Poëziekrant. Jaargang 16
(1992)– [tijdschrift] Poëziekrant–
[pagina 4]
| |
BuitenlandCarlos Drummond de Andrade
| |
Midden op de weg
Midden op de weg lag een steen
lag een steen midden op de weg
lag een steen
midden op de weg lag een steen.
Nooit zal ik die gebeurtenis vergeten
in het leven van mijn zo vermoeide netvliezen.
Nooit zal ik vergeten dat midden op de weg
lag een steen
lag een steen midden op de weg
midden op de weg lag een steen.
In zijn essaybundel De taal als bril (1987) beschrijft vertaler August Willemsen de geschiedenis van dat vijftig jaar aanstoot gevende gedicht. De extreme eenvoud, de schijnbaar achteloze vorm zonder traditionele strofevorm of rijm was voor sommige critici voldoende om over de ‘Divina Commedia’ der stompzinnigheid te spreken. Voor anderen was het een der meest wanhopige menselijke gedichten waaruit een ongeneeslijke moedeloosheid sprak, franjeloos verwoord. Al die commentaren leverden zelfs voldoende stof voor een biografie van het gedicht, die August Willemsen ‘een toetssteen voor het lezen van poëzie in het algemeen’ noemt. Tegelijk zette het gedicht ook de toon voor het poëzieoeuvre van Drummond. Carlos Drummond de Andrade is de dichter van de menselijke onmogelijkheid. In zijn werk biedt het leven geen hoop, geloof of troost, geen houvast van welke aard ook. Maar terzelfdertijd bewijst de dichter dat het leven, ongerijmd als het is, leefbaar is. Zijn thematiek kan soms somber of melancholiek overkomen, maar altijd is er de subtiele speelse | |
[pagina 5]
| |
![]() ![]() ![]() Alle illustratie zijn overgenomen uit ‘Drummond: Frente et Verso’
![]() toon. Zijn poëzie is sober, de dichter heeft ieder woord gewikt en gewogen, er staat niets meer dan er moet staan. Een leven lang was Drummond op zoek naar dat ene woord, vol van betekenis en zin: | |
Het woord
Ik wil geen woordenboeken meer,
vergeefs geraadpleegd.
Ik wil alleen het woord
dat daarin nooit zal staan
en niemand kan bedenken.
Dat de wereld samenvatten
en vervangen zou.
Het woord, meer zon dan de zon,
waarin wij allen in gemeenschap
zouden leven,
zwijgend en
het proevend.
Carlos Drummond de Andrade's oeuvre is omvangrijk: een dertigtal bundels poëzie, bijna evenveel prozawerken, honderden columns voor de kwaliteitskrant Jornal do Brazil en voor de radio. Vertaler August Willemsen stelde met liefde en kennis van zaken een selectie samen uit het dichtwerk. De Gedichten zijn een openbaring en bevestigen moeiteloos Drummonds reputatie als grootmeester van de modernistische dichtersgeneratie van Brazilië. Bovendien is August Willemsen een uitstekend vertaler en zorgde hij voor een diepgaand nawoord waarin leven en werk van de dichter gesitueerd worden. Willemsen is een voortrekker die in zijn eentje de parels van de Braziliaanse literatuur toegankelijk maakt. Er zijn de vertalingen van Machado de Assis, zijn essay-bundel over Portugeestalige literatuur De taal als Bril en onlangs nog de Nederlandse uitgave van de Dalton Trevisan-verhalen Zoete vijandin. Allemaal zijn het boeken om te koesteren, Carlos Drummond de Andrade: Gedichten nog het meest. De bloemlezing helpt er ook aan herinneren dat boeken uitgeven een kunst kan zijn. Origineel en vertaling zijn naast elkaar opgenomen, het ongewone grote formaat geeft de gedichten ademruimte en het nawoord is met fotomateriaal en tekeningen geïllustreerd. Kortom, deze herdruk mag met open armen ontvangen worden. Tot slot willen we nog de aandacht vestigen op de fotobiografie Drummond: Frente e Verso. Die uit 1989 daterende bibliografische uitgave van de Braziliaanse Ediçoes Alumbramento is een mooie aanvulling op de Gedichten. Aan de hand van fotomateriaal en gedichten wordt het leven van de dichter geschetst. De kinder- en jeugdjaren in de bergen van Minas Gerais (‘Enkele jaren heb ik geleefd in Itabira | Voornamelijk ben ik geboren in Itabira | Daarom ben ik triest, trots: van ijzer.’) het literaire milieu dat Drummond frequenteerde; Rio de Janeiro, de stad waar hij het grootste deel van zijn leven sleet; zijn laatste levensdagen. Het wordt allemaal uitvoerig gedocumenteerd met foto's. Bij het boek werd een vinylplaat gevoegd waarop Drummond de Andrade een viertal gedichten voorleest. Frente e Verso is een smaakvolle hommage aan de grootste Braziliaanse dichter.
(...)
Het geeft niet of de ouderdom komt,
wat is ouderdom?
Je hebt je schouders onder de wereld gezet
en die weegt niet meer dan een kinderhand.
Oorlogen, honger, vergaderingen in gebouwen
bewijzen enkel dat het leven doorgaat
en dat nog lang niet iedereen zich heeft bevrijd.
Sommigen vinden de aanblik barbaars
en zouden (gevoelige zielen) liever sterven.
De tijd is gekomen dat sterven niet helpt.
De tijd is gekomen dat leven verplicht is.
Leven zonder meer, zonder mystificatie.
(Uit: Schouders onder de wereld, 1940) |
|