Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Ons Erfdeel. Jaargang 29 (1986)

Informatie terzijde

Titelpagina van Ons Erfdeel. Jaargang 29
Afbeelding van Ons Erfdeel. Jaargang 29Toon afbeelding van titelpagina van Ons Erfdeel. Jaargang 29

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave



Genre

proza
sec - letterkunde

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Ons Erfdeel. Jaargang 29

(1986)– [tijdschrift] Ons Erfdeel–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

De veroveringszucht van A.F.Th. van der Heijden

Hij publiceerde onder het pseudoniem Patrizio Canaponi een verhalenbundel en een roman en zelf vond ik die boeken tot het interessantste behoren van wat er aan het eind van de jaren zeventig verscheen. Niet omwille van die exotische naam, of de beschreven gebeurtenissen, maar wel vanwege het centrale gegeven in De gondel in de Herengracht en De draaideur (een door kritiek schromelijk onderschatte, zeer verknoopte roman!): het zoeken naar een identiteit in de baaierd van verwekkingsverhalen, oorlogsgebeurtenissen en omringende en fascinerende familieleden. Wie was de bijna in alle verhalen voorkomende Attilio, bij welke ouders hoorde hij en tot welke generatie?

Het is inmiddels niet moeilijk nu A.F.Th. van der Heijden een proloog en twee delen van zijn als trilogie aangekondigde De tandeloze tijd heeft gepubliceerd, overeenkomsten te constateren tussen die Attilio uit De gondel en Albert Egberts uit deze in alle opzichten grote romancyclus (voor het tweede deel De gevarendriehoek ontving hij de Multatuliprijs 1986). De biografie waaruit de auteur zijn werkmateriaal put en die, met alle vervormingen, stileringen en verhevigingen die nu eenmaal inherent zijn aan een produkt van de verbeelding, wat een roman in eerste instantie toch altijd is, zulks in tegenstelling tot mémoires, die biografie is die van Van der Heijden zelf. Het bijzondere van De tandeloze tijd is de vervorming, ook al meteen heel letterlijk op te vatten, want de romancyclus is allerminst chronologisch opgebouwd en ook in elk afzonderlijk fragment, hoofdstuk of deel, wemelt het van de interne verwijzingen en spiegelingen. Door die aanpak slaagt Van der Heijden, denk ik, op twee fronten. Enerzijds wordt de lezer meegesleept door ‘het verhaal’, door de stroom gebeurtenissen (die ik hier door beperking gedwongen ook niet uit de doeken kan doen) en de machtige drift tot fabuleren, die hem het grotere geheel weliswaar niet doet vergeten, maar waar hij zich niet voortdurend rekenschap van hoeft te geven. Dan was het boek en dat had door de omvang gemakkelijk gekund, een soort legpuzzel geworden. Anderzijds dwingt de auteur de zorgvuldige lezer nu vooral ook tot vergelijken, interpreteren, kortom tot creatief lezen.

Een kind dat opgroeit zal zijn belevingswereld altijd als de enige zien en daarin ook groot zijn, een heerser, is het niet door daden, dan wel door woorden of dromen. De link tussen Attilio en A(dri) van der Heijden is niet zo moeilijk te leggen, maar zelf zag ik nu ook pas de overeenkomst tussen Attilio en Atilla (de Hun), die weliswaar uit was op een andere verovering dan die van een puber, maar bij wie het uiteraard wel om dezelfde activiteit gaat, het veroveren.



illustratie
A.F.Th. van der Heijden (o1951).


Wat Albert Egberts te pakken wil krijgen is en ik zeg het maar wat duister, zijn ‘vloeiende’ ik. ‘Te heten als je vader is al erg genoeg’ en juist die kwestie van het vaderschap neemt in de trilogie een belangrijke plaats in. Is Egberts wel de zoon van zijn vader, de vaak stomdronken, maar in zijn hart toch wel goedmoedige Brabander, of is hij het kind van zijn oom Egbert, die door Albert wordt verafgood, maar die in maatschappelijk opzicht een niet bepaald onberispelijke rol heeft gespeeld? Is Egberts de dropout, die in de proloog De slag om de Blauwbrug met een schaar auto's opent en zich ophoudt in de hoofdstedelijke marge van de samenleving. Is hij door de tijdsomstandigheden gedoemd die rol te vervullen? In die proloog heeft Van der Heijden aangegeven waar we Albert Egberts kunnen verwachten aan het eind van zijn ‘leven in de breedte’, aan het eind van de roman. Summier gezegd gaat hij in het eerste deel, Vallende ouders in op de fase van kind tot en met die van student in Nijmegen. De verhuizing naar Amsterdam staat voor de deur. Dat De tandeloze tijd ook een synthese wil zijn, een beschrijving van een jeugd en het volwassen worden in de jaren zeventig, blijkt vooral uit dit deel. De ‘rode’ universiteit van Nijmegen, de experimenten met leefgemeenschappen en woongroepen, het uit elkaar vallen van een burgerlijke, gesloten maatschappij wordt door Van der Heijden met spot, afwisse-

[pagina 596]
[p. 596]

lend mild, bijtend of sarcastisch, beschreven.

Ook in De gevarendriehoek zijn alle afzonderlijke delen in drie hoofdstukken gesplitst. Het zou een afzonderlijke studie vergen, nog afgezien van alle verhaallijnen, om alleen al het verschil van ritme tussen die hoofdstukken aan te geven. Zo ooit het woord compositie voor een boek op zijn plaats zou zijn, dan is dat hier het geval.

In De gevarendriehoek licht Van der Heijden een onderdeel uit het eerste deel, uit Vallende ouders. Het ouderlijk milieu, inclusief drankzucht van Vader, toegewijdheid van Moeder en de vrij gunstige ontwikkeling van de welvaart in een klein plaatsje in Brabant, brengt Albert Egberts uiteindelijk als gepriviligeerd student in Nijmegen, waar andermaal de vraag luidt wie hij is als produkt van geschiedenis en voorgeslacht. Dat wordt in dit deel vooral seksueel uitgewerkt. Hij heeft zich voor dienst af laten keuren door zich als homoseksueel te manifesteren en in Nijmegen merkt hij dat hij niet alleen tot de generatie van de onmachtigen, de marginalen behoort, maar dat ook hoogstpersoonlijk is. Het verslag van die impotentie, van de bloedschande en de uiteindelijke ‘genezing’ vult ongeveer de helft van dit deel. Misschien nog wel meer dan in het kenschetsen van een sociaal gegeven, blijkt Van der Heijdens gave tot fabuleren, die hier uitermate essentieel is, want Egberts is een gemaskerde, hij verbergt zich door zijn verhalen die de eigenlijke bijslaap overbodig moeten maken en vaak ook maken. Maar als het dan eindelijk ‘zover’ is, blijkt de fysieke overwinning een existentiële nederlaag te zijn: ‘(Hij was) Anders dan anderen. Iemand die er op een engelachtige manier niet bij hoorde, en daar een ijle trots aan ontleende. Misschien was daar, toen, de poëzie aan het opbloeien geweest. Het leven in de breedte. En misschien had die vorm van leven kunnen gedijen, als hij geen ‘man’ geworden was... Al te lichamelijk in de wereld zijn betekende kennelijk inboeten aan poëzie’ (p. 477).

Het derde deel zal volgen. Een definitieve interpretatie is uiteraard pas dan mogelijk. A.F.Th. van der Heijden, een schrijver die niet in zijn territorium blijft, maar verovert, het raadsel van de menselijke identiteit vergroot door het nog preciezer in kaart te brengen. Zo kun je aan fascinaties getrouw blijven en als auteur aan ‘breedte’ winnen door ze op een veelomvattende manier uit te werken.

 

Daan Cartens

a.f.th. van der heijden, De slag om de Blauwbrug (De Tandloze Tijd). Proloog, Querido, Amsterdam.
a.f.th. van der heijden, Vallende ouders (De Tandloze Tijd 1), Querido, Amsterdam.
a.f.th. van der heijden, De gevarendriehoek (De Tandloze Tijd 2), Querido, Amsterdam, 1985.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over dit hoofdstuk/artikel

titels

  • over De tandeloze tijd. Proloog. De slag om de Blauwbrug

  • over De tandeloze tijd. Deel 1. Vallende ouders

  • over De tandeloze tijd. Deel 2. De gevarendriehoek


auteurs

  • Daan Cartens

  • beeld van A.F.Th. van der Heijden