Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Neerlandia. Jaargang 102 (1998)

Informatie terzijde

Titelpagina van Neerlandia. Jaargang 102
Afbeelding van Neerlandia. Jaargang 102Toon afbeelding van titelpagina van Neerlandia. Jaargang 102

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave



Genre

non-fictie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Neerlandia. Jaargang 102

(1998)– [tijdschrift] Neerlandia–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 23]
[p. 23]

De satellietzender van Vlaanderen en Nederland
● Armand Sliepen
directiesecretaris en hoofd beleidsontwikkeling Radio Nederland Wereldomroep

Zomer-TV

In de maanden juni, juli en augustus 1996 nam de Wereldomroep onder de naam Zomer-TV een proef met satelliettelevisie-uitzendingen voor Nederlanders in Europa. De programmering bestond uit eigen producties van de Wereldomroep en een selectie van bestaande programma's van de Nederlandse landelijke publieke omroepen. De programma's waren uitsluitend Nederlandstalig met een informatief-cultureel karakter. Er werd elke dag uitgezonden, zeven dagen per week, van acht uur 's avonds tot middernacht.

De vele reacties die wij kregen van Stockholm tot Sardinië en van Polen tot Portugal waren zeer positief, variërend van ‘eindelijk een station in onze eigen taal’ tot: ‘nu eens geen dagelijkse pulp zoals bij de commerciële stations’. En - tot onze niet geringe verrassing - bleken zich onder het kijkerspubliek ook veel Vlaamse kijkers te bevinden.

 

De Wereldomroep heeft vorig jaar Zomer-TV in zijn geheel betaald met inbegrip van de kosten van de analoge satelliettransponder en de kosten van de productie van ons eigen Wereldomroepprogramma. Omdat voor het overige gebruik werd gemaakt van bestaand programmamateriaal van de omroepen - daarover hoefden geen nieuwe rechten te worden betaald - kon buitengewoon kostenefficiënt en relatief goedkoop een hoogwaardig tv-programma worden aangeboden. Zomer-TV werd een succes.

 

Het succes van Zomer-TV gaf ons de overtuiging dat er in Europa een duidelijke behoefte is aan een permanent Nederlandstalig televisiestation dat een kwalitatief product weet aan te bieden. Daarom besloten we Zomer-TV ook dit jaar weer uit te zenden, met dezelfde programmaformule en uiteraard voor dezelfde doelgroep. Eerst als Zomer-TV - daarna per afgelopen oktober onder de eigen naam van de Wereldomroep. Een dagelijks tv-programma van 7 uur 's avonds tot middernacht, dat zowel analoog als digitaal wordt uitgezonden.

 

Met dit belangrijke verschil dat - naast programma's van de Nederlandse landelijke publieke omroepen en de Wereldomroep - in de programmering dit jaar voor het eerst ook de regionale omroepen en de BRTN programma's aanleveren. Wat de BRTN betreft gaat het dan om kinderprogramma's (TikTak), programma's als Vlaanderen Vakantieland, documentaires en het Journaal Laat.

Radio Delta

Dat de Nederlandse en de Vlaamse publieke televisie voor het eerst op dagelijkse basis samenwerken is bijzonder. Of ook weer niet zo bijzonder, want omroephistorici zullen mij herinneren aan een plan voor een gezamenlijke samenwerking op radiogebied, begin jaren '80: het roemruchte Radio Delta-project van NOS en BRT. Een plan dat na veel studie en bestuurlijk en politiek overleg uiteindelijk, in het zicht van de haven, toch niet doorging.

 

Ik spreek mij hier niet uit over de ‘schuldvraag’. Maar een feit is dat het echec van Radio Delta de toch al afstandelijke relatie tussen Nederland en Vlaanderen op mediagebied en op cultureel gebied en die tussen NOS en BRT in het bijzonder voor een reeks van jaren aanzienlijk heeft belast.

 

Het Radio Delta-project had de culturele verbondenheid van Nederland en Nederlandstalig België, met het Nederlands als dragend element, en de uitstraling van de Nederlandstalige cultuur naar de andere delen van Europa als uitgangspunten. De inwoners

[pagina 24]
[p. 24]


illustratie
Armand Sliepen


van beide landen en de landgenoten in den vreemde waren de doelgroepen.

 

In 1977 werd becijferd dat het zou gaan om 300.000 Nederlanders buiten Nederland in Europa (nu ongeveer 350.000) en circa 250.000 Belgen waarvan 2/3 Vlamingen buiten België in Europa. Nu zou het gaan om in totaal zeker 450.000 Nederlandstaligen die permanent buiten het eigen land (België en Nederland) wonen.

De opstellers van de nota over Radio Delta gaan in hun rapport ver terug in de tijd. Zij wijzen er op dat ‘de gedachte aan een gemeenschappelijk Belgisch-Nederlands (radio)programma al geruime tijd bestaat en eigenlijk vanaf de totstandkoming in 1946 van het Culturele Verdrag tussen België en Nederland onderwerp van meer of minder intensieve bestudering en overleg is geweest. ‘Zo heeft de Gemengde Commissie belast met de uitvoering van dit verdrag, toen zij in 1962 de aandacht van de beide regeringen vestigde op de noodzaak van samenwerking tussen gelijkwaardige culturele instellingen binnen het Nederlandse taalgebied, daarbij ook de radio-omroep als verspreidingsmiddel bij uitstek van cultuurwaarden beoogd.’

Radio Delta werd gedragen door een sterke culturele overtuiging. Ik citeer twee overwegingen uit de Nota van de werkgroep van maart 1979: ‘Overwegende dat door middel van dit gemeenschappelijke (radio)programma uitdrukking kan worden gegeven aan de culturele verbondenheid van Nederland en Nederlandstalig België en dat deze hierdoor mede bevorderd kan worden, welk streven past in de door België en Nederland voorgestane cultuurpolitiek ‘overwegende dat de aanwezigheid van een gemeenschappelijk (radio)programma, mede afgestemd op de omringende Europese landen, door een betere verspreiding van opvattingen en informatie over België en Nederland een wezenlijke bijdrage zal leveren aan de Europese politieke, economische en culturele samenwerking.’ Tot zo ver de nota.

Einde van een gezamenlijk initiatief

Het Radio Delta-plan werd in januari 1982 aangeboden aan de ministers van Cultuur van Nederland en België, de heren Poma en Van der Louw (nu NOS-voorzitter). Drie jaar later lag het rapport van de werkgroep-Delta nog steeds op de tafel van de Cultuurministers.

In een uiterste poging om het schip vlot te trekken schrijft NOS-voorzitter Erik Jurgens mede namens de eminente Johan Fleerackers (toen lid van de Raad van Beheer van de BRT) in een persoonlijke brief aan Minister Brinkman '85: ‘Het terreinverlies van de Nederlandstalige media in internationaal verband tekent zich van dag tot dag op verontrustender wijze af. Gegeven de afnemende financiële middelen van de op publieke dienstverlening gerichte omroepen en de marktsituatie die in kleine landen als Nederland en België ontstaat, zullen ook de Nederlandstalige omroepen steeds meer vreemdtalige en vooral Anglo-Amerikaanse producties gaan uitzenden.

Om de negatieve effecten van de stormachtige ontwikkeling op mediagebied tegen te gaan, hebben andere landen in Europa belangrijke initiatieven genomen. De Duitstalige omroepen werken steeds nauwer samen (in 3SAT), de Franstalige omroepen brachten TV5 tot stand. Ook de Scandinavische omroepen zoeken naar wegen voor nauwere samenwerking.

Het is een voor de hand liggende gedachte om de negatieve media-ontwikkelingen tegen te gaan door een samenbundeling van media-mogelijkheden binnen het totaal van de Nederlandse taalgemeenschap. Deze dreiging kan beter weerstaan worden door een gezamenlijkheid van twintig miljoen Nederlandssprekenden, dan door veertien (nu vijftien) miljoen Nederlanders en zes miljoen Vlamingen apart.’

Fleerackers en Jurgens doen in 1985

[pagina 25]
[p. 25]

een bewogen oproep aan Minister Brinkman: ‘Het is nu de ideale tijd voor actie voor culturele integratie bij de omroep. Laten we dit moment passeren, dan wordt opnieuw voor jaren een ontwikkeling op dit terrein geblokkeerd.’

En heel spijtig en teleurstellend, helaas, precies dat gebeurde.

BRTN en Wereldomroep

Inmiddels zijn wij een aantal jaren verder. De satelliettelevisie heeft sindsdien zijn intrede gedaan en de laatste jaren een enorme vlucht genomen. Als ik 's avonds alleen de programma's van ASTRA en Eutelsat-Hot Bird naloop kan ik in beginsel naar 280 kanalen kijken, al dan niet gecodeerd. Commerciële zenders waaronder veel betaal- en themakanalen en publieke zenders waaronder de Wereldomroep.

Hoe is nu de BRTN terecht gekomen bij de Wereldomroep? Welnu, toen dit voorjaar de plannen voor een herhaling van Zomer-TV vastere vormen aannamen, is bij ons de gedachte opgekomen om de programmering niet te beperken tot programma's van de landelijke omroepen, maar ook ruim baan te geven aan waardevolle programma's van de regionale omroepen en die van de BRTN. Een voor het Nederlandse omroepbestel heel onconventionele gedachte, maar ik prijs mij gelukkig te mogen werken bij een omroep waar ook onconventionele gedachten gewaardeerd worden en zelfs gerealiseerd kunnen worden.

Afgelopen mei meldde ik mij dus bij de tv-directeur van de BRTN, Piet van Roe, met de vraag of de BRTN als experiment gedurende drie maanden met programma's wilde meewerken aan Zomer-TV. Uiteraard kwamen wij te spreken over de trieste afgang van het Delta-project. Zo'n mislukking hoeft geen precedent te zijn, maar zijn reactie op mijn voorstel was niettemin - laat ik het voorzichtig formuleren - ‘bepaald terughoudend’. Niet nog een keer, moet hij gedacht hebben. En ik kreeg de indruk dat zijn terughoudendheid zich mengde met argwaan toen ik zei dat aan de medewerking van de BRTN geen kosten verbonden waren. Daar steekt wat achter: een Hollander die iets gratis en voor niks aanbiedt, dat kan niet waar zijn.

Ik heb toen gezegd: laten we het gewoon eens proberen als experiment voor drie maanden, als een probeersel op de werkvloer. Eens kijken of het in de praktijk werkt. Laten we er in ieder geval geen grote culturele pretenties aan koppelen. Vooral geen werkgroepen instellen of besturen inschakelen die overal juridische of bestuurlijke of beleidsmatige problemen zien. Lukt het niet, heel jammer, maar dan is er geen man over boord. Piet van Roe is een praktisch man. Misschien heeft hij gedacht: ik zie wel waar het schip strandt. En het kost ons, BRTN, niks. Maar hij gaf ons - en dat valt te prijzen - het voordeel van de twijfel. Vanaf 1 juli ging Zomer-TV van start met deelname van de BRTN. Dat was nieuw. Bijzonder, en misschien wèl historisch, was dat enkele weken later, op 20 juli - voorafgaande aan de Nationale Feestdag - Koning Albert voor het eerst zijn onderdanen in Europa toesprak via de satelliet-tv-zender van de Nederlandse Wereldomroep. Voor zover ik weet is dat nog nooit eerder gebeurd.

Beste van Nederland

De afgelopen twee jaar heeft de Wereldomroep alle politieke partijen in de Nederlandse Tweede Kamer geïnformeerd over haar satellietplannen voor wat is gaan heten BVN - het ‘Beste van Nederland’. Maar liefst twee unaniem door de Tweede Kamer aangenomen moties gaven steun aan het initiatief van de Wereldomroep. Ook de Nederlandse Eerste Kamer is vol lof. De Nederlandse regering, met de betrokken staatssecretarissen Nuis en Patijn voorop, staat achter BVN.

Nuis bracht daarbij nog een creatieve variatie aan op BVN - ‘het Beste Van de Nederlanden’ (zou kunnen).

Inmiddels rekenen onze kijkers, de Nederlanders en Nederlandstaligen in Europa, op permanente BVN-uitzendingen. Onze Vlaamse kijkers zijn enthousiast. Ik doe een willekeurige greep uit de post en de e-mail die wij kregen:

*met mijn zoon van vier met vreugde gewacht op TikTak, en dat midden in Praag
*wij zouden het leuk vinden af en toe een uitzending te zien van Panorama of een aflevering van de Drie wijzen, zo dat nog bestaat (reactie uit Noorwegen)
*kunt u de wedstrijd Nederland - België niet uitzenden? (Vlaming in Zwitserland)
*heerlijk om weer eens Nederlands te horen. Mijn Franse man heeft mij attent gemaakt op uw uitzendingen. Zijn mening: Même pour un français c'est très agréable, il faut continuer
*tot mijn grote vreugde wordt het BRTN Laatavondjournaal uitgezonden. Ik wens de BRTN nog veel succes (Oostenrijk)
*ik vind de programma's zeer interessant. Zo heb ik een half uur geleden Urbanus gezien, die woont hier een paar kilometer vandaan in Tollembeek (reactie uit Geraardsbergen)
*door uw zendingen in de wereldkoepel is eindelijk een virtueel venstertje op het huidige Vlaanderen open gedaan (Berlijn)
*na 7 jaar in Berlijn kan ik eindelijk een tv-programma uit Brussel ontvangen. Ik zou u willen feliciteren met dit initiatief. De overname van het BRTN-journaal is voor mij de meest voorbeeldige samenwerking van de Nederlandstalige omroepen. U kunt zich nauwelijks voorstellen welk signaal u in de wereld zendt wanneer Nederlandse en Vlaamse programma's samen door Nederlanders worden uitgezonden. Niet alleen voor Belgen/Vlamingen is dit belangrijk maar ook voor niet-Nederlandstali-

[pagina 26]
[p. 26]

gen. Ik kan niet meer tellen hoeveel keer ik hier in Berlijn al heb uitgelegd dat Niederländisch, Holländisch en Flämisch allemaal dezelfde taal zijn.
*Graag zou ik willen weten of de Wereldomroep ook in bepaalde gebieden in de Verenigde Staten te ontvangen is en wanneer? (reactie uit Italië) Welnu, ik kan u en de mevrouw uit Italië melden dat wij het bij de Europa-uitzendingen niet zullen laten. Een eerste uitbreiding van de BVN-uitzendingen naar de Nederlandse Antillen en Aruba zit er aan te komen. In september hebben we een eerste technische proef genomen. Er zijn plannen om delen van BVN naar Suriname, Zuid-Afrika, Australië en Nieuw-Zeeland door te stralen.

Al met al blijkt dat onze simpele, pragmatische, haast achteloze aanpak in de praktijk voortreffelijk werkt. Dat is verheugend en daar zijn we fier op. Maar, voeg ik eraan toe, er is voor BVN nog veel zending te verrichten. Het Vlaamse publiek in Europa is nog nauwelijks van het bestaan van de Nederlandstalige satellietuitzendingen op de hoogte.

Ook in de Vlaamse pers hebben de satellietuitzendingen nog relatief weinig aandacht gekregen. Ik constateer bovendien met enige schroom en vergeeft u mij, ik zeg het niet als verwijt: ook Vlaamse politici en de beleidsmensen in Vlaanderen die zich dagelijks met media en cultuur bezig houden, weten nog nauwelijks dat Vlaanderen via BVN in heel Europa te ontvangen is, en zelfs reikt tot landen als Litouwen, Wit-Rusland, Libanon, Syrië, Israël en Egypte.

Stand van zaken

Wat de BRTN betreft: haar standpunt is helder. De BRTN/VRT heeft in juni een beheersovereenkomst afgesloten met de Vlaamse Gemeenschap. Eventuele toekomstige satelliet-tv-uitzendingen zijn daarin niet opgenomen. (Overigens, terzijde: RTBF-programma's zijn al enkele jaren in Europa te ontvangen via de Franstalige satellietzender TV5). In een media-ontwikkeling met een explosieve groei aan satellietkanalen zijn ook voor de BRTN en haar toekomst satellietuitzendingen niettemin van belang.

‘Maar laten we realistisch zijn’, zei een BRTN-collega mij laatst, ‘het is niet te verwachten dat wij op korte termijn een avondvullend programma via eigen satellietuitzendingen zullen realiseren. Dat kunnen we eenvoudig niet opbrengen. Of het gaat ten koste van onze “normale” uitzendingen voor het eigen publiek in Vlaanderen zelf, en dat willen we niet.’ Dat hoeft gelukkig ook niet.

De nauwe programmatische samenwerking in BVN-verband biedt de BRTN alle mogelijkheden om belangrijke onderdelen van het eigen programma aan het Vlaamse en Nederlandse publiek in Europa - en daarbuiten - aan te bieden. De BRTN krijgt bovendien een zetel in het bestuur van BVN en kan zo ook bestuurlijke invloed uitoefenen. Het is dus voor de BRTN een volwaardige participatie in een gezamenlijk project met Wereldomroep, NOS en de Nederlandse regionale tv-omroepen. BVN kost geld. Vooral geld voor de satelliettransponders (meervoud).

Want we zenden zowel analoog als digitaal uit. Waarom doen we dit?

Waarom geven we veel geld uit aan analoge uitzendingen? Simpelweg omdat in Europa het grootste deel van ons kijkerspubliek nog over een analoge ontvanger beschikt. We verwachten dat het merendeel van onze kijkers over een à twee jaar over voldoende - betaalbare - digitale ontvangstapparatuur beschikt, zodat we met de dure analoge uitzendingen kunnen stoppen en alleen nog digitaal zullen uitzenden. In deze overgangsperiode zijn we dus relatief kostbaar bezig.

Laat ik de kosten van tijdelijke analoge uitzendingen buiten beschouwing, dan gaat het bij BVN structureel op jaarbasis in totaal om veertien miljoen gulden. Daarvan is drie en een half miljoen gulden voor rekening van de Wereldomroep, namelijk de kosten voor het produceren van het eigen programma. Rest op jaarbasis tien en een half miljoen gulden. Op 11 december 1997 hebben NOS en Wereldomroep een overleg met staatssecretaris Nuis over de toekomstige financiering van BVN. Ik heb de hoop dat er dan een structurele oplossing wordt gevonden, en ik hoop dat Vlaanderen niet wil achterblijven en bereid is een bijdrage aan dit gezamenlijke project te leveren. Als we van BVN het gezamenlijk Nederlandstalig kanaal willen maken, dan dienen de drie letters ‘BVN’ niet te staan voor het Beste Van Nederland zoals nu het geval is. Dan staat BVN met recht en reden voor het gezamenlijke Beste van Vlaanderen en Nederland. Want dat is immers ons doel. Dat is ook wat wij samen elke dag aan onze taalgenoten in Europa laten zien.

Ik sluit af en zeg in alle bescheidenheid na wat Fleerackers en Jurgens in 1985 aan Minister Brinkman schreven: ‘Het is nu de ideale tijd voor actie voor culturele integratie bij de omroep. Laten we dit moment passeren, dan wordt opnieuw voor jaren een ontwikkeling op dit terrein geblokkeerd.’ Laat dit niet opnieuw gebeuren.

Ik roep u en dit symposium op tot steun aan het Beste van Vlaanderen en Nederland.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken