Poëziekrant. Jaargang 3(1979)– [tijdschrift] Poëziekrant– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [Gedichten] Les goumenches Voor Lucien Van den Driessche. Heuvels: huid die eeuwen dekt, spaarzaam de kudde der wolken, Zonder schaduw, langzaam trekt het leven voorbij. Groene kolken, valleien: zingend 't koele water over keien stroomt. Hier de woning, tussen stilte en druiven staat er het huis, 'n bijenkorf vol honing. Geheugenis: 'n wereld van vergeten, blind en blij vergaat de trage tijd, ruisend door krekels grijs versleten. Les Goumenches: geluk gebenedijd. REMI DE CNODDER Isabella Brant Zo ziet de schilder deze vrouw: sereen, de houding vol vertrouwen, en groeiend uit de kanten mouw, handen die zich zacht ontvouwen, gave bloemen in een helder licht, bereid tot bidden en tot strelen. Dit is de vrouw vol teder evenwicht, belofte zingend onder zwart fluwelen kleed. Het milde lichaam rijp en rijk, wil zich in liefde eindeloos herhalen. De schilder weet haar binnen zijn bereik, en blijft haar schoonheid zo vertalen. En in het fijn en liefdevol gelaat: de weke mond, de donkre, zachte ogen; 'n vreedzaam paradijs dat opengaat, de schilder openbaart dit rijk vermogen. REMI DE CNODDER Vorige Volgende