Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Oud-Vlaemsche liederen en andere gedichten der XIVe en XVe eeuwen (1849)

Informatie terzijde

Titelpagina van Oud-Vlaemsche liederen en andere gedichten der XIVe en XVe eeuwen
Afbeelding van Oud-Vlaemsche liederen en andere gedichten der XIVe en XVe eeuwenToon afbeelding van titelpagina van Oud-Vlaemsche liederen en andere gedichten der XIVe en XVe eeuwen

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (3.60 MB)

XML (0.59 MB)

tekstbestand






Editeur

C.L. Carton



Genre

poëzie

Subgenre

liederen/liedjes


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Oud-Vlaemsche liederen en andere gedichten der XIVe en XVe eeuwen

(1849)–Anoniem Oud-Vlaemsche liederen en andere gedichten–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende
[pagina 111]
[p. 111]

LI. [Niemen seit van andren wel]

 
Niemen seit van andren wel,
 
Wat mach dit bedieden?
 
Eist om nerenst, eist om spel,
 
Men cant hem niet verbieden;
 
Wat wonderliker lieden!
 
 
 
Den eenen deert dat dander hoocht,
 
Hem sonder eenighe scade,
 
Ende ware hi mach, hi pijnt, ende poocht
 
Hoe hine tonder dade,
 
Met ghevensten rade.
 
 
 
Om anders val die lieden pinen,
 
Wie sach noit de copie?
 
Si sijn viant die vrienden scinen
 
Ghetrauwe als die zie;
 
Wat, wi, welc ene partie!
 
 
 
Ic vinde sulc, al eist mi leit,
 
Die gerne met mi dronke;
 
Sijn vrienscap es mi so ghereit,
 
Hi wilde dat ic verzonke,
 
Ic weet wel wat ic donke.
[pagina 112]
[p. 112]
 
Tgheselscap wil ic al begeven
 
In cans niet antieren,
 
Ende micken niet up yemens leven;
 
Mine rouc hoe sijt bestieren,
 
En si mi niet verpieren.
 
 
 
Ic wil gaen duken in den ouc,
 
Ghelijc den stommen blinden;
 
Smeekers hebben al den rouc,
 
Binden ende ontbinden;
 
In wils mi niet bewinden.
 
 
 
Adieu, adieu, gheselschap al,
 
Mi ic u verbiede.
 
God kent die weet waer henen sal,
 
Of ic van u sciede,
 
Dochtic onder liede.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken