Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 9 (1892-1893)

Informatie terzijde

Titelpagina van De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 9
Afbeelding van De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 9Toon afbeelding van titelpagina van De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 9

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (49.12 MB)

Scans (797.61 MB)

ebook (41.52 MB)

XML (2.94 MB)

tekstbestand






Genre

proza
poëzie
non-fictie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 9

(1892-1893)– [tijdschrift] Nieuwe Belgische Illustratie, De–rechtenstatus Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Bij de Platen.

De gelegenheid maakt den dief. -

Wie heeft het niet ondervonden, hetzij hij als eigenaar van een welgevulden boomgaard de rijk beladen overhangende takken door de jongens van zijn buurman zag geplunderd, hetzij hij zich zelf te beschuldigen heeft, in de dagen der onbezonnen jeugd voor een dergelijke bekoring bezweken te zijn!

Die bekoring kan zich dan ook soms zoo onweerstaanbaar meesleepend voordoen! Wie kan het bijvoorbeeld den deugnieten onzer gravure kwalijk nemen, dat zij de zware druiventrossen, die hun zoo uitlokkend over den tuinmuur tot plukken noodigen, niet met rust kunnen laten? Er hangen er immers nog genoeg aan den binnenkant voor den rijken bewoner der villa; zachts dat zij zich te goed doen aan den overvloed, die toch maar onopgemerkt over den muur hangt, ter prooi aan de vogels, of door zijn eigen zwaarte dreigend in het stof van den weg te vallen, waar immers niemand er wat aan heeft.

We zouden niet durven verzekeren of de bengels zich nog de moeite gegeven hebben, aldus hun geweten tot zwijgen te brengen, alvorens naar hartelust hun roof- en snoeplust bot te vieren. Maar zeker is het dat zij zich toch de boosheid van hun bedrijf bewust zijn; dat bewijst de schuwheid, waarmee zij met den buit aftrekken, terwijl een der voorzichtigsten om den hoek van den muur door het hek gluurt om te zien of de straf de misdaad niet op den voet volgt. De rakkers gevoelen zich bepaald dieven, maar... de gelegenheid was ook al te mooi!

Op het bureau van den burgerlijken stand. -

Ziedaar weer een van die gemoedelijke schalke tafereeltjes uit het Zwitsersche volksleven als enkel Benjamin Vautier ons weet te schilderen. Wij zijn in het gemeentehuis van de een of andere plattelandsgemeente, en de ambtenaar van den burgerlijken stand is juist bezig een jong paar, dat komt ‘aanteekenen,’ hun naam te laten inschrijven op het gewichtig register. De bruidegom heeft zich klaarblijkelijk al van die moeielijke taak gekweten en ziet nu belangstellend toe, hoe zijn bruid het er af brengt. Zij houdt de pen wel een beetje onhandig vast, maar de ambtenaar zal haar wel terecht helpen. De getuigen van de plechtige handeling leggen daarbij vrij uiteenloopende gevoelens aan den dag; de oude man, die ernstig toekijkt, brengt zich misschien den tijd te binnen, toen hij in dit zelfde ouderwetsche eerwaardige vertrek de beteekenisvolle handteekening zette. De waardige matrone naast hem ergert zich klaarblijkelijk aan het gegichel der twee jonge meisjes, achter wier stoel een jonge snuiter staat, dien zij niet hard schijnt te vertrouwen. Op een bureau van den burgerlijken stand, en dan nog wel bij zoo'n ernstige aangelegenheid komt volgens haar geen gekheid te pas.

Bij nevel op zee. -

Ook hiermee valt stellig niet te gekscheren. Jaar in jaar uit vergaan er dozijnen schepen door botsingen, deels in bijzonder donkere nachten, deels bij dag als er een ondoordringbare nevel over de zee hangt. Het meest komen die aanvaringen voor tusschen den zomer en het najaar. Terwijl de groote schepen door het sterke licht van vuurtorens of lichtschepen voor ondiepten, riffen en klippen gewaarschuwd worden, is het licht dat ze zelf aan boord hebben, dikwijls op verre na niet voldoende om in nevelige nachten op een kleinen afstand gezien te worden. Voor zulke gevallen, waarin met licht niet geseind kan worden, dienen de misthorens en dergelijke akustische signalen. Even als te land zijn er ook bepaalde voorschriften in acht te nemen. Deze bepalen bijvoorbeeld dat bij nevelachtig weer de stoombooten haar vaart vertragen en hetzij kleurige lichten vertoonen, hetzij voortdurend stoomseinen geven moeten. Bij zeilschepen worden de stoomsignalen in open zee door den misthoorn en voor anker in de ree door de bel vervangen. De genoemde signalen in open zee moeten natuurlijk doordringend genoeg zijn om het gedruisch van golven, wind, stoom enz. te overstemmen. Op bepaalde punten heeft men ook, om ondiepten aan te duiden, automatische boeien, die hetzij

[pagina 143]
[p. 143]

van een klok, hetzij van een andere geluidgevende inrichting voorzien, door de beweging van stoom of lucht bepaalde schelle geluiden overbrengen.

Bij zeilschepen, zeggen de meest ervaren zeelieden, zijn botsingen minder te vreezen, daar hun koers door de windrichtingen beperkt wordt en ook uit hun akustische signalen, die zooals is opgemerkt, geweldig luidruchtig zijn, met eenige zekerheid is op te maken hoe men hun uit den weg zal blijven.

Grooter is het gevaar bij stoomschepen, deels tengevolge van hun sneller beweging, anderdeels omdat hun signalen, ook als zij gehoord worden, nog niet te verstaan geven of er links dan wel rechts uitgeweken moet worden. Voor beiderlei vaartuigen komt daarbij nog het ongerief, dat op druk bevaren waterwegen dikwijls verscheidene schepen tegelijk signalen geven, waardoor soms een hopelooze verwarring ontstaat. Verder moet het ook al eens voorkomen, dat gezagvoerders van stoomschepen uit concurrentie-nijd, eerzucht of andere oorzaken de wetten op de vaartsnelheid overtreden.

Die botsingen kunnen dikwijls de schromelijkste gevolgen hebben. Op onze gravure zien wij een kolossaal stoomschip recht op de zijde van een kleine zeilbark invaren. Tenzij de kolossus, door de signalen van het bedreigde vaartuig gewaarschuwd, onmiddellijk een achterwaartsche beweging maakt, is het kleine schip reddeloos verloren.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken