Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Historie van Malegijs (1903)

Informatie terzijde

Titelpagina van Historie van Malegijs
Afbeelding van Historie van MalegijsToon afbeelding van titelpagina van Historie van Malegijs

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2.36 MB)

XML (0.81 MB)

tekstbestand






Editeur

E.T. Kuiper



Genre

proza

Subgenre

ridderroman


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Historie van Malegijs

(1903)–Anoniem Malegijs–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 102]
[p. 102]

Hoe Crisiole bi nachte met haer camerlinc quam tot Viviens bedde ende seyde, dat haer sone gevangen was met Druwanen, Benfluer, Aimijn vanden coninc Yvorijn.

DOe dese heeren gesceyden waren, ende elc te bedde gegaen was, soe quam Crisiole Spiets moeder met haer camerlinc bi nachte met consten tot Viviens bedde en seyde. Vivien ionckheer, Benfluer u lief ende Druwane u moeder ende Aimijn u soon, ende Spiet mijn soon zijn gevangen van coninc Yvorijn, ende en comdise niet te hulpen, soo sal hise gelijc dooden. Vivien dit horende versuchte in hem selven seggende, wie sidi op dat ict verdienen mach. Si seide, ic ben een alfinne Crisiole geheeten, die moeder van Spiet, ende weet certeyn, wildise levende sien, so moet ghi derwaerts reisen, ende hier mede so wil ic van u sceiden. Vivien spranc wten bedde peisende. Och allendich mensce wat suldi nu beginnen, want dalder liefste vrouwe is gecomen wt haren lande mi volgende ende is nu daerom gevangen, och wat sal ic tuwer lieften doen, ende aldus so claechde hi in hem selven. Doe den dach aengecomen was, so quam Vivien in die sale, daer hi sijn vader ende broeder ende oom vant, dien hi minlic gruetede ende vertelde hem lieden tgeen dat hi ghehoort had. Hertoge Buevijn van Eggermont creech alsulcken rouwe int herte dat hy neder ter aerden viel, ende was also badt dan een groote half ure. Malegijs ende Vivien waren seer bedruct door haren vader ende ter ander siden door tlijden van haer lieden moeder ende die grave vertroostese. Ende doe Buevijn van Eggermont op gestaen was, so seide hi. O felle foortune hoe valdi mi so swaer altijt van deen ongeluc op dander. Ende mettien nam Buevijn oorlof aen sijn broeder ende seide. Orlof lief broeder, ic wil gaen met mijn kinderen en met mijn volc, om die heydenen

[pagina 103]
[p. 103]

te bevechten ende de gevangen te verlossen, ende aldus reden si na Eggermont.

Doe die coninck Yvorijn die stadt van Eggermont gewonnen had ende die priencipale gevangen, so velde hi al die beelden de inder kercken behoorden en seide, daer sijn afgoden in. Galaffer riet den coninc altijt dat hi die gevangen dooden soude, twelc die coninc consenteerde ende hy dede alle de gevangen wt voeren om te dooden. Dese edele vrouwen beclaechden tegen malcanderen datse nu sterven moesten, desgelijcx soo dede Aymijn Viviens sone. Spiet dit siende seide. Laet staen u trueren, want alst ten wtersten comt soo weet ic noch een conste daer icse wel mede begecken sal. Die vrouwen dit hoorende verblijden haer een weynich op hopen dat si verlost souden werden. Binnen desen tijde so waren die dienaers vanden coninck ghecomen ter plaetsen daermen die iusticie soude doen, ende daer si alle vier waren. Die coninc seyde tot Spiet. Ghy cleyn dwerch, hebt mi veel spijts gedaen, wat segdi, ic heb raet gehouden met mijn heeren ende die hebben mi geraden, wildi u geloove laten ende onse ontfangen, ic sal u groot goet geven. Ende ghi Aimijn om dat ghi mijn dochters kint sijt, so vergeef ic al tgeen dat ghi mi misdaen hebt, eest dat ghi u kerstenen God af gaen wilt ende gelooven aen Mamet. Voort sal ic u maken generael capiteyn van alle mijn volck. Spiet ende Aymijn seyden. Hoe ghi ons meer doechden iont, hoe wi u meer quaets ionnen, ende eer wi ons geloove afgaen souden, wi lieten ons liever van lidt te lidt ontleden. De coninck dit hoorende wert seer toornich ende swoer bij Mamet, dat hijse daer om hanghen soude. Ten lesten is de coninc tot Druwane gheghaen, ende seide. O wtvercoren vrou Druwane, wildi aen onse wet gelooven, soo sal ic u coninginne van Mombrant maken, twelc

[pagina 104]
[p. 104]

si niet doen en wilde. Die coninc seyde, so sweer ic by Mamet dat ic u alle beiden aen eenen stake sal doen barnen. Ende die coninc beval Galaffer dat hi Spieten hanghen soude. Doe nam hi Spiet ende ginc met hem die leere op, ende meenden te hangen. Mer Spiet beswoer eenen duvel die hem sinen rinc ende sijn colve bracht. Ende doe stack hi den rinck aen sijn hant, ende quam die leer neder dat Galaffer niet en wist waer Spiet gevaren was, mer Spiet was onder tvolc vast slaende ende stekende so datter niemant gedueren en mocht. Die coninc dit siende, dede sijn paerden bi een vergaderen, ende meenden Spiet metten paerden te omringen om datse hem doot slaen souden, mer Spiet liep heymelic wech. Doe coninc Yvorijn sach dat hi aen Spiet niet en hadde, so was hi seer ghestoort ende seide. Bint desen Aymijn vast hy en sal u niet ontgaen, oft ghi en sult hem wel ghevoelen. Nu suldi weten dat Vivien ende sijn broeder ende sijn vader wt Moncler reden, so senden si eenen spier om te vernemen oftmen in tijts soude mogen comen. Die spier had gesien hoe dat Spiet ontcomen was ende hoe dander verwachteden die doot. Met deser tijdinge so quam die spier tot die heren ende seide. Druwane ende Benfluer staen beyde aen eenen stake om te verbranden, ende Aymijn sach ick staen op de leere om hangen. Vivien ende Malegijs reden terstont nae theyr toe. Binnen desen middelen tijde had Galaffer den bast gemaect om Aymijn te hanghen, mer Spiet sneeten in stucken ende werp Galaffer vander leeren. Doe quam Maleghijs ende Vivien ende riepen. Egghermont Egghermont. Doen quamen die heydenen wt rijden wel .xvi. duysent sterc tegen haerder .xcv. ende riepen, allarme, allarme.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken