Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Opwaartsche Wegen. Jaargang 8 (1930-1931)

Informatie terzijde

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

Scans (27.27 MB)

XML (1.28 MB)

tekstbestand






Genre

proza
poëzie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Opwaartsche Wegen. Jaargang 8

(1930-1931)– [tijdschrift] Opwaartsche Wegen–rechtenstatus Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 37]
[p. 37]

Kroniek.

Mevrouw van Ammers-Küller in Parijs.

De woorden van wederzijdse vriendschap en waardering bij de huldiging van Mevrouw van Ammers door vertegenwoordigers van de Franse en Nederlandse kultuur wederkerig elkaar gewijd, worden hier dankbaar gememoreerd. Evenals we Mevrouw van Ammers gaarne gunnen het deel der toespraken, dat haar persoonlik aangenaam wilde zijn, aangezien zij als sekretaresse van de Nederlandse afdeling der Pen-club zich voor het leggen van internationaal kontakt zeer verdienstelik schijnt gemaakt te hebben. Te meer waarderen we deze huldiging, daar ook andere schrijvers van de gewekte belangstelling mee profiteren en de konsekwentie er van o.a. is de vertaling van Nederlandse werken in het Frans, waartoe o.a. Geertje van Johan de Meester behoren zal.

Vooral op het laatste feit leggen we de nadruk, daar we het zeer zouden betreuren, als de betekenis van onze literatuur in het buitenland voor wie weet hoe lang weer zou vastgelegd zijn aan de waarde van een boek als De Opstandigen.

Just Havelaar †.

De Stem heeft met Just Havelaar een bekwaam redakteur verloren, het vrijzinnig Christendom een van haar beste woordvoerders; wij allen derven een eerlik mens, een groot hart.

Zijn laatste jaren werden verbitterd door scherpe aanvallen op zijn persoon en werk. Jan Engelman heeft de kiesheid in De Maasbode over het graf van Havelaar heen met Herman de Man de weinig verkwikkelike woordenstrijd van Havelaar en Bloem voort te zetten.

Ondertussen ligt voor ons het laatste werk van Just Havelaar over Het werk van Frans Masereel en we voelen dubbel wat we aan het graf hebben moeten afstaan. Hij had de gave een boodschap als die van Masereel door te geven.

Averechtse geschiedbeschouwing.

Tot onze spijt is in de Kroniek van de vorige maand onder dit hoofd een fout à la Breevoort blijven staan: daar werd n.l. B.J. Gerretson genoemd als Geerten Gossaert: de vader voor de zoon, die zelf C(arel) Gerretson heet.

Boutens 60 jaar.

Hoog en ver ligt daar, als een monumentaal gebouw, het werk van dezen dichter. Met scherpe contouren teekent het tegen een ijlen hemel. En daarboven heeft hij de adelaarsvluchten van zijn grootsche gedachten volbracht.

Soms lijkt het een tempel, waarboven de wierook recht stijgt en waaruit de vreemde geluiden van onbekende instrumenten klinken.

 

* * *

 

Zoo is 't. Op dezen dag staan hier de bundels in groot getal, en nu hoor ik 't ranken van veel en heerlijk en zuiver geslepen kristal. En in 't alleraandachtigste luisteren naar deze

[pagina 38]
[p. 38]

hautaine klanken, die zoo subtiel en onstoffelijk even trillen en dan vlug, haast nerveus vergaan, komt het gevoel van groot bezit over mij. Hier is een verzameling van kostbaar glas, van weelderigen rijkdom en gratievolle lijnen. Welk een verrukking van fabelachtige techniek.

 
....: zij reit der dingen namen
 
Tot levende gezangen samen....

* * *

 

Hier slaat de deur van de ziel wijd open voor de droom. Hier gaat de stilte op zilveren voeten. Dit is een sprookjeswereld, waarover het goud van den zomer en het zilver van den winter afwisselt, met al de wonderen der getijden. En er is de liefde en het leed gelegd op de menschen, wien te leven minnen was, ‘of wien althans de liefde leven zijn moest.’

Schoonheid en onstoffelijk.

 

* * *

 

‘Verzen’ als de eerstelingen van een komende schat, de weelde van een voorhof.

‘Praeludiën’ als de muziek, die geheimzinnig de zinnen roert.

‘Stemmen’ met een harteklop, waarin de rust en de wijsheid het rhythme zijn.

‘Vergeten liedjes’, als sieraden van zeer oude tijden van zeer kostelijke waarde.

‘Carmina’, het machtig klinkend hooglied.

‘Sonnetten’, de strenge snoeren van brillant.

‘Zonnewolken’, waarachter een gouden licht doorbreekt; en dan al de weemoed van de vreemde landen....

Dit zijn de schatten die verzameld zijn in een hoog gebouw, dat wij nu bewonderen, maar dat voor zoovelen ontoegankelijk is. Door de wondere klanken, die door open vensteren klinken, worden wij gelokt en betooverd; anderen zijn stil en luisteren in verbazing of ontroering, anderen verstaan ze niet.... want deze vensteren zijn van de wereld afgewend en staren naar een andere wereld, een eigen wereld, die niet stoffelijk is.

Johan de Meester 70 jaar.

Een geheel tegengestelde, een ander kunstenaar viert eveneens zijn herinneringsdagen.

Hij staat in het leven, tusschen de menschen.

Hun harte-kloppen hebben zijn woorden de volgorde gewezen. Hij staat in den donder van de cultuur. Bij de groote electro-motor, die het moderne leven in beweging brengt. En het laaien van de vuren en het wentelen van de wielen is zóó sterk, omdat het schijnt voor een achtergrond van landelijke rust en het geluid vindt zijn echo's over de stille velden.

De menschen in de moderne koorts en de excessen, die noodzakelijk elke ziekte volgen, beziet hij met een felle teederheid.

Zijn ‘Geertje’ is een vast punt in onze literatuur niet alleen, maar ook is haar droevig deel het ontzettende beeld van zooveel zorgeloozen in deze wereld.

't Is tevens een manifestatie van heel het inzicht en aanvoelen van het leven van deze groote kunstenaar.

Met een onafwijsbare raakheid en een niet te stuiten verbeelding, teekent hij de gebarsten figuren aan den rand van het leven. Zijn menschen kiezen de moeilijkste plaatsen, waar er maar één schrede is.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken