Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Neerlandia/Nederlands van Nu. Jaargang 110 (2006)

Informatie terzijde

Titelpagina van Neerlandia/Nederlands van Nu. Jaargang 110
Afbeelding van Neerlandia/Nederlands van Nu. Jaargang 110Toon afbeelding van titelpagina van Neerlandia/Nederlands van Nu. Jaargang 110

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave



Genre

non-fictie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Neerlandia/Nederlands van Nu. Jaargang 110

(2006)– [tijdschrift] Neerlandia–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 41]
[p. 41]

In de kijker

In de teksten en citaten in deze rubriek worden uiteenlopende standpunten over taal ingenomen. Die standpunten zijn niet noodzakelijk ook die van de Vereniging Algemeen Nederlands of van de redactie van Nederlands van Nu. We hopen dat deze rubriek aanleiding kan geven tot reacties van lezers, die we graag publiceren in de rubriek Zeg 'ns wat.

Vlamingen spellen beter dan Nederlanders



illustratie

Een diepere oorzaak voor de betere prestaties van de Vlamingen ligt in de aard van het taalonderwijs in Vlaanderen. Dat is sterker gericht op het naleven van de norm dan het Nederlandse onderwijs. Nederlanders leren bijna niet meer hoe het moet, Vlamingen leren bijna alléén hoe het moet. Die fixatie op de regels bij Vlamingen vind ik overigens niet zo'n goede zaak. De echte taalkunde, zoals hoe taal in je hoofd zit of in welke situatie mensen anders gaan praten, komt in het onderwijs te weinig aan bod.

Dat verschil tussen Nederland en Vlaanderen valt helemaal te verklaren uit de ontstaansgeschiedenis van de standaardtaal in Vlaanderen. In Nederland is de nationale taal in de zestiende en zeventiende eeuw gestandaardiseerd. Maar in Vlaanderen spraken de meeste mensen, ikzelf ook, tot zo'n vijftig jaar geleden dialect. De standaardisering heeft hier pas laat vorm gekregen. Dat gaat natuurlijk gepaard met een sterk besef van wat volgens de regels ‘goed’ en ‘fout’ is. Bij geen enkel taalonderdeel is dat zo duidelijk als bij spelling. Spelling is een klein facet van taal, maar het werkt met duidelijke normen die goed te controleren zijn. Hoe iemand spelt, is dan ook een makkelijk selectiemiddel, bijvoorbeeld bij sollicitaties.

[...] In zeker mate vind ik het ook vervelend dat de Vlamingen zo vaak winnen en misschien het idee krijgen dat ze hun taal beter beheersen dan Nederlanders. Spelling is het minst boeiende van wat er allemaal aan taal te beleven is. [...] Spelling op zich is niet interessant. Wie een tekst schrijft, zou niet afgeleid mogen worden door vragen als: Moet ik hier twee woorden aan elkaar schrijven? Hoort hier een hoofdletter te staan? Is dit woord met een c of met een k? Dat zou vanzelf goed moeten gaan, zodat de schrijver zich kan concentreren op zijn onderwerp en schrijfstijl. Maar omdat onze spelling door de eeuwen heen gegroeid is tot wat ze is, zit ze vol tegenstrijdigheden, die struikelblokken kunnen zijn. Die zou je eruit kunnen halen, maar dan krijg je een zeer drastische spellinghervorming. Dat wil het gros van de taalgebruikers niet. Wat rest, zijn hulpmiddelen: een goede spellingchecker, een betrouwbaar naslagwerk.

 

(uit: Jan Erik Grezel, ‘Als we in Den Haag uitstappen, staat er een ploeg - Interview met de Vlaamse dicteebegeleider Ludo Permentier’. In: Onze Taal, jg. 74 (2005), nr. 12, pp. 328-330)

Spelling-2005 deugt niet



illustratie

Nee, na de gemiste kans in 1995 moet de spelling anno 2005 gekwalificeerd worden als een hardnekkige volharding in het negeren van de wensen van de gewone taalgebruiker. Die wilde bijvoorbeeld graag af van de onmogelijke regels van de tussen-n. Vrijwel iedereen vindt dat die regels samen een gedrocht vormen, ook de mensen die destijds bij het opstellen ervan betrokken zijn geweest. Er had verder ook wel wat mogen gebeuren met lastige dubbelspellingen als lokaal en locatie, akkoord en accorderen, disco en diskjockey. Maar nee, het is allemaal niet gebeurd. Het nieuwe Groene Boekje is wel veel uitvoeriger in de regelgeving dan het boekje uit 1995, maar echt helpen doet het niet. En dat is een treurige zaak voor iets wat de afgelopen tijd al miljoenen heeft gekost en de komende tijd nog miljoenen gáát kosten.

 

(uit: Wim Daniëls, ‘De kunst van het aanmodderen - Het nieuwe Groene Boekje’. In: Onze Taal, jg. 74 (2005), nr. 11, pp. 298-301)

De Nederlandse Taalunie en de spellingverandering



illustratie

Als de Taalunie zich voldoende onafhankelijk opstelde van uitgevers als Sdu, dan zou ze ook haar publieke functie op een hoger niveau kunnen tillen door zelf een uitgebreide woordenlijst gratis ter beschikking te stellen via haar website, zoals nu al met de lijst van aardrijkskundige namen gebeurt. Zo zou ze bijvoorbeeld jaarlijks nieuwe woorden kunnen toevoegen als dat nodig zou blijken, zonder dat ijverige taalgebruikers zich te vaak verplicht voelen om nieuwe naslagwerken in huis te halen. Van een overheidsinstantie verwacht je goede (gratis) dienstverlening en geen hand- en spandiensten aan de uitgeverswereld. De spelling is in se bijzonder onbelangrijk, maar raakt haast elke taalgebruiker emotioneel. Ze ligt dus te gevoelig om ze zonder overleg of grote publieke steun te veranderen. Als er een groot publiek draagvlak was voor de huidige beregeling, dan was het eenvoudig. Dan zou de Taalunie kunnen afzien van de

[pagina 42]
[p. 42]

tienjaarlijkse herziening en nieuwe woorden gewoon aan een woordenlijst toevoegen zodra ze veel gebruikt worden. Want in plaats van regelmatige kleine veranderinkjes heeft de taalgebruiker behoefte aan rust. Zodat hij zonder dat hij zich ervan bewust is, de spelling al lezend en schrijvend vanzelf onder de knie krijgt. Je kan niet zeggen dat de overheid op dit moment prima bezig is met die kleine tienjaarlijkse herzieningen, maar ik heb in dit artikel betoogd dat ook van andere mogelijke spellingberegelaars niet veel goeds verwacht kan worden. Als volkomen neutrale en volksvertegenwoordigende instantie is de overheid nu eenmaal het best geplaatst om het spellingbeleid te bepalen. Maar ze moet het wel goed doen.

 

(uit: Gert Meesters, ‘De spelling van “overhijt” - Wie moet bepalen hoe we schrijven?’. In: Over taal, jg. 44 (2005), nr. 4, pp. 82-85)

Uitspraak van Engelse woorden in het Nederlands



illustratie

Het is een feit dat de meeste mensen, zelfs zij die een ‘verzorgde, duidelijke, nietgekleurde, supraregionale, traditionele, Belgisch Nederlandse uitspraaknorm’ hanteren, een aantal van oorsprong Engelse woorden niet als zodanig uitspreken. Weinigen nemen ooit het woord jam in de mond, ongeacht de uitspraakwijze. Mannen die een jongedame uitnodigen in hun flat (flet), zullen niet gemakkelijk scoren. Tegelijk spreken heel wat mensen vrij recente woorden als hooligan en manager behoorlijk correct uit, Kampioenenvoorzitter Boma niet te na gesproken.

Maar er zijn ook woorden als tram en planning, die naar mijn gevoel iets te sterk naar het Engels blijven neigen, terwijl ze ondertussen al decennia in onze contreien zijn ingeburgerd. Op de VRT horen we meestal spreken over en ongeval waarbij een auto en een trem betrokken waren. Maar als het over de Kusttram gaat, is men veel minder consequent. En waarom een woord als plan, dat wij nog nooit als plen hebben weten uitspreken, in de werkwoordvorm (nog steeds) plennen moet zijn, is mij een raadsel.

We hebben er geen idee van hoeveel Engelse woorden ondertussen in onze taal en onze woordenboeken zijn doorgedrongen. Een aantal daarvan wordt in elk geval door de goegemeente gebruikt als waren het Nederlandse woorden. Sommige klinken ons meer dan vertrouwd in de oren wanneer we ze uitspreken als Nederlandse woorden (tram, plannen), voor andere ligt dat anders (manager, glamour).

 

(uit: Michael Herremans, ‘Gecharterd’. In: Ad Rem - Tijdschrift voor zakelijke communicatie, jg. 19 (2005), nr. 5, p. 1)


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over dit hoofdstuk/artikel

auteurs

  • Wim DaniĆ«ls

  • Gert Meesters

  • Jan Erik Grezel

  • Michael Herremans