Reflex
Kortsluiting van de tekst
Gegeven: de genaamde Geeraerts, Jef, van het mannelijke geslacht, geboren te enz. enz. Heeft o.a.
[A] als koloniale ambtenaar gewerkt in Belgisch Kongo, o.a. van 1955 tot 1959;
[B] in 59-60 een gevechtspatrouille geleid aldaar; is dan teruggekeerd naar België, heeft daar o.a. teksten geschreven, waaronder
[C] in 66-67 de tekst Gangreen I die naar zijn ervaringen van 55-59 [A] verwijst,
[D] in 68 in boekvorm is verschenen en
[E] deining heeft veroorzaakt binnen de Belgische maatschappij;
[F] heeft in 71-72 [?] de tekst Gangreen II geschreven die verwijst naar zijn ervaringen in 59-60 [B] en die
[G] in 72 is gepubliceerd [publiek gemaakt]; van de maatschappelijke receptie van dit geschrift is nu al aanwijsbaar
[H] een aantal kritieken en interviews;
[I] is nu nog in leven.
Om het nog wat schematischer te maken:
Ook zonder schema is het duidelijk dat de feitelijke én de potentiële lezers van Gangreen II [daar reken ik mezelf bij] in H behoren. A priori kan je het als waarschijnlijk stellen dat het [gepubliceerde] boek Gangreen II maatschappelijk belangrijk zal zijn - al is het maar doordat het boek Gangreen I de maatschappelijke omgeving niet onberoerd heeft gelaten: E. Iedereen weet dat de overgrote meerderheid van feitelijke en potentiële lezers de genaamde J. Geeraerts niet persoonlijk kennen, en evenmin soortgelijke belevenissen hebben meegemaakt; m.a.w. hun levenslopen vertonen geen gemeenschappelijke punten met levensloop ABCFI. Het ziet er naar uit dat die levensloop niet onbelangrijk is, als exponent van een historisch maatschappelijke situatie 1955-1972. Uit de tekst Gangreen II zou o.m. blijken dat feiten [in B] niet stroken met de officiële, vaderlands-historische versie.
Het schema lijkt me om de volgende aanwijzing interessant: dat wij nu in H geen toegang hebben tot feiten als A en B dan via D en C en/of G en F. Concreet houdt dit o.m. in:
- een complexe verhouding F-B: de tekst die geschreven werd is bvb. niet zo maar gelijk te stellen met ‘de memoires van een huurling’ of iets dergelijks;
- een bepaalde, zeer specifieke vorm van arbeid in F: schrijven. Deze arbeid houdt o.m. in dat Geeraerts zichzelf verraadt en compromitteert: anders ben je wel slim genoeg om nooit iets op papier te zetten. Het schrijven sluit natuurlijk nog niet uit dat er gelogen is of geromanceerd of gefantaseerd - maar evenmin: