Poëziekrant. Jaargang 16(1992)– [tijdschrift] Poëziekrant– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 19] [p. 19] Dana Hokke In memoriam matris Dood spoor Alleen achter glas beweegt nog een wereld het weer van vandaag of morgen. Binnen verloopt het leven onmerkbaar onmerkbaar leunen de dagen naar elkaar over. Niet veel meer zeggen woorden woorden liefde alleen is een dunne deken erbij. Dit is het stille seizoen van wie langzamer sterven dan de verwachting. Schijngestalte Aaide een poes onzichtbaar op het laken en wat moesten de kinderen nog zo laat op straat? Ga ze toch roepen, vlug. Ze had toen ik de bloemen binnenbracht haar ogen dicht: O dankjewel heel mooi. Zoals ze had geleefd. Haar woorden gevormd naar de oren en wij naar de ogen, omdat zij de mensen wist. Zichzelf ook een model, speelde piano op een vleugel, schikte boeketten in antiek chinees, met aan de achterkant een scherfje af. Tot in het derde geslacht Toen ze gestorven was haalde ik alles overhoop wat altijd op te dunne poten wankel had gestaan de bijzettafeltjes omver stoelen ernaast de laden achter het fineer vandaan het zilver theeservies plat op de grond. Tot ik vond waarom zij niet anders heeft kunnen doen dan ons omgeven met fatsoen een vesting tegen elk gerucht, ons door de straten laten gaan als vreemdelingen iedere dag opgewacht of woorden ons hadden ontzet. Vorige Volgende