Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Onze Kunst. Jaargang 13 (1914)

Informatie terzijde

Titelpagina van Onze Kunst. Jaargang 13
Afbeelding van Onze Kunst. Jaargang 13Toon afbeelding van titelpagina van Onze Kunst. Jaargang 13

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (27.29 MB)

ebook (32.06 MB)

XML (0.97 MB)

tekstbestand






Genre

proza
non-fictie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Onze Kunst. Jaargang 13

(1914)– [tijdschrift] Onze Kunst. Geïllustreerd maandschrift voor beeldende en decoratieve kunsten–rechtenstatus Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 39]
[p. 39]

Kunstveilingen
Amsterdam

Tentoonstelling en veiling van oude en moderne schilderijen en aquarellen, onder directie van Frederik Muller & Cie, 22-24 Nov. en 25-26 Nov. 1913 (Uit de nalatenschappen van Mevr. de Wed. Vincent van Gogh-Carbentus, Mevr. de Douairière Jhr. A.W. Witsen Bon Straalman-Schimmel, Mevr. de Wed. A.C. Schaap-Du Bois, Mevr. de Wed. M.C. Calcoen en den Heer John F. Hulk).

Een tentoonstelling en veiling van ruim 400 werken, belangwekkend vooral door de verrassingen. Uit de verborgenheid van particuliere verzamelingen, komen plotseling te voorschijn, naast veel middelmatigs, verbazingwekkende schoonheden en door het grillige toeval bijeen gebrachte uitersten van kunst. Op eenige werken ligt als 't ware nog de dauw van den jongsten morgen der nieuwste kunst, en andere schijnen te voorschijn gebracht te zijn uit het stof der eeuwen. Maar als de faam haar jongste begunstigers lief heeft, gelijk een Vincent van Gogh, dan eischt zij voor dezen dezelfde schatting als voor haar oudsche gunstelingen, al mag hij Pieter Breughel heeten en de Oude als bijnaam hebben.

Men mag bij een enkele toeschrijving al meesmuilen, erkend dient te worden, dat onder zulke bevoegde leiding goede maat gehouden wordt. Het zou te ver voeren in vergelijkingen te treden omtrent dezen Brueghel en een Brusselsche, die op elkaar gelijken als tweelingen... Wij mogen één der Aert van der Neer's onaesthetisch van kleur vinden - te pijnlijker gewaarwording waar de bewonderende liefde het grootst is, - zoodat wij eene bijvoeging als ‘in den trant van’ aangenamer hadden gevonden... Wij erkennen gaarne, dat dergelijke toevoegingen hier, zelfs bij op zichzelf goede kunstwerken, dikwijls voorkomen, en dat er niet de minste reden is om te denken aan misleiding. De toeschrijvingen geschieden op de beste gegevens der overlevering en eene historisch-aesthetische kennis, die deze firma reeds dikwijls heeft doen blijken.

Wij noemen onder de modernen: Apol (5), J.V.d. Sande Bakhuyzen, Bakker Korff (6), Blommers, Gérome, Vincent van Gogh (22), Herman ten Kate, Klinkenberg, Koekkoek, Perrault, Bonheur, Rochussen, Ph. Rousseau, Ary Scheffer, A. Schelfhout, J.W. Weissenbruch (3), Ziem, Bosboom (4), Bles, Harpignies, Isabey, Jozef Neuhuys, W. Roelofs, De Bock (2), Gorter (3), Jozef Israëls (3), Jongkind (2), Kever (2), Willem Maris, Mauve (3), Monticelli, Alb. Neuhuys, Poggenbeek, Thérèse Schwartze, Wijsmuller (2) en van de ouden: Arent Arentsz, Ter Borch, Brekelenkam (2), Pieter Brueghel de Oude, Pieter Claesz, Van Craesbeek, Alb. Cuyp, Gerard Dou, Jan van Goyen (2), D'Hondecoeter, J. v.d. Hagen, N. Maes, Montagna, Aert van der Neer, A. van Ostade, Paulus Potter en Salomon van Ruysdael.

Tentoonstelling en veiling der verzameling Vincent van Gogh en P.A.M. Boele van Hensbroek, onder directie van R.W.P. de vries in 't gebouw ‘De Roos’, te Amsterdam (29 Nov.-1 Dec. en 2-3 Dec. 1913)

Van de verbazend rijke verzameling van wijlen den kunsthandelaar Vincent van Gogh, komt nu het derde gedeelte, bijkans een duizend meest oude teekeningen, aan de markt. De door een aantal mooie reproducties verluchte catalogus, met korte beschrijvingen van alle teekeningen, verlevendigt de belangstelling in tentoonstelling en veiling en veraangenaamt de herinnering daarvan.

Oude Hollandsche en Vlaamsche teekeningen vormen de hoofdzaak. Verder vooral Italiaansche en Fransche.

Wij noemen: Avercamp, Backhuysen, Berchem, Ter Borch, Brouwer, Jan Brueghel, P. Brueghel, Carracci, Correggio, Cuyp, Dujardin, Flinck, Goltzius, Van Goyen, Hobbema, Koninck, Molijn, Van Orley, Raphaël,

[pagina 40]
[p. 40]

Rembrandt, W. v.d. Velde, Leonardo da Vinci, Watteau en J. De Wit.

Het overzicht der tentoonstelling wordt zeer vergemakkelijkt door een oordeelkundige verdeeling volgens scholen of groepen. Zoo is men b.v. dadelijk georiënteerd ten aanzien van Rembrandt en zijn school. De gereproduceerde, half gewasschen penteekening van Rembrandt, een grijsaard met turban en cafetan, is prachtig; - het gebaar is zeer psychisch (cf. Vosmaer p. 600). Een door en door Rembrandtieke teekening ‘uit zijn school’ (no 631) is mede gereproduceerd. Verder van zijn leerling Govert Flinck een meesterlijke figuurstudie. Een boomrijk landschap van Ph. Koninck. Heel merkwaardig is ook een interieur van J. Miel, (geh. te Vlaardingen 1599 - gest. te Turijn 1664), vermoedelijk een studie voor een Heilige Familie, met een zweempje van Rembrandt's geest. Van figuurschilders verder typische scènes van A. Brouwer, A. van Ostade, L. Blameren P. Molijn. Verder terug in het verleden wijzen we op den merkwaardigen Brusselaar B. van Orley (tegen 1492-1542), een vruchtenoogst, en een teekening, die aan Lucas van Leyden wordt toegeschreven (489), een 3-tal van Jan Brueghel (den fluweelen) en een 2-tal van P. Brueghel den Oude.

Van de landschapschilders noemen we nog Hobbema, met een hoog opstaande boom, nauwkeurig geteekend, zooals Rousseau later deed, J. v. Ruysdael (een 3-tal), L. v. Ruysdael (een 3-tal), J. van Goyen, L. Doomer, K. Du Jardin, J. de Bisschop, H. Saftleven.

In het bijzonder zij genoemd een vrij uitvoerige teekening van het Oude Stadhuis te Amsterdam (begin 17e eeuw), met omgeving, den ouden Dam, waar de architectuur uitnemend te zien is, in 't bijzonder de Gothiek van het in 't begin der 16e eeuw gebouwde Stadhuis, van de Waag enz.

Vermelden we nog de zeeschilders, vader en zoon Willem van de Velde, met hun teekenachtige architectuur van zeekasteelen en allerhande vaartuigen, Lieve Pietersz. Verschuer, L. Backhuysen.

Naast deze oude teekeningen vragen moderne teekeningen en aquarellen van de collectie Boele van Hensbroeck de aandacht, in de eerste plaats een gezicht op Jeruzalem van M. Bauer. Verder aquarellen van J. Israëls, herinneringen aan zijn Spaansche reis, een drietal sepia-teekeningen van Bosboom, kleine meesterstukjes, van Vincent van Gogh en Toorop.

We konden slechts enkele grepen doen en noemen ten slotte van de buitenlanders nog Corot, Decamps, Delacroix, Diaz, Doré, Gavarni, Michel, Pissarro en Troyon.

D.B.



illustratie


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken