Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Historie van Malegijs (1903)

Informatie terzijde

Titelpagina van Historie van Malegijs
Afbeelding van Historie van MalegijsToon afbeelding van titelpagina van Historie van Malegijs

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2.36 MB)

XML (0.81 MB)

tekstbestand






Editeur

E.T. Kuiper



Genre

proza

Subgenre

ridderroman


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Historie van Malegijs

(1903)–Anoniem Malegijs–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende

Hoe dat dye coninc Yvorijn voor Egghermont quam.

ALs die coninck Yvorijn ende dye ionghe grave van Palerne tot Akers vergadert waren, alsoo voorschreven is, so zijn si te schepe over ghereyst in kerstenrijcke bernende ende blakende ende vermoordende al tgene dat si vonden, tot dat si quamen voor die stadt van Eggermont, daer si haer tenten ende pauwelionen neder sloeghen. Ende die van binnen quamen dicwil ter poorten wt, ende sloegen den coninc veel volcx af, desghelijcx dede oock dye coninc. Och hoe bedruct was de edele vrouwe Druwane, doe si alle dit volc sach liggen voor die stadt, ende hadde gheen bystant daer si haer op mocht verlaten, want si had vernomen dat Buevijn haer man ghevangen was van Kaerle [te] Moncler. Denckt in wat groter lasten dat Benfluer was, doe si haren vader voor die stadt met so menich man sach ligghen, dye al haer lieden doot begheerde, och hoe dicwil versuchtede

[pagina 64]
[p. 64]

si ende seyde. O Vivien lief waer sidy, waer muechdi blijven, och waerdy nu hier ghy soudet my wel verlossen. &c.

Doen den dach quam, ende die wachter sinen horen gheblasen had, so is Vivien op gestaen ende heeft hem gereet gemaect om den camp te doen tegen Malegijs. Als Vivien bereet was ende wel voorsien, so ginck hi in conincx Antenors tente die hem al ghecleet hadde, ende ooc bereet was om self die campe te doen. Doe seyde Vivien totten coninc. O heer coninc van Spaengien wiens dienaer ic ben, ic wil bi uwer genaden ten crijte waert. Doe die coninc sach dat Vivien so bereet was, om den campe te doen ter eeren vanden coninc so seyde hi. O Vivien van Mombrant des conincx van Mombrants sone hoe sal ict tegen u connen verdienen die duecht ende vrientschap die ghi my bewesen hebt, ende noch bewijst, om dat ghy u wilt gaen setten voor mi. Maer ick heb een ander ghedacht, als dat ic den camp self doen sal, ende blijft ghi in rusten, ende ist dat ic verslagen werde, so gheef ic u de croone over hier voor alle mijn heeren als geweldich coninc van Spaengien. Ende ghi heeren wat segdi daer toe, sidy niet bereyt Vivien te ontfanghen als geweldich coninc van Spaengien. Daer die heeren op antwoorden ende seyden dat si niemant anders en begheerden dan Vivien, ende si souden hem manscap doen also dat behoorde. Doe Vivien dit hoorde vanden coninc ende van alle zijn heeren: so heeft hi den coninc seer bedanct seggende. Edel heer coninc wat ist dat ghi segt, ghi maect my bescaemt, hoe soudick u croon ontfanghen, dwelck nemmermeer gheschien en sal. Mer aengaende de campe dye ick aenghenomen heb, soo sal u believen heere, dat ick hem voor u doen sal, want het waer een eeuwighe scande dat ghijse dedet, wantmen soude ligghen segghen dat ick vervaert waer ende oock mede so heb ick hem selver in persoone aenghenomen. Ende

[pagina 65]
[p. 65]

is dat ick den campe self nyedt doen en mach, soo en sal ick nimmermeer harnas aen doen ende ick sal gaen dolen datmen niet weten en sal waer ic vervaren ben. Die coninck dit hoorende ghinck met zijn heeren in die tente ende seyde. Ghi heeren ghy hebt dese woorden van Vivien ghehoort, wat segdijer toe, wil ick hem den campe dan laten vechten ofte niet. Die heeren seyden ghemeynlijck datmen Vivien dye campe soude laten doen. Doen ghinck coninck Antenor met zijn heeren tot Vivien ende gaf hem zijn machte over, ende stelde hem in zijn stede, ende doen nam Vivien oorlof, ende reet ten crijten waert. Binnen desen middelen tijde, soo heeft Malegijs hem oock bereet om te campen. Ende doe hi hoorde dat zijn wederpartije in dat crijdt was, soo ghinck Malegijs tot Oriande ende seyde. O Oriande mijn wtvercooren lief nu is den tijt dat ick campen moet, aldus so maect u bereet, om te besien hoe dattet vergaen sal. Oriande dit hoorende versuchtede haer ende seyde. O Malegijs lief, ick had gewaent nu voortaen in vruechden met u te leven, mer this nu op dat alre quaetste. Malegijs seyde. Heb ick dat Rosbeyaert verwonnen ick sal wél een hondt verwinnen, ende met dien reet hy ten crijte waert.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken