Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Neerlandia. Jaargang 72 (1968)

Informatie terzijde

Titelpagina van Neerlandia. Jaargang 72
Afbeelding van Neerlandia. Jaargang 72Toon afbeelding van titelpagina van Neerlandia. Jaargang 72

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave



Genre

non-fictie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Neerlandia. Jaargang 72

(1968)– [tijdschrift] Neerlandia–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 305]
[p. 305]

Cultuurbeleid als onderdeel van buitenlands beleid

Over dit onderwerp hebben wij in dit blad al vaak geschreven. Er is reden genoeg om hierop herhaaldelijk terug te komen. Wij doen dit in dit nummer ter inleiding van een artikel dat wij integraal overnemen uit de Nieuwe Rotterdamse Courant. Dit artikel achten wij een wezenlijke bijdrage tot de gedachtenwisseling over de vraag - die in Nederland en in iets mindere mate in Vlaanderen inderdaad nog altijd een vraag is - in hoeverre cultuurbeleid een essentieel onderdeel is van buitenlands beleid. Wij hebben wel eens de indruk dat zeker Nederland in dit opzicht nog tot de ontwikkelingslanden gerekend moet worden. In de memorie van toelichting op de Nederlandse ontwerpbegroting voor het ministerie van buitenlandse zaken wordt over cultuurbeleid niet gerept. Aangenomen mag toch worden, dat in de memorie van toelichting zaken aan de orde gesteld worden, die men voor de richting en de uitvoering van een beleid belangrijk vindt.

 

Nu is het ons bekend, dat bij het Nederlandse ministerie van buitenlandse zaken in de laatste jaren het besef gegroeid is, dat cultuurbeleid inderdaad een belangrijk onderdeel van buitenlands beleid is. De hoop mag dus gekoesterd worden, dat hiervan in de toekomst een en ander naar buiten zal blijken, in een volgende memorie van toelichting, ter verdediging van een behoorlijk ruime begrotingspost. Wat ons vooral een belangrijke zaak lijkt, is de oprichting van Nederlandse instituten in het buitenland naar het voorbeeld van het Institut néerlandais te Parijs. In het hiervolgende artikel wordt hierop nader ingegaan. Het zal tevens van belang zijn om in Nederland

[pagina 306]
[p. 306]

een goede coördinatie tot stand te brengen tussen de departementen die zich met buitenlands cultuurbeleid bezig houden, te weten de ministeries van cultuur, recreatie en maatschappelijk werk, onderwijs en wetenschappen en buitenlandse zaken. Er zijn hiervoor voorbereidende organisatorische maatregelen getroffen. Het is te hopen dat ze effect zullen hebben.

 

Van uitermate groot belang is voorts, dat er inzake Nederlands cultuurbeleid in het buitenland een hechte samenwerking komt met België. Nu het met de culturele autonomie in België ernst schijnt te gaan worden, zal het dienstig zijn na te gaan, welke mogelijkheden dit geeft ondermeer voor een gezamenlijk cultuurbeleid in het buitenland. Een Belgisch-Nederlands instituut (of Raad) voor Nederlandse cultuur met behoorlijke middelen voor de bevordering van de culturele integratie van het Nederlandse taalgebied èn voor een gezamenlijk cultuurbeleid naar buiten staat nog steeds bovenaan op ons verlanglijstje. De Nederlandse regering zou alleen, maar dan toch steeds in nauw overleg met de zuiderbuur, over kunnen gaan tot het inrichten van Nederlandse culturele instituten in daarvoor in aanmerking komende landen. Naar onze mening komen hiervoor als eerste in aanmerking de nabuurlanden en Indonesië. Het is zelfs de vraag, of, gezien de speciale aard van de verhouding tot Indonesië en van de gebleken grote behoefte ook aan culturele samenwerking tussen Nederland en Indonesië, aan de vestiging van een Nederlands cultureel instituut in Djakarta niet de hoogste prioriteit gegeven moet worden. Brussel dient uiteraard ook zeer hoog op de lijst te staan en vervolgens West-Duitsland. Het zal, wat West-Duitsland betreft, zaak zijn tot een goede samenwerking te komen met het Belgische Huis te Keulen. Keulen lijkt ons ook de meest aangewezen vestigingsplaats voor een Nederlands Instituut. Het voorgaande betreft dus de prioriteit. Vervolgens dienen uiteraard ook Nederlandse instituten gevestigd te worden in andere landen, waarmee culturele verdragen gesloten zijn, zoals Zuid-Afrika. (In 1953 werd een cultureel akkoord tussen Nederland en Zuid-Afrika gesloten, terwijl ook een Belgisch-Zuid-Afrikaans cultureel verdrag bestaat.)

 

Het is te hopen, dat de begroting, die het volgende jaar ingediend wordt, en de daarbij behorende memorie van toelichting, een wat rooskleuriger beleid zullen geven wat het buitenlandse cultuurbeleid betreft. Want, laat ons er geen doekjes om winden, we zijn in onze beide landen en speciaal in Nederland nog vrijwel nergens in dit opzicht, althans vergeleken met onze nabuurlanden en met name ook in het kader van Europese samenwerking.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken