Neerlandia. Jaargang 66

[p. 12]

De Vlaamse positie in België
Een samenvatting in cijfers

Demografie	Wallonië	Vlaanderen	Arr. Brussel
Bevolking 1858:	1.937.602 (41.9%)	2.238.825 (48.4%)	446.770 (9.7%)
Bevolking 1957:	2.997.412 (33.4%)	4.578.393 (51.0%)	1.385.831 (15.4%)
Toename 1858-1957:	1.059.810 (54.7%)	2.339.568 (104.5%)	939.061 (210.2%)

Volgens R. Cliquet, ‘Population development of the Flemings and the Walloons’, Homo, 11. Band, 1 u. 2 Heft, bedraagt het Vlaamse bevolkingsverlies als gevolg van emigratie (naar Wallonië) en denationalisatie (verfransing te Brussel, en uiteraard in Wallonië) meer dan 1.000.000 in 100 jaar. Het grotere geboorte-overschot van de Vlamingen is hierdoor volledig geneutraliseerd.

Taalverhoudingen in geheel België
Jaar	Bij voorkeur Frans	Bij voorkeur Ned.
1846	42.5%	57.5%
1910	45.36%	54.64%
1920	46.29%	53.71%
1930	45.09%	54.11%
1947	44.22%	55.78%

Taalverhoudingen in de Brusselse agglomeratie
Jaar	Bij voorkeur Frans	Bij voorkeur Ned.
1846	32.46%	67.54%
1910	51.31%	48.69%
1920	60.81%	39.19%
1930	65.06%	34.94%
1947	74.44%	25.56%
Verfranste groep in het Vlaamse land ongeveer 3%.

Taalverhoudingen in het centrale staatsapparaat en het leger
	Franse taalrol	Ned. taalrol
Ambtenaren 1e kategorie	57%	43%
(met universitaire standing)
Dienstplichtigen in het leger	33%	67%
Officieren totaal	65%	35%
Hoofdofficieren	88%	12%
Opperofficieren	100%	0%
Onderwijs	Frans	Nederlands
Kleuteronderwijs	37%	63%
Lager onderwijs	43%	57%
Secundair onderwijs lagere graad	43%	57%
Secundair onderwijs hogere graad	45%	55%
Hoger onderwijs	57%	43%
(handelshogescholen e.d.)
Universitair onderwijs	62% (1958)	38% (1958)
	59% (60/61)	41% (60/61)
Doctoraten en specialisaties na universitair einddiploma	67%	33%

Sociaal-economische aangelegenheden
	Wallonië	Vlaanderen	Arr. Brussel
Bevolking	33.4%	51%	15.4%
Daggemiddelde werkloosheid '52-57	19%	70%	11%
Idem, januari-oktober 1960 (totaal in België 159.198)	25.23%	64.15%	10.62%
Tewerkstelling medio 1949	36.87%	39.42%	23.71%
Idem, medio 1959	31.65%	43.21%	25.14%
Verhouding tewerkstelling tot arbeidspotentieel 3-12-1950	100.10	83.52	140.07
Idem, 30-6-1958	98.95	84.36	141.95
Productie in % van het Rijk 1953	36%	44%	20%
Idem, 1959	35%	45%	20%
Gemiddeld bruto-uurloon in okt. 59	33.64 Bfrs	28.30 Bfrs	29.02 Bfrs
	4 Waalse prov.	4 Waalse prov.	prov. Brabant
Particuliere investeringen als gevolg van diverse expansiewetten.
Expansiewetten 1953, 1955, 1957 (totaal 9.372.000.000 Bfrs)	32.1%	50.4%	17.5%
Idem, juli '59 (totaal tot 31-12-'60 12.333.040.000 Bfrs)	45.70%	39.98%	14.32%

Taaltoestanden in het Vlaamse bedrijfsleven

Volgens een onderzoek van Dr. H. Deleeck (De taaltoestanden in het Vlaams bedrijfsleven, Brussel, 1959), dat zich uitstrekte over de grote ondernemingen (meer dan 200 werknemers) in Oost-Vlaanderen, is ong. 75% van deze ondernemingen, w.b. directie, beheerraad, vergadering van aandeelhouders, uitsluitend Franstalig. De contacten van de directie met achtereenvolgens het hoger kaderpersoneel, het lager kaderpersoneel, de bedienden, de meestergasten en de arbeiders vinden in aflopende lijn in het Frans plaats; voor de genoemde categorieën in resp. ± 60, 50, 35, 8 en 2 procent van de ondernemingen.

De verhoudingen in Oost-Vlaanderen zullen niet veel verschillen van die in de rest van de Vlaamse provincies.

Conclusie

De taalgemeenschap, die de numerieke meerderheid van de Belgische bevolking vormt, neemt sociologisch een minderheidspositie in. De taalverhoudingen aan de top van het maatschappelijk leven zijn op hun gunstigst omgekeerd evenredig aan de taalverhoudingen aan de basis.