Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 16 (1899)

Informatie terzijde

Titelpagina van De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 16
Afbeelding van De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 16Toon afbeelding van titelpagina van De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 16

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (34.29 MB)

Scans (802.09 MB)

ebook (27.03 MB)

XML (3.01 MB)

tekstbestand






Genre

proza
poëzie
non-fictie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Nieuwe Belgische Illustratie. Jaargang 16

(1899)– [tijdschrift] Nieuwe Belgische Illustratie, De–rechtenstatus Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Bij de Platen.

Esther begeeft zich naar koning Assuerus. -

Ieder kent de geschiedenis van Esther, die, door den Perzischen koning Assuerus - den Xerxes der ongewijde geschiedenis - tot zijn gemalin verheven, het Joodsche volk van een wissen ondergang redde.

De gunsteling des konings, de wreede Aman, was hevig vertoornd, dat één man in Susa, Mardocheus, de oom van Esther, weigerde voor hem de knie te buigen. Toen hij vernam, dat diens godsdienst hem het brengen van dat eerbewijs verbood, besloot hij alle Joden daarvoor te laten boeten en wist van den gewetenloozen koning te verkrijgen, dat zij op den 13en dag der laatste maand van het jaar in het geheele rijk zouden worden verdelgd.

Mardocheus deed Esther weten, welk vreeselijk lot haar geloofsgenooten boven het hoofd hing, en spoorde haar aan tot den koning te gaan en genade voor haar volk af te smeeken. Hoewel het op doodstraf verboden was den koning ongeroepen te naderen, ondernam Esther, na drie dagen met bidden en vasten te hebben doorgebracht, het waagstuk. Toen Assuerus haar zag naderen, ontgloeide hij in gramschap, zoodat de koningin machteloos neerzeeg in de armen harer dienstmaagd. Maar nu veranderde God den toorn des konings in medelijden; hij zelf snelde op Esther toe, verzekerde dat zij niet zou sterven, en dat de wet niet voor haar gemaakt was. Esther noodigde nu den koning en diens gunsteling Aman op den maaltijd, dien zij bereid had. Zij openbaarde echter haar verzoek niet, doch verzocht Assuerus, dat hij ook den volgenden dag met Aman weer haar gast zou zijn.

Opgetogen over de hooge eer, die hem was te beurt gevallen, verliet Aman het paleis, maar zijn blijdschap veranderde in woede, toen hij, door het voorhof stappend, daar Mardocheus zag zitten, die zich niet eens gewaardigde voor hem op te staan. Thuis gekomen, liet hij voor zijn woning een hooge galg oprichten, waaraan hij, na bekomen toestemming des konings, den vermetelen Jood hoopte op te hangen.

Dien nacht kon Assuerus niet slapen en liet zich uit de jaarboeken van het koninkrijk voorlezen. Zoo geviel het, dat ook het verhaal werd voorgelezen van een samenzwering tegen het leven des konings, door Mardocheus' toedoen verijdeld. ‘Welke belooning heeft Mardocheus voor die daad van trouw ontvangen?’ vroeg de koning. ‘Niets heeft hij ontvangen,’ antwoordden de dienaars.

Toen nu reeds vroeg in den morgen Aman in het voorhof verscheen, liet Assuerus hem roepen en vroeg hem, welke eer den man bewezen moest worden, dien de koning wenschte te eeren. Aman, die niet twijfelde of de koning bedoelde hem zelf, antwoordde: ‘Die man moet gekleed worden in koninklijk gewaad, moet zitten op een paard, waarop alleen de koning zit, moet de koninklijke kroon op het hoofd dragen, en een van de eerste rijksgrooten moet het paard bij den toom door de straten der stad leiden en uitroepen: ‘Aldus wordt hij geëerd, dien de koning wenscht te eeren.’

Assuerus, die zeer wel begreep, dat zijn vermetele gunsteling koninklijke eer voor zich zelven vroeg, gelastte hem alles wat hij gezegd had te doen met den Jood Mardocheus. Aman volbracht dit bevel.

Aan tafel vroeg de koning aan Esther wat haar verzoek was. Deze smeekte hem, haar leven en dat van haar volk te sparen. Op de vraag van Assuerus wie haar vijand was, antwoordde zij:

‘Die snoode belager is Aman.’

De koning gaf nu bevel, dat Aman aan dezelfde galg zou worden opgehangen, die hij voor Mardocheus bestemd had, en verhief dezen in Aman's plaats tot eersten vorst des koninkrijks

De fraaie gravure in dit nummer, naar de schilderij van den Franschen kunstenaar Barrius, stelt ons het oogenblik voor, waarop Esther zich naar den koning begeeft. De phantasie van den schilder heeft aan haar rechterhand Mardocheus geplaatst, die haar met opgeheven vinger vermaant, niet te versagen, maar te volbrengen, wat God van Zijn dienstmaagd verlangde.

Napoleon na den veldtocht van 1809. -

Nadat Napoleon den 6en Juli 1809 bij Wagram den Oostenrijkers een beslissende nederlaag had tcegebracht, stond hij op het hoogtepunt van zijn macht. Half Europa gehoorzaamde hem. Was hij zelf keizer van het machtige Frankrijk, dat zijn grenzen uitstrekte van de Noordzee tot aan den Tiber, van den Atlantischen Oceaan tot aan de Oostzee, koningskronen had hij geschonken aan zijn bloedverwanten. Zijn broeder Jozef was koning van Spanje, zijn broeder Lodewijk van Holland, zijn broeder Hieronymus van Westfalen, zijn zwager Murat van Napels, zijn stiefzoon Eugène de Beauharnais onderkoning van Italië. De koningen van Beieren, Saksen en Wurtemberg waren zijn vazallen, Pruisen had de helft van zijn grondgebied moeten afstaan, het H. Roomsche Rijk had opgehouden te bestaan en de keizer van Oostenrijk zag de eene provincie na de andere van zijn rijk afscheuren.

Niemand weerstond den machtige. Maar in de verte rommelde reeds onheilspellend de donder van Gods oordeel. De fiere Spanjaarden weigerden den opgedrongen koning te huldigen en brachten den tot dusver onverwonnen Franschen de eerste nederlagen toe. Straks zou in de Russische steppen de gelukszon van Napoleon verduisterd worden, en de Volkerenslag Europa van den geweldigen geesel verlossen.

Op onze gravure aanschouwen wij den keizer nog in zijn volle glorie. Aan het hoofd van een schitterenden staf maarschalken en generaals rijdt hij na het behalen der zege bij Wagram langs het front der troepen, eerbiedig de vlag groetend, waarop de gouden adelaar, zinnebeeld van Napoleons eigen ontembare kracht.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken