Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 8 (1891-1892)

Informatie terzijde

Titelpagina van De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 8
Afbeelding van De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 8Toon afbeelding van titelpagina van De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 8

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (46.63 MB)

Scans (716.27 MB)

ebook (39.26 MB)

XML (2.82 MB)

tekstbestand






Genre

proza
poëzie
non-fictie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 8

(1891-1892)– [tijdschrift] Nieuwe Belgische Illustratie, De–rechtenstatus Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Wetenswaardig Allerlei.

Waarom worden ijzeren schepen niet door den bliksem getroffen?

- Men heeft opgemerkt, dat ijzeren schepen slechts zeer zelden door den bliksem getroffen worden, zelfs onder de tropische luchtstreek, waar hevige onweeren zeer menigvuldig zijn. Dit was toch niet het geval met de houten vaartuigen uit den ouden tijd. Volgens de Electrical Review moet dit toegeschreven worden aan het gebruik der metalen optuiging op bijna alle van ijzer of staal vervaardigde schepen. Het geheele schip vormt in deze omstandigheden een uitstekenden geleider, waardoor de electriciteit aan de zee wordt meegedeeld, voordat deze aan boord van het vaartuig eenig nadeel heeft kunnen berokkenen.

Tandentrekken op groote schaal. -

Hoeveel tanden zou een tandentrekker iemand achtereenvolgens kunnen uittrekken? Omtrent dit punt worden ons door een Amerikaansch blad eenige cijfers meegedeeld. Een tandentrekker te Kimberley in Australië trok iemand binnen vijf minuten niet minder dan 27 tanden uit. Een tandentrekker te Oxford trok nog slechts kort geleden een patiënt, zonder dezen in slaap te maken, achtereenvolgens 25 tanden uit, en een andere tandentrekker [t]e Leigh speelde het in denzelfden tijd en onder dezelfde omstandigheden met 21 tanden klaar.

De schrijver die deze feiten meedeelt, voegt er bij, dat hij te Plymouth een dentist een onderwijzer 31 tanden heeft zien uittrekken, en den 32en niet, omdat de arme man dien niet meer had.

Hij voegt er bij, dat de handigste tandentrekker ter wereld op het oogenblik de monnik Fra Orsenico te Rome is, die op Japansche manier tanden trekt, d.i. zonder instrumenten enkel met behulp van duim en wijsvinger. Een honderdtal tanden trekt genoemde monnik gewoonlijk dagelijks uit; op bijzonder drukke dagen stijgt dit aantal soms tot vierhonderd!

De snelheid der electriciteit. -

De snelheid der electriciteit in de onderzeesche telegraafkabels is onlangs berekend naar aanleiding van de bepaling der lengte van Montreal door rechtstreeks te Greenwich gedane waarnemingen. De gemiddelde tijd door de telegraphische signalen gebruikt om den Atlantischen Oceaan - een breedte van 6400 K.M. - over te steken, is omtrent een halve seconde (nauwkeurig 0.52.)

Een testament van voor 4000 jaar. -

Te Hillohan in Egypte heeft men onlangs een zeer merkwaardig document ontdekt. Het is een testament, waardoor een getrouwd man al zijn goederen aan zijn vrouw vermaakte. De akte draagt de vermelding van dag en maand, toen ze werd opgesteld, en wel onder de regeering van Ammaniko III, 2220 jaar vóór de geboorte van Christus. Hieruit blijkt, dat men in Egypte reeds vóór 4100 jaar zulk een hoogen graad van ontwikkeling bezat, dat de rechten der vrouw ten volle werden erkend en zij bekwaam werd geoordeeld om te bezitten.

Wederkeerige steun onder de dieren. -

Prins Kropotkine, de bekende anarchist en geleerde, heeft een aantal zeer merkwaardige waarnemingen op dieren openbaar gemaakt,

[pagina 296]
[p. 296]

tot staving van zijn theorie die lijnrecht in strijd is met die van Darwin. Aan deze, die ‘den strijd om het bestaan,’ als hoofdbeginsel van zijn stelsel heeft genomen, stelt hij de theorie van den ‘wederkeerigen steun’ over.

Hij toont aan, dat bij de diersoorten niet zij, die uit het oogpunt van kracht het meest door de natuur bevoorrecht zijn, elkander het meest en het gemakkelijkst steunen, maar juist die, welke hun kracht zoeken in solidariteit, in coöperatie.

Bij de ontwikkeling dezer stelling haalt hij zeer belangwekkende voorbeelden van dezen wederkeerigen steun bij de dieren aan. Zoo helpen een soort arenden - de vischarends - elkander bij de jacht; zij komen bij troepen van tien bijeen en vorschen ieder een kant van den gezichteinder uit. Hij die een prooi ontdekt laat een kreet hooren en waarschuwt de overigen van zijn vondst. De solidariteit is nog meer ontwikkeld bij de pelikanen. Zij visschen altijd bij groote troepen, en na een gunstig plaatsje te hebben uitgekozen, scharen zij zich in een halven kring tegenover den oever. Daarna begeven zij zich te water, vernauwen telkens den cirkel en maken zich van alle visschen meester, die zij aldus ingesloten hebben. Bij smalle oevers verdeelen zij zich in twee benden, vormen elk een halven cirkel en zwemmen zoo, dat zij elkaar ten slotte ontmoeten, juist zooals de menschen doen, wanneer zij met twee groote netten visschen. Bij zeer talrijke troepen heeft men dikwijls opgemerkt, dat terwijl sommigen slapen, anderen de wacht houden en de overigen visschen.

De door veel natuurvorschers erg belasterde kraanvogels zijn buitengewoon maatschappelijk en hun beleid is waarlijk verrassend. Men zou zeggen, dat zij op militairen voet zijn georganiseerd.

Hun ‘schildwachten’ betrekken altijd de wacht voor de troepen, die bezig zijn met eten en slapen, en de jagers weten hoe moeielijk het is hen te naderen.



illustratie
een jacht op den eland.


Indien het den mensch gelukt is een troep kraanvogels te verrassen, zullen deze nooit op dezelfde plaats terugkomen, zonder eerst een hunner en daarna een ‘patrouille’ uitgezonden te hebben om de streek te verkennen. Wanneer de patrouille terug is en haar ‘verslag’ gunstig luidt, wordt een tweede patrouille uitgezonden om dat verslag te contrôleeren, voordat de troep opbreekt.

De kraanvogels hebben door deze organisatie haast geen vijanden te vreezen. Dit is dan ook een diersoort, zegt Kropotkine, die zich noch door haar kracht, noch door de snelheid van haar vlucht, maar enkel door wederzijdschen steun staande houdt.

De papegaaien gaan evenzoo te werk en vinden hierin een veiligheid, die bek noch klauwen hun zouden kunnen verschaffen. Daarom hebben zij dan ook geen vijanden buiten den mensch.

Voordat zij een veld plunderen, nemen sommigen hunner op de hoogste boomen plaats, terwijl anderen hun standplaats kiezen op de middelmatige boomen tusschen het veld en het woud en signalen mededeelen. Indien de verslagen der ‘verkenners’ gunstig luiden, vliegt een bende, twintig vogels sterk, op, fladdert wat heen en weer en strijkt ten slotte neer op de boomen, die het dichtst bij het begeerde veld staan. Op hun beurt verkennen zij gedurende eenigen tijd den omtrek, en eerst dan geven zij het sein tot vertrek, waarna de geheele bende zich in beweging zet en binnen weinige oogenblikken het veld plundert.

Zoo ook worden de musschen nooit door de roofvogels uitgeroeid, omdat zij zich steeds krachtig en als één man aaneensluiten. Men heeft hen op een valk zien neerschieten en dezen zoolang navolgen, dat hij zich zelfs niet meer durfde verdedigen.

Aan hun eendracht hebben zij hun veiligheid, hun vermetelheid en hun snelle vermenigvuldiging te danken.

Onder de insecten geven de mieren het merkwaardigste voorbeeld van wederzijdschen en vrijwilligen steun. De waarnemingen hebben haast ongelooflijke feiten dienomtrent aan het licht gebracht. Het gebeurt dikwijls dat een uitgehongerde mier aan een andere, die een gevulden ‘krop’ heeft, het voedsel vraagt, dat zij niet heeft kunnen vinden. Deze neemt de daarvoor vereischte houding in en laat een druppel van de vloeistof los, die door de andere gretig wordt opgelikt. Bij deze gevallen komt nooit een weigering voort.

Deze zijn eenige der door Kropotkine verzamelde waarnemingen om aan te toonen, dat de oorlog van elk tegen allen niet de natuurwet is. Wederzijdsche hulp is even goed een wet al de strijd om het bestaan. Onder de dieren zijn niet zij het meest geschikt om te leven, die altijddurend oorlog voeren, maar diegenen welke elkander helpen.

Een onderzeesch Amerikaansch schip. -

Een onzer landgenooten, die New-Foundland bewoont, zekere heer Van Witten, beweert op bevredigende wijze het ingewikkelde vraagstuk der onderzeesche scheepvaart opgelost te hebben. Hij heeft een schip doen bouwen in den vorm eener sigaar, dat een lengte van 68 meter en twee roeren en schroeven heeft, waarmee het op groote diepte en met verbazingwekkende snelheid onder het water kan varen.

De beweegkracht is hier de electriciteit, die ook voor de veilichting zorgt. Veertien mannen zijn voor het sturen van het schip voldoende. De heer Van Witten heeft meegedeeld, dat hij na een proefreis langs de kust van Amerika de Fransche havens zal aandoen.

De wijnopbrengst in Spanje. -

Volgens een statistiek van den directeur der wijnindustrie in Spanje heeft de wijnopbrengst over het jaar 1891 34 millioen hektoliter bedragen, of 4 millioen hektoliter meer dan in het voorgaande jaar, bijna gelijk aan de wijnopbrengst in Italië, die 35 millioen hektoliter bedraagt en meer dan die van Frankrijk, die 30 millioen hektoliter haalde.

Een piano-pyramide. -

De Amerikanen zijn onuitputtelijk in het bedenken van allerlei nieuwe en reusachtige zaken, waardoor zij hun tentoonstelling te Chicago boven alle vroegere willen doen uitsteken. Een pianofabrikant is nu op het denkbeeld gekomen, een pyramide van 400 piano's op te richten en dit reuzenorkest van toetsen door een electrisch toestel in beweging te brengen. Voor den goeden gang hiervan is één man voldoende, zoodat deze indirect op 400 piano's te gelijk speelt.

Voor zenuwachtige tentoonstellingbezoekers zal deze nieuwigheid anders weinig bekoorlijks opleveren.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken