Noordnederlandse Historiebijbel


22 capittel Oec so seide God: "Waert dat yemant stael een scaep of een osse ende dat sloge of vercofte, hi soude vijf ossen wedergeven voir een ende 4 scapen voir een." Oec seide God: Of een dief bi nacht een huse opbraec
[Folio 45ra]
of onderdolve ende stael, of dat hi bi dage stael - oft gesloten waer of ongesloten -, of dat den mensche den dief quetste, hoe men dat ende voel ander dieften rechten soude. Oec seide God dat men weduwen ende wesen niet hinderlic wesen en soude. Ende vreemde luden en soud men niet bedroven. Toveraers en soud men niet laten leven. Ende men en soude geen maechden bedriegen. Ende men en soude geen gelt lenen om woker. Die tiende ende die eerste vruchten die soud men haestelic betalen. Die eerste geboren knechtgins die soud men God geven, mer si souden seven dagen bliven bi der moeder. Ende opten achten dach soud men Gode offeren. Ende van alle dese ponten seide God voel besceits, hoe men daerin doen soude.