Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 3 (1886-1887)

Informatie terzijde

Titelpagina van De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 3
Afbeelding van De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 3Toon afbeelding van titelpagina van De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 3

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (74.23 MB)

Scans (1387.69 MB)

ebook (66.59 MB)

XML (2.80 MB)

tekstbestand






Genre

proza
poëzie
non-fictie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 3

(1886-1887)– [tijdschrift] Nieuwe Belgische Illustratie, De–rechtenstatus Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Beknopte klimaatleer voor den liefhebber en den Belgischen landbouwer.

Onder dien titel is door den Heer F. Folie, bestuurder van ons Koninklijk Observatorium, een boekje uitgegeven, in eene bevattelijke en aangename taal geschreven, dat zeer wetenswaardige bijzonderheden bevat over de snelafwisselende veranderingen in de luchtgesteltenis van ons vaderland.

Eenige dier bijzonderheden, door ons zonder bepaalde keuze onder de lezing aangeteekend, zullen het nut van dit werkje voldoende bewijzen.

Invloed, der heerschende winden.

- België heeft denzelfden breedtegraad als Polen, als het noord gedeelte van de Mantchourie in het Noord-Oosten van China, als het land Labrador en het gansch zuidelijke deel van Hudsons-baai; welnu, het klimaat dezer drie streken is veel strenger dan het onze.

Waaruit dat voorrecht?

Ziethier de reden. De Zaid-westewinden, vooraleer zij tot ons komen, hebben hunnen weg gemaakt over de deelen van den Oceaan, waar die ontmeetbare warme stroom vloeit van bijna 400 uren breed, dien men Gulf stream noemt, terwijl in die andere landen dezelfde winden eerst over het vaste land geblazen hebben.

Een ander voorbeeld. Ierland, wiens middelbare breedte twee graden meer noordwaarts is dan de onze, heeft veel zachtere Winters dan wij, omdat het onmiddellijker door den Gulfstream begunstigd is.

Zoo vinden wij in Ierland den steeneik of immergroenen eik, die op het vaste land den parallelkring vin 45° niet voorbijgaat. - Zoo nog de geraniums en een groot getal planten, die zelfs aan het schoon klimaat van Tours niet weerstaan.

Integendeel is de Zomer in Ierland veel vochtiger dan bij ons en de druif kan er niet rijpen, terwijl bij ons de boorden der Maas met bloeiende wijnbergen bedekt zijn.

Rossa maan.

- Het schijnt, in elk onderzocht geval, dat aan elken echten regen van vallende sterren, op zes maanden afstand, eene daling van temperatuur beantwoordt. Waarom dat zoo is, is nog een duister punt. Maar wat op te merken valt is dat deze sterrenregens in October en vooral in November talrijk voorkomen, en daar is volgens ons inzien, misschien eene der oorzaken in te vinden van de vorstdagen, gansch ten onrechte aan de rosse maau toegeschreven.

Eene andere oorzaak van dezen vorst is het smelten van het ijs in de moerassen van Polen. Als een kilogram ijs van 0°, 79 eenheden warmte ontvangt dan geeft hij ons eenen kilogram water ook van 0°, dat is te zeggen dat, zonder eenige vermeerdering van voelbare warmte, hij juist de hoeveelheid warmte heeft opgeslorpt, die noodig zou zijn om de temperatuur van eenen kilogram water van 0° tot 79° te verheffen. Die warmte, door het smelten van het ijs verbruikt, wordt gedeeltelijk aan de lucht ontleend. Deze laatste verkoelt dus, wordt zwaarder, vloeit weg en brengt ons die droge en koude oostewinden aan, die zoo nadeelig zijn voor den plantengroei.

Andere datums van verkoeling.

- Ziethier eenige andere wel gemerkte datums van verkoeling, waarvan, voor meest allen, de oorzaak ons ontsnapt.

Wij zijn van gedacht dat velen veroorzaakt zijn door regens van vallende sterren, die men verwaarloosd heeft op te merken.

2-3 Januari, 22 Maart, 20 Mei, 8 Juni, 30 Juni-2 Juli, 10 juli, 21 Juli, 10 Aug., 24 Aug., 1 September, 15-16 September, 22 October, 12-13 November, 20-21 November, 3 Dec., 10-12 Dec. en 26 December.

Men zal bemerken dat het grootste deel van die verkoelingen voorkomen van den 8n tot den 15n. Voegt men daar nog bij die van Januari, Februari, Maart, April en Mei, die omtrent tusschen dezelfde datums plaats hebben, dan komt men tot den volgenden ondervindingsregel, dien het niet nutteloos is te onthouden:

Men bestatigt eene onregelmatige verkoeling gedurende de tweede week van elke maand, October alleen uitgezonderd.

Diepte van den vorst.

- in België, behalve misschien op sommige punten der hooge Ardennen, daalt de vorst nooit dieper in den grond dan 50 of 60 centimeters, zelfs in de strengste winters.

Dagelijksche veranderingen van den Barometer.

- Waarnemingen, jaren en jaren lang, de eene kort op de andere gedaan, hebben toegelaten de wet te vinden van de dagelijksche veranderingen van den barometer. Ziethier de wet voor ons land.

Tegen 4 uren 's morgens en 's namiddags is de barometer het laagste;

Tusschen 9 en 10 ure 's morgens en 's avonds is hij het hoogste;

Tegen 1 uur van den namiddag bereikt hij zijne middelbare hoogte

Die uren veranderen een weinig volgens de jaargetijden, alsook de wijdte van die veranderingen of het gemiddeld verschil tusschen de grootste en de kleinste hoogten van den dag.

Vochtigheid voortkomende van de verschillende winden.

- De verschillende winden brengen ons niet alleen eene min of meer warme lucht mede, zij geven ons terzelfder tijd min of meer vochtigheid.

Het onderzoek der aardrijkskundige ligging van België toont ons, bij eerste opzicht, dat de vochtigste winden tusschen ZW. en NW. begrepen zijn; ook is het met die winden, en vooral met den eersten, dat de regen het meest valt. En inderdaad, zij komen van de zee, en zijn, in het algemeen, meer met vochtigheid geladen naarmate zij warmer zijn. De winden tusschen NO. et ZO. begrepen komen integendeel van het vaste land en zijn de droogste.

Hevigste winden.

- De winden, die meest voorkomen, zijn ook diegene, welke de grootste hevigheid kunnen aanwinnen, terwijl die uit het ZO. nooit eene gemiddelde kracht zijn te boven gegaan.

De grootste snelheid, die te Brussel is bestatigd geweest, heeft men gevonden tijdens het orkaan van 12 Maart 1876, dat uit het ZW. waaide.

Deze snelheid was 35 meters per seconde, en beantwoordde aan eene horizontale drukking van 120 kilogr. per vierkante meter.

Deze kracht moet op geen een punt des lands overtroffen geweest zijn, en een zulkdanig orkaan ziet men niet meer dan eens per eeuw.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken