Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Neerlandia. Jaargang 34 (1930)

Informatie terzijde

Titelpagina van Neerlandia. Jaargang 34
Afbeelding van Neerlandia. Jaargang 34Toon afbeelding van titelpagina van Neerlandia. Jaargang 34

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (3.97 MB)

Scans (26.32 MB)

ebook (5.00 MB)

XML (1.29 MB)

tekstbestand






Genre

non-fictie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Neerlandia. Jaargang 34

(1930)– [tijdschrift] Neerlandia–rechtenstatus Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

In Vlaanderen Nederlandsch!

Vanwege het Algemeen Nederlandsch Verbond is dezen zomer gedurende verscheiden weken te Roosendaal een met de Nederlandsche kleuren omrand strooibriefje aan naar België vertrekkende Nederlandsche reizigers overhandigd. Het luidde als volgt:

HOUDT UW TAAL HOOG!
Nederlanders,
Wilt bij uw bezoeken aan het Vlaamsch gedeelte van België, in het bijzonder aan Antwerpen en Brussel, U uitsluitend van de Nederlandsche taal bedienen.
Doet dit uit eerbied voor U zelf, voor uw volk, voor uw land; uit liefde voor uw eigen taal, die ook de taal der Vlamingen is. Het Algemeen Nederlandsch Verbond.

Het is een wonder, wat al beweging zoo'n eenvoudige aanbeveling kan teweegbrengen! De Nederlandsche dame, die uit naam van ons Verbond dit briefje ter hand stelde aan reizigers, die daarvoor in aanmerking kwamen, deelde ons haar ondervindingen mede en wij geven daarvan hieronder een samenvatting. Over gebrek aan belangstelling heeft zij althans niet te klagen gehad!

Vele Nederlanders, wie zij zoo'n briefje gaf..... schrokken een beetje. Heusch waar! Onze medewerkster stond ontzet over de onwetendheid aangaande Vlaanderen bij een groot deel van een goedgekleed publiek. ‘Je moet de taal spreken van het land, waar je binnen komt’, merkte er een op. - ‘Heel juist, mijnheer, daarom spreek ik in het Walenland Fransch

[pagina 137]
[p. 137]

en in het Vlamingenland Nederlandsch’. - ‘België is een Fransch land, als U dat niet wist.’ - ‘U is verkeerd ingelicht, mijnheer; van bovenaf tracht men wel Vlaanderen te verfranschen, maar Vlaanderen is Vlaamsch en wil Vlaamsch blijven.’

Een ander meende, dat onze voorvechtster bij de Vlamingen moest beginnen; recht daartegenover stond de meening, dat het denkbeeld zon zijn uitgegaan van de Vlamingen zelf - hetgeen volstrekt onjuist is. De Vlamingen staan er geheel buiten. Het toppunt bereikte een reiziger, die verontwaardigd uitriep, dat het Alg. Ned. Verbond ‘aan politiek doet’, wanneer het aldus Nederlanders aanspoort in Vlaanderen hun eigen taal te spreken!

 

‘Mijn indrukken zijn vele en velerlei’, schrijft onze dappere landgenoote, die zich in de nauwe doorgangen en afdeelingen der treinen wel dikwijls als in het hol van den leeuw heeft gewaagd. ‘De aangename hebben in aantal de overhand, maar de onaangename wegen zwaar. Naar het station gaande, had ik vaak het gevoel van iemand, die naar een examen gaat. Ik richtte mij in hoofdzaak tot het ontwikkelde. Nederlandsen sprekende publiek; bij het onontwikkelde was de ontvangst vaak al te grof. Er waren er zelfs, die tot schelden overgingen en die met een scherp woord op hun plaats moesten worden gezet. De onverschilligen onder de Nederlanders zijn niet zeldzaam, zij schijnen zich van het verleden van hun volknoch van de daden hunner groote tijdgenooten iets aan te trekken. Jan Salie is nog altijd niet dood.

‘En toch - over het geheel heb ik welwillendheid ontmoet. Dikwijls werd het briefje met instemming, ook wel met grooten bijval gelezen. De uitreiking ging meestal vergezeld van een opwekkend of toelichtend woord, daar men niet altijd aanstonds de bedoeling vatte. Vast staat, dat de propaganda voor onze taal in het Vlaamsche deel van België de aandacht in de richting van de stamverwanten heeft gestuurd en enkelen de oogen geopend. Bemoedigende, waardeerende brieven zoowel uit Nederland als uit Vlaanderen gaven steun. De hulpvaardige stationschef en de treinbeambten toonden zich zeer voorkomend. Een beambte bijv. snelde mij achterop met de waarschuwing, de vier komende wagens voorbij te loopen, daar die vol Amerikanen zaten. Of een bediende van de ververschingszaal wees mij: ‘dáár en daar vindt gij alleen buitenlanders’. Verschillende beambten antwoordden ontkennend op de vraag, of onze biljetten werden weggeworpen; men vond ze niet tusschen de sporen. Wel bleven er heel wat in de rijtuigen achter. ‘En ik verzeker u, dat wij ze niet verwijderen’, zoo zeide mij een hunner; ‘integendeel, we zijn er zuinig op en leggen ze weer netjes op de banken. We vinden deze propaganda heel schoon’.

Een Brabander bekende, dat hij het werk met groote ingenomenheid zag, maar ook met beschaming. ‘Want wij, Brabanders, zijn de eersten om te zondigen, wanneer wij de grens overschrijden.’ Anderen, ook handelsreizigers, verzochten een stuk of wat papierkens om ze te Brussel aan bekenden ter hand te stellen.

 

Onze medewerkster wijst er op, dat de Vlaamsche tolambtenaren allen meeleefden met het werk en dit niet verheelden. De Belgische treinconducteurs waren verdeeld; zij durfden blijkbaar niet rond voor hun meening uitkomen, ofschoon ze zeer goed begrepen, waar het om te doen was.

Een bekend Nederlander, gewoon de dingen nuchter te bekijken, schreef, dat dit betrekkelijk bescheiden werk in de practijk meer nut doet dan velen denken, daar de invloed veel verder gaat dan het Nederlandsch inplaats van Fransch spreken door eenige tientallen van menschen. Ruim dertien duizend briefjes zijn België ingegaan; er is over gesproken, afkeurend en goedkeurend. Moge het gestadig hameren op hetzelfde aambeeld vele onverschilligen doen opschrikken en herinneren aan hetgeen zij aan hun fierheid als Nederlanders zijn verplicht!


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken