| |
V. De visscher.
Wijs: Pieterman.
Ik ging laast op een zomernacht, zomernacht,
Met mijn hengeltje met mijn hengeltje,
Ik ging laast op een zomernacht,
Met mijn hengeltje op de jagt,
Ik ging laast op een zomernacht, zomernacht.
Ik ging in mijn bootje ging in mijn bootje:
Ik ging laast op een zomernacht,
In mijn bootje hield ik wacht,
Ik ging laatst op een zomernacht, zomernacht,
Wat zag ik daar komen, wat zag ik daar komen,
Ik ging laatst op een zomernacht,
Zag een lief meisje, zoo ik dagt.
Ik ging laatst op een zomernacht, zomernacht,
'k Zij kom lief meisje, 'k zij kom lief meisje
Ik ging laatst op een zomernacht,
In mijn bootje zoet en zagt.
| |
| |
Ik ging laatst op een zomernacht, zomernacht
Geef mij een kusje, geef mij een kusje,
Ik ging laatst op een zomernacht.
't Kusje gaf mij nieuwe kragt.
Ik ging laatst op een zomernacht, zomernacht,
O mijn lief bekje o mijn lief bekje,
Ik ging laatst op een zomernacht,
Kijk eens hoe zij nu toch lacht.
Ik ging laatst op een zomernacht, zomernacht,
Wat een lief halsje. wat een lief halsje,
Ik ging laatst op een zomernacht,
Ik streelde het halsje met magt.
Ik ging laatst op een zomernacht,
Wat een lief borsje, wat een lief borsje,
Ik ging laatst op een zomernacht,
Wat ik dat borsje niet acht.
Ik ging laatst op een zomernacht, zomernacht,
Wat een lief buikje, wat een lief buikje,
Ik ging laatst op een zomernacht;
Mijn buikje, mijn buikje, hoe zagt.
Ik ging laatst op een zomernacht, zomernacht,
Wat een lief dingske, wat een lief dingske,
Ik ging laatst op een zomernacht,
O mijn dingske, mijn dingske, maar wagt.
| |
| |
Ik ging laatst op een zomernacht, zomernacht,
Wat een paar dijtjes, wat een paar dijtjes,
Ik ging laatst op een zomernacht,
O! zoo'n paar dijtjes met pracht.
Ik ging laatst op een zomernacht, zomernacht,
Wat een paar kuitjes, wat een paar kuitjes,
Ik ging laatst op een zomernacht,
Zulke kuitjes, kijk zij lacht.
Ik ging laatst op een zomernacht, zomernacht,
O die voetjes, o die voetjes,
Ik ging laatst op een zomernacht,
Zulke voetjes in de nacht.
Ik ging laatst op een zomernacht, zomernacht,
Mogt ik eens voelen, mogt ik eens voelen,
Ik ging laatst op een zomernacht,
't Lieve meisje zoo ik placht.
|
|