Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Noordnederlandse Historiebijbel (1998)

Informatie terzijde

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (3.02 MB)

XML (1.19 MB)

tekstbestand






Editeur

Marinus K.A. van den Berg



Genre

non-fictie

Subgenre

non-fictie/geschiedenis/tijdsbeeld(en)


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Noordnederlandse Historiebijbel

(1998)–Anoniem Noordnederlandse Historiebijbel–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

13 capittel

Daerna doe toech Abram weder daer hi gewoent hadde mit al sijn huusgesin ende mit sijn beesten: tusschen Betel ende Hay. Daer hadde hi een tabarnakel gemaect ende een outaer; daer dancte hi God ende riep den naem Gods an. Abram was seer rijc van goude, van sulver ende van beesten. Ende Loth, sijns brueders zoen, die woende noch mit hem. Ende die wort oec rijc van beesten, sodat haer heerden keven om die weide. Doe seide Abram tot Loth: "Ic bidde u: laet daer geen kijf wesen tusschen mi ende u, tusschen mijn heerde ende u heerden, want wi sijn bruederen. Oversiet al dit lant dat voir u is ende ic bid u: Laet ons van malcander sceiden. Gaet gi totter lufterside van den lande, ic sel die rechterside behouden. Ende kies gi die rechterside, ic trec wonen in

[Folio 9rb]
[fol. 9rb]

die lufterside." Doe sloech Loth sijn ogen op ende sach al dat lant over, ende dat dat lant bi der Jordanen wel bewatert was ende een vruchtbaer lant was. Ende dat was op die tijt Sodoma ende Gomorra, ende was doe een paradijs des Heren. Doe koes Loth dat lant bi der Jordanen ende nam sijn beesten ende woende daer in die stat Sodoma. Abram die bleef wonende int lant van Canaan.

Ende doe hi versceiden was van Loth, sinen neve, doe seide God tot Abraham: "Abram, slaet u ogen op ende siet dat lant over, daer gi nu sijt, van den noerden totten suden ende van den oesten totten westen. Al dat lant dat gi oversiet, dat sel Ic u gheslacht geven tot in der ewicheit, ist dat si houden mijn geboden. Ende ic sel u geslacht vermeren gelijc dat stof der aerden. Gelijc dat men dat stof niet tellen en mach, also en sel men u geslacht niet mogen tellen. Staet op ende bewandert dat lant in sijn lencte ende sine breete, dat Ic u geven sal." Abram dede als God geboet ende maecte daer een outaer ende anbat daer den naem Gods ende bleef daer wonende int dal van Ebron.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken