maar deze dient hier niet om onzichtbaar te worden, maar om van gedaante te kunnen veranderen - ‘er taugt, bedeckt er dein Haupt,/ dir zu tauschen jede Gestalt’, zegt Hagen. Wagner wist dat een gedaanteverandering meer dramatische mogelijkheden biedt dan het onzichtbaar optreden van een heldentenor. [jo]



illustratie
ruth walz
Scènefoto uit Wagners Götterdämmerung door De Nederlandse Opera (1998) met boven Hagen (Kurt Rydl), links Gunther (Wolfgang Schöne) met de tarnhelm en rechts Siegfried (Heinz Kruse)



Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken