Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Raster. Nieuwe reeks. Jaargang 1984 (nrs. 29-32) (1984)

Informatie terzijde

Titelpagina van Raster. Nieuwe reeks. Jaargang 1984 (nrs. 29-32)
Afbeelding van Raster. Nieuwe reeks. Jaargang 1984 (nrs. 29-32)Toon afbeelding van titelpagina van Raster. Nieuwe reeks. Jaargang 1984 (nrs. 29-32)

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave



Genre

proza
poëzie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Raster. Nieuwe reeks. Jaargang 1984 (nrs. 29-32)

(1984)– [tijdschrift] Raster–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 206]
[p. 206]

Over de medewerkers

Gerrit Bakker, geb. 1939. Debuteerde in 1966 met de bundel De menselijke natuur, in 1975 gevolgd door Ommekeer. De hier opgenomen teksten zijn met toestemming van de schrijver aan laatstgenoemde bundel ontleend.

Jürgen Becker, geb. Keulen 1932. Eerste publikaties: Felder (1964) en Ränder (1968). In hetzelfde genre, half proza half poëzie, in 1970 Umgebungen. Vier dichtbundels werden bijeengebracht in Gedichte 1965-1980. De in dit nummer vertaalde fragmenten zijn afkomstig uit Erzählen bis Ostende (1981), waarna inmiddels nog het prozaboek Die Türe zum Meer is verschenen. Uit Felder werd een gedeelte vertaald in Randstad 6, 1963, tot dusver de enige vertaling van werk van Becker.

Walter Benjamin (1892-1940). Studeerde in Freiburg, München, Berlijn en Bern filosofie en leefde na zijn promotie als zelfstandig auteur en vertaler in Berlijn. Hij emigreerde in 1933 naar Frankrijk en werd medewerker van het Institut für Sozialforschung. Belangrijkste publikaties: Ursprung des deutschen Trauerspiels (1928), Einbahnstrasse (1928), Berliner Kindheit (1950, ned. vers. 1974), Das Kunstwerk im Zeitalter seiner technischer Reproduktion (1936, ned. vert. 1970), Charles Baudelaire, Ein Lyriker im Zweitalter des Hochkapitalismus (1955, ned. vert. 1979).

J. Bernlef, geb. 1937 Recente publikatie: Winterwegen (1983). In voorbereiding Hersenschimmen (roman).

Huub Beurskens, geb. 1950. Debuteerde in 1975 met de bundel Blindkap. In 1976 verscheen Cirkelgang, in 1980 volgde Vergat het meisje haar badtas maar. In 1982 verscheen de bundel De Vissen De reigers. Schrijft ook proza. Vertaalde poëzie van Gottfried Benn en publiceert poëziekritieken in De Groene Amsterdammer. Zojuist verscheen van hem de bundel Het vertrek.

Elizabeth Bishop, geb. 1911 in Worcester, Massachusetts (U.S.A.). Debuteerde in 1946 met de bundel North & South. Leefde lange tijd in Brazilië. Zij overleed in 1979 in Boston. Haar verzamelde gedichten verschenen in 1983, The Complete Poems 1927-1979. In 1984 verscheen haar The Collected Prose. Bij uitgeverij Kwadraat verscheen in 1980 een door J. Bernlef in het Nederlands vertaalde selektie uit haar poëzie, Een wonder als ontbijt. Een interview met de dichteres is te vinden in Bernlefs Het ontplofte gedicht (1978). Een verzameling essays over het werk van de dichteres verscheen in 1983, Elizabeth Bishop and her art, samengesteld door Lloyd Schwartz en Sybil P. Estess.

Rein Bloem, geb. 1932. Publiceerde de bundels Overschrijven (1966), De bomen en het bos (1968), Scenarios (1970), Part en deel (1977) en Van de aarde (1982). Is poëziecriticus van Vrij Nederland.

Robert Bly, geboren 1926 in Madison, Minnesota, waar hij ook nu nog woont. Richtte in 1958 het tijdschrift ‘The Fifties’ (Later ‘The Sixties’ en ‘The Seventies’) op. Debuteerde in 1962 met de bundel Silence in the Snowy Fields. In The Light Around the Body (1967) kwam zijn politieke engagement tot uiting. De met deze bundel gewonnen National Book Award-prijs schonk hij aan dienstweigeraars. Kreeg grote bekendheid door zijn vertalingen van o.a. Neruda, Lorca, Jimenez, Ekelöf en Tranströmer. In 1969 verscheen een bundel prozagedichten, The Morning Glory. Zijn meest recente publikatie is The Man in The Black Coat Turns (1981).

[pagina 207]
[p. 207]

André du Bouchet, geb. 1924. Vriend van Giacometti, Célan, Bram van Velde en Pierre Tal-Coat, is in zijn hele werk (poëzie en glossen bij het werk van anderen) bezeten van één thema: de ondeelbaarheid van de ervaring (joor) onder woorden brengen, die geen ogenblik mogen vastleggen en vastliggen. De typografie (veel constituerend en verbrekend wit) speelt hierbij een grote rol. Voor zijn werk, dat in de moderne poëzie zijn weerga niet heeft, kreeg hij in december 1983 de Franse Staatsprijs voor poëzie. In 1983 verscheen ook een driedubbelnummer van L'ire des vents geheel gewijd aan Du Bouchet. Hij publiceerde o.a. de volgende bundels. Dans le chaleur vacante (1959), Ou le soleil (1968), Rapides (1980), Fraîchir (1981) en Peinture (1983).

Michel Butor, geb. Mons-en-Baroeul 1926. Studeerde en doceerde filosofie. Debuteerde met de roman Passage de Milan (1954). Met de twee volgende romans - L'Emploi du temps (1956) en La Modification (1957, in het Nederlands vertaald als Retour Rome) - leverde hij een belangrijke bijdrage aan de Nouveau Roman. Uit het veelzijdige en omvangrijke oeuvre enkele titels: Degrés, Mobile, Illustrations I, II, III, IV, Matière de rêves I, II, III, IV, Le génie de lieu I, II, III, en de essays verzameld in Répertoire I, II, III, IV, V.

Jãdo Cabral de Melo New, geb. 1920 in Recife (Brazilië). Hij debuteerde in 1942 met de bundel Pedro de song (Steen van slaap). Andere publikaties: Quaderna (Viervoud, 1960), Serial (Reeksen, 1961), A educacao pela eedra (Opvoeding met de steen, 1966) en Museu de tudo (Museum van allerlei, 1975). In 1981 verscheen bij uitgeverij De Lantaarn in Leiden een kleine keuze uit zijn poëzie vertaald door August Willemsen: Gedichten. In die uitgave is ook een korte inleiding op het werk van de hand van August Willemsen te vinden. Een interview met de dichter verscheen in Selden Rodmans Tongues of fallen angels (1973). De hier opgenomen teksten zijn uit bovengenoemde uitgave afkomstig. Zij werden met toestemming van de vertaler overgenomen.

Remco Ekkers, geb. 1941. Sinds 1976 vast medewerker aan de Poëziekrant. In 1979 verscheen de cyclus Buurman.

Zbigniew Herbert, geb. 1924 in Lvov, (Polen, tegenwoordig behorend tot het grondgebied van de USSR). Studeerde economie en rechten en daarna filosofie. Hij debuteerde in 1956 met de bundel Strune światla. In 1965 ontving hij de Oostenrijkse Staatsprijs voor Europese literatuur. In 1970 nam hij deel aan het Poetry International Festival in Rotterdam. Veel van zijn werk werd door Karl Dedecius in het duits vertaald o.a. Gedichte (1964), Inschrift (1967) en Herr Cogito (1974). In de Penguin Modern Poets verscheen een bundeling van Herberts poëzie in 1968. Nederlandse vertalingen van zijn werk verschenen in de bundel Machine van woorden (1975) en in de bloemlezing uit de naoorlogse Poolse poëzie Een gevecht om lucht (1980).

Felix Philipp Ingold, geb. 1942 in Basel, woont in Zürich, Zwitserland. Studeerde in Basel, Parijs, Praag, Moskou. Literaire publikaties vanaf 1967. In de jaren zeventig uitsluitend wetenschappelijk werk (zoals Literator und Aviatik, 1978). Recente boekpublikaties: Leben Lamberts (proza, 1980), Unzeit (gedichten, 1981), Haupts Werk das Leben (1984), Im Namen Goethes (anekdotes, 1982). Herfst 1984 verschijnt Fremdsprache (gedichten).

Frank Joostens, geb. Brussel 1957. Assistent Nederlandse Literatuurtheorie aan de Universiteit Antwerpen. Eerdere publikaties o.m. in het Nieuw Vlaams Tijdschrift en Restant.

Gerrit Kouwenaar, geb. 1923 in Amsterdam. In 1982 verscheen van hem Gedichten 1948-1978, evenals de bundel het blindst van de vlek. Wiel Kusters publiceerde in 1983 vijf opstellen over Kouwenaar onder de titel Een tuin in het niks. De hier opgenomen teksten werden oorspronkelijk ge-

[pagina 208]
[p. 208]

publiceerd in het kerstnummer van het drukkersweekblad (1962, nr. 53).

Wiel Kusters, geb. 1948. Debuteerde in 1978 met de dichtbundel Een oor aan de grond in 1979 gevolgd door De gang. In 1981 verscheen de bundel Hoofden, in 1983 Kwelrijm. Kusters publiceerde een bundel notities, Het Mijnmuseum in 1981. In 1983 verscheen zijn bundel opstellen over de poëzie van Gerrit Kouwenaar, Een tuin in het niks. Kusters is redacteur van het tijdschrift De Gids en werkt regelmatig mee aan NRC/Handelsblad.

Gilles Lapouge. Auteur van o.m. Utopie et civilisations, Anarchistes d'Espagne, Le singe de la montre. Van hem is het samen met Marie-Françoise Hans geschreven boek Vrouwen, pornografie & erotiek in het Nederlands vertaald.

W.S. Merwin, geboren 1927 in New York. Schreef tien gedichtenbundels waarvan Opening the hand uit 1983 de meest recente is. Publiceerde drie boeken met prozagedichten, The Miner's Pale Children (1970), Houses and Travellers (1977) en Unframed Originals (1983). Vertaalde werk van Chamfort, Mandelstam en Roberto Juarroz.

Hans van Pinxteren, geb. 1943. Vertaalde werk van Antonin Artaud, Gustave Flaubert, Arthur Rimbaud en St. John Perse. Debuteerde als dichter in 1979 met Verstuivend gebied, in 1981 gevolgd door Vluchtig schuinschrift. In 1983 verscheen van hem Moord in de onvoltooide tijd, door de auteur omschreven als ‘prozagedichten met een verhalend karakter’.

Francis Ponge, geb. 1899 in Montpellier. In 1922 verschenen zijn eerste teksten in tijdschriften. In 1942 verscheen zijn bundel prozagedichten Le parti pris des choses. Andere bundels zijn: La râge de l'expression (1952), Pièces (1961), Le Savon (1960). Deze bundel verscheen in 1973 in een Nederlandse vertaling van Peter Nijmeijer als Zeep. In Raster 19 is een uitgebreide presentatie van zijn werk te vinden.

Pierre Reverdy, geboren 1889 in Narbonne. Debuteert in 1915 met Poèmes en prose. Raakt bevriend met Picasso, Braque, Matisse, Max Jacob. In 1917 richt hij het tijdschrift Nord-Sud op. In 1960 overleed hij in Solesmes. In de serie Poésie van Gallimard verschenen van hem: Plupart du temps I, Plupart du temps II en Sources du vent. Rein Bloem nam een aantal vertalingen van Reverdy's poëzie op in zijn bundel Van de aarde (1982).

Bert Schierbeek, geb. 1918. Publiceerde o.m. Het boek ik (1951), De andere namen (1952), De deur (1972), Vallen en opstaan (1977), Weerwerk (1977) en Binnenwerk (1982).

Tomas Tranströmer, geb. 1931 in Stockholm (Zweden). Debuteerde in 1954 met de bundel 17 Dikter (17 Gedichten). Zijn verzamelde gedichten verschenen in 1979. In 1983 verscheen zijn meest recente bundel Det vilda torget (Het wilde plein) waaruit de in dit nummer van Raster vertaalde teksten afkomstig zijn. In 1982 verscheen bij uitgeverij Marsyas in Amsterdam in vertaling van J. Bernlef een uitgebreide keuze uit zijn werk onder de titel Nachtzicht.

J.F. Vogelaar, geb. 1944. Meest recente publikaties: Raadsels van het rund (1978), Alle vlees (1980), Oriëntaties (1984).

Daniël Robberechts, geb. 1937, Brussel. Reeente boekuitgave: Dagboek '64-65. Binnenkort verschijnt de bundel Bezwarende geschriften. Redactielid van het tijdschrift Heibel. Uitgever en redacteur van het gestencilde tijd SCHRIFT waarin hij sinds '77 een omvangrijk werk-in-de-maak publiceert.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken