Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Raster. Nieuwe reeks. Jaargang 1989 (nrs. 45-48) (1989)

Informatie terzijde

Titelpagina van Raster. Nieuwe reeks. Jaargang 1989 (nrs. 45-48)
Afbeelding van Raster. Nieuwe reeks. Jaargang 1989 (nrs. 45-48)Toon afbeelding van titelpagina van Raster. Nieuwe reeks. Jaargang 1989 (nrs. 45-48)

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave



Genre

proza
poëzie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Raster. Nieuwe reeks. Jaargang 1989 (nrs. 45-48)

(1989)– [tijdschrift] Raster–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 33]
[p. 33]

Gust Gils aan Jan Hanlo
Fragmenten

antwerpen 5 februari 56

beste jan,

[...] wat die sofismen betreft, denk je niet dat we te maken hebben met een van de verre voorvaderen van het surrealisme? ik zie het in elk geval zo, dat iemand bezig is de filozofie, of wetenschap, enfin het logische denken in de hoogste mate te dienen, integendeel - hetgeen hij doet staat veel dichter bij de pure poëzie. ik weet niet of ik je al vertelde over mijn ‘euforismen’Ga naar voetnoot1), dat zijn zg. ‘aggressieve boutades’ (volgens een vlaams kritikus) zoals er o.m. in nr 1 van gard-sivik te lezen stonden. ze zijn echter niet allemaal zo, er zijn er veel ‘surrealistischere’, en na je brief besef ik ook dat er sofismen bij zijn. met toch wel een verschil: in het klassieke sofisme (meen ik toch) zijn al de premissen logisch, (en pas de konklusie absurd) bij mij sluipt de ‘mitomanie’ (ik zeg liever ‘mitofrenie’, wat mijzelf betreft) reeds eerder binnen [...]

 

[...] bij buddingh' enkele dagen geleden kreeg ik een oud nummer van braak in handen (wel erg simpatiek, zulk blaadje). ik las daarin je gedicht dat als laatste opgenomen werd in ‘the varnished’, en dat mij altijd geboeid heeft, vooral het einde daarvan. ik meen nu te kunnen formuleren hoe, of waarom: de dialoogvorm wordt opgevangen, doorbroken en afgesloten, het geheel wordt tot iets meer dan een wel ‘aardige’ opsomming van gezegden (héél wat meer, want ik vind het een bizonder knap gedicht) door hetgeen jij zou noemen een akcentwisseling: werkelijk, het overnemen van de repliek ‘nee’ (bovendien herhaald) door de ondervragende persoon, besloten door het raadselachtige ‘boem’ geeft een effekt waarvan ik de weerga niet ken, dit is misschien het zuiverste geval (in ons taalgebied) van wat ik zou betitelen als een

[pagina 34]
[p. 34]

‘poëtische synkopering’, ik vind het ook nog weer, maar niet zo integraal, in ‘kouwetenendokter’ (‘nee ja kouwe nee warmetenendokter’). en gij zoudt ooit maar één ‘eksperimenteel’ gedicht hebben geschreven. het twistpunt lijkt mij te onbelangrijk dan dat ik nog andere voorbeelden zou gaan aanhalen, voor mij bewijst dit alles maar dat er geen sprake is van opzettelijkheid in jouw geval (ook je geringe produktiviteit wijst daarop, zonder noodzakelijk de veelproducerende dichter verdacht te maken), en maar goed ook...

brasschaat 7.7.56

beste jan,

Ik heb ook een grote liefde opgevat - sinds mijn prille jeugd - voor de prehistoriek op grotwanden, zal je trouwens reeds bij het lezen van mijn 1e gedicht in ‘zichier 1 dame’ duidelijk worden. helaas totnogtoe slechts op grond van afbeeldingen. licht me bij gelegenheid eens in over de geografische situatie van die dingen? ik hoop er een van de volgende jaren eens te geraken.

en als je me toch aan 't inlichten bent: hoeveel kosten de klichees in holland? per cm? lijn en simile? eventueel interessant voor gard-sivik. en nog over inlichtingen: dank voor de radiofonische inlichting, ik zal trachten niet te vergeten te luisteren.

was eventjes voor een weekend te parijs met hugues pernath, hebben simon vinkenoog bezocht op zijn mooie 8e verdieping, gezellig avondje gehad bij hem, prima kerel simon, ja meen het.

ik schrijf duistere gedichten tegenwoordig. euforismen ook al niet vlot, waar moet dat heen. ‘moeilijke grapjes’, maar natuurlijk niet akkoord, omdat het maar gedeeltelijke waarheid is. overigens is het juist dat ze voor verschillende betitelingen vatbaar zijn: ben aan 1 nieuwe reeks bezig, noem ze: ‘berichten om bestwil’, wat ongeveer, realiseer ik me nu, op hetzelfde neerkomt als ‘euforismen’. ik denk dat ze beter zijn, maar ‘gemakkelijker’, nee, integendeel geloof of vrees ik.

ben benieuwd of we je nu eens zullen zien opdagen in brasschaat! of wordt de ganse vakantie opgereisd? veel vermaak & instruktie, in elk geval. groet v. ons allen, gust

[pagina 35]
[p. 35]

brasschaat 7.×.56

beste jan,

[...] wat je in de zender Limburg over ons hebt verteld is ons ontgaan, wellicht is die post hier niet hoorbaar, ik vraag me dus af wat? zelf heb ik het pas over jou gehad, in een maandblad waar door een kultuurverdediger, voorstander van a.b.n., een aanval op het antwerps werd gedaan, zo onhandig echter, dat ik hem eventjes op zijn nummer heb moeten zetten. en ter verdediging van het antwerps verwees ik naar het stukje van jou, ‘een van de fijnzinnigste moderne nederlandse dichters’ noemde ik je, daarbij, dat moet ik bekennen, ook de stille hoop koesterend dat altans één van de lezers bij geruchte iets zou vernomen hebben van de oote boe-heibel, en bovendien je naam niet vergeten zijn [...]

brasschaat 20 okt 56

beste jan,

[...] die ‘zuiverheid’ jan van ten tijde van van ostaijen en het bauhaus, die is geloof ik wel voorbijgestreefd, eenvoudigweg omdat het een dogmatiek werd, omdat (niet alleen op gebied van hoofdletters, zie ook houtsnedetechniek enz.!) een aantal regels rigoereus werden toegepast, de artiest maakte zich daar vrijwillig de slaaf van. wat mij betreft bv mijn gedichten zijn niet kapitaalloos omdat ik vind dat een vers geen hoofdletters mág hebben, maar omdat ik vind - en jij zeker met mij - dat zowel het gebruik als het weglaten van deze en ook van leestekens een bepaalde waarde heeft, gaande van de subtiele nuanse tot het verschil van opzet! als ik morgen in mijn verzen behoefte krijg aan het gebruik van hoofdletters, wees zeker dat ge ze zult zien opdoemen, zoals de leestekens nog niet in mijn 1e maar wel in mijn 2e bundel van de partij waren [...]

[pagina 36]
[p. 36]

[...] ja, die schunnige paul snoek, en is uw dienaar veel beter? in gard-sivik 5 bepaalt hij zich tot een onderwaterig coïtusje om verder weken lang asketies te leven, maar een stukje als ‘huiselijke komplikasies’ in podium kan toch niet stichtelijk genoemd worden. in alle ernst, jan - voor zover wij zoiets kunnen opbrengen - ik acht pornografie, of noem het erotografie, als dusdanig niet verwerpelijk, waarom zou in dit genre geen even geniale, goede en minder goede kunst kunnen worden voortgebracht? en wat anders dan een op zijn minst zeer aanvechtbaar taboe van sosiale en morele aard geeft het zijn ‘verwerpelijk’ karakter? er is op dit gebied een behoorlijke hoeveelheid snert en gesjacher, maar waar is dat niet? en wordt het elders als argument tegen de werkelijk goede voortbrengselen gebruikt?

 

wat rené gysen betreft heb je inderdaad gelijk: een zeer fijne kerel, fijngevoelig en autentiek. een zeldzaam mens, zonder enige overdrijving. in ons e.k. nr komt waarschijnlijk een essai over moderne poëzie van hem [...]

 

[...] morgen schrijft leentje misschien nog een brief voor je. heb hem haar nog niet voorgelezen, ze is deze afgelopen week niet al te best geweest, en we waren dan enkele dagen niet thuis, dinsdag naar gent waar lucebert sprak (de avond tevoren was hij bij ons met paul snoek), donderdag voordracht van tristan tzara. de gedichten van lucebert krijgen werkelijk nog een dimensie bij wanneer je ze hem zelf hoort voordragen, horror, lentesuite voor lilith, e.a.

 

simon vinkenoog schreef me dat hij repatrieert, misschien heb je het ook al vernomen [...]

 

[...] p.s. (27/10/56) leentje verklaarde daarstraks dat ze ‘de mus tjielp tjielp’ ging tekenen en ze heeft het gedaan ook. het gewrocht gaat hierbij. wie dembaud is (ze zou het wel graag vernemen), daar heeft ze niet het flauwste vermoeden van. ik zal je de knipsels eens zenden over de a.b.n.-polemiek, mijn kultuurvolle antagonist heeft in zijn repliek van louter geringschatting je stukje volledig aangehaald [...]

[pagina 37]
[p. 37]

Antw. 6.1.60

beste Jan,

[...] ik heb je brief niet bij de hand momenteel maar herinner me wel hoe hij op hondenpsichologiese gronden gevest (vesten gegrond?) was. merkwaardig want rond dezelfde tijd als jij dat moet geschreven hebben, heb ik een zeer interessant gesprek gevoerd over dieren, hun bewustzijn enz. - dat was dinsdag 29 desember, rond middernacht, met Aimé van Santen, alias Jan Molitor, te R'dam. ik weet niet of je hem kent, een zeer verstandig man (op het waanzinnige af) met wie ik nooit akkoord ben maar altijd zeer vruchtbaar kan diskussiëren. het begon met die wijfjesgorilla in r'dam die zo prachtig schijnt te schilderen. je snapt direkt naar welke problemen dat leidde: of dieren een vorm van kunst hebben (waarom zouden ze niet in kleuren scheppen, vogels doen het wel in klanken), daarbij zelfs kunnen bevoordeligd zijn door het ontbreken van een taal, die begrippen vastlegt maar ook beperkt, dus een soort van zuivere denk-kunst, die misschien wordt overgedragen op een wijze waar wij geen benul van hebben. vandaar tenslotte op het probleem van de kommunikasie. M. beweerde dat ‘gedeelde waarneming’ (gezamenlijk waarnemen van een zelfde gegeven feit) al kommunikasie was. ik kon er niet van overtuigd worden. enfin, je voelt wel de sfeer van de hele diskussie [...]

[...] 7.1

brief intussen weergevonden, leentje had hem over twee verkeerde omslagen verdeeld. gisteren gesprek met René Gysen over de waanzin. ik poneerde o.m. dat schizofrenie best een vorm van volledige aanpassing aan een innerlijke wereld kan zijn (met komplete inhibisie tegen de buitenwereld, dus de tegenpool van het beeld dat de volkomen banale aangepaste alledagsmens biedt) op een wijze echter die voor ons, voor de (nog?) niet-schizofrenen onervaarbaar is, in een zuivere denkvorm voorbij gevoel, verstand, taal, kunst (zijn dieren schizofreen?), in één woord (dit volgt me al 20 jaar, wordt stilaan duidelijker) dat de ‘waan’-

[pagina 38]
[p. 38]

zinnige een oplossing heeft bereikt, verder staat dan wij, dat zijn y-abnormaliteit alleen een kwestie van numerieke minderheid is, hij is dan ook altijd, bij definisie, alleen tegen allen [...]

1.2.60

beste jan,

[...] geloof jij werkelijk dat de snelheid van het licht konstant is? als de ruimte werkelijk uitzet, ik bedoel niet de verwijdering van elkaar van sterrengroepen maar echte uitzetting, met alles wat er in is, ook de stof, tot het kleinste stofdeeltje en elektron, dan wordt 1 m. ook steeds groter, en is alles in verhouding tot de ruimte waarin zij zich voordoet, konstant. in een ander kontinuum zou zij een andere schijnbaar konstante snelheid kunnen hebben, 400.000 km./sek., of 200.000 km./sek. - die 300.000 moet toch met iets samenhangen! ten andere, ik geloof niet dat de snelheid v/h licht onovertrefbaar is. boven die snelheid zullen andere natuurwetten gelden dan die van Einstein - materie zal iets anders geworden zijn, gedachte misschien, wie weet - [...]

21.4.60

beste Jan,

2 mannen kijken belangstellend naar een 12e eeuwse katedraal. - ‘hij is hoog’, zegt de een. - ‘hij is grijs’, zegt de ander. - ‘nee, hoog; presies 92 meter.’ - ‘nee grijs, een schilferig lichtgrijs, een ietsje paars.’ - ‘je vergist je, hij is hoog.’ - ‘je bent ernaast, hij is grijs.’ - nee hoog nee grijs nee hoog nee grijs hoog grijs hoog grijs ---

zo gaat het met onze schijn-werkelijkheidkwestie. tenminste, jij schijnt (!!!) me de rol te willen toebedelen van een van de katedraalbewonderaars. ik heb nochtans nooit het onderscheid schijn-werkelijkheid

[pagina 39]
[p. 39]

afgewezen: het kan gebruikt worden, het is een terminologie. maar alleen hij voor wie ze bruikbaar is heeft er veel aan. jij bent in dat geval, ik blijkbaar niet. dat wil niet zeggen dat ik wat jij schijn heet niet kan onderscheiden van wat jij werkelijkheid heet [...]

[...] 25.4

dat we de term ‘werkelijkheid’ een andere inhoud geven is wel duidelijk. maar ik heb toch nooit een stelselmatige ontkenning gepreekt van een merkbaar onderscheid tussen iets echts, waarachtigs, en iets schijnbaars; ik heb alleen gezegd, of bedoeld, dat de zg. schijn een ordening van de werkelijkheid is die door een bepaald subjekt in verkeerde termen wordt geïnterpreteerd; dat hij ‘bedrogen uitkomt’ komt alleen doordat hij een gang van zaken veel te veel op zijn eigen persoon en voordelen heeft betrokken. bovendien komt een zg. bedrog niet altijd aan het licht, en daar komt bij dat wij - de mensen onderling - het er lang niet over eens zijn wat bedrog is en wat niet! [...]

25.1.62

beste Jan,

wat denk je, in het licht (!) van onze treinkonversasie, over het volgende: ik kocht in A'dam (o.m.) een pocketboekje schrijver: zekere Fritz Lieber Jr. Nu is er in hetzelfde genre - science fantasy & -fiction - ook een Fritz Leiber Jr. werkzaam; van deze las ik al iets, van Lieber niet. nadat je was afgestapt haalde ik een van mijn aankopen te voorschijn - wie anders dan Lieber - en begon te lezen. het is een verhalenbundeltje en mijn gewoonte getrouw begon ik met een van de verhalen ergens in het midden. titel: The Man who never grew young. tema: het achterwaarts leven, ditmaal beschreven over de hele loop van de wereldgeschiedenis; de hoofdper-

[pagina 40]
[p. 40]

soon is reeds in het oude Egipte waar net de piramiede van Cheops werd afgebroken. de mensen worden geboren uit de graven, worden steeds jonger, vergeten steeds meer enz. - totnogtoe alleen merkwaardig. (als overeenkomst) maar in de herinneringen van de hoofdpersoon spelen twee vrouwenfiguren een voorname rol; twee zusters; hoe heten ze denk je? Helen en Flora! well!!... dit alles vermenigvuldigd met de probabiliteit dat we elkaar op die trein zouden zien... bij mij is het 10 jaar geleden dat ik nog met de trein naar A'dam ging! [...]

28.4.66

beste Jan,

hartelijk dank voor je ‘gewoon rijtuig’, niet zo gewoon, want zulke komen er alle dagen niet voorbij. Een heel fijne verzameling lijkt me, al heb ik er nog maar wat in gegrasduind. Dat over de sjinese lettertekens vind ik heel mooi, jammer alleen van die laatste ontnuchterende regel. Het stukje over de Muggen was in nederlandse vertaling nog beter (resenter, neem ik aan?).

De uitzending over Brussel heb ik ook gehoord. Men nam het zelfs op een bandje voor me over. Dank in elk geval voor je aanbod. Je Muggen deden het heel goed. Een van de medeluisteraars (een vriend van Leen) kon zelfs niet geloven dat het maar door één man gezegd was! [...]

Brasschaat 15.4.1967

beste Jan,

[...] Afrikaanse muziek ligt ook mij na aan het hart, ik heb er ook een plaat van, wie weet dezelfde. De mondboog is een van mijn favorieten. Maar ook de marimbas, en hun komplekse ritmen in het algemeen... zeer geraffineerd, een groot cultuurgoed, waarvan ik niet inzie dat het

[pagina 41]
[p. 41]

met minder reden een standaard van beschaving tout court zou vormen dan een technologie bv. Helaas vrees ik dat het, met het hele oude Afrika, weldra verleden tijd zal zijn - (zag je de angstwekkende film africa addio van Jacopetti?) Ik verzin dit niet zomaar: de ‘evolués’ onder de kongolese negers bv hebben allang geen interesse meer voor de inheemse muziek, maar verkiezen een soort van afgekooktzuidamerikaanse chachacha-imitasie, met elektriese gitaar als hoofdinstrument. Treurig, maar slechts een ondergeschikt simptoom in een treurigheid van veel grotere omvang [...]

1 februari 1968

beste Jan,

[...] Wat ‘terug’ betreft, ik schrik er voor terug (!) daar over te beginnen. ‘Hij begon er terug over’ is misschien een voorbeeld van tipies vlaams gebruik van het woord, waar beter ‘opnieuw’ of ‘weer’ zou staan. Het zou een studie vergen in de aard van ‘Maar en toch’, met de bijkomende karwei van raadpleging van een aantal literaire joernalistieke en zelfs orale vlaamse bronnen. Brokje vergelijkende filologie waar ik niet zo direkt warm voor loop... [...]

 

[...] Las je vragenlijst in Podium - betwijfel of je er veel antwoorden op kreeg. Nu, het lijken me ook retoriese vragen, in die zin dat ze een persoonlijk standpunt illustreren. De vraag over de tastzin is een fijne drogreden (zo zou ik ook kunnen vragen waarom ik niet met mijn hand in de jurk van Brigitte Bardot mag gaan, moest die ooit op het stadhuis te Antwerpen ontvangen worden) maar ze vormt wel de knoop van het hele betoog: een in kwestie stellen van de erotiese omgangsvormen, konvensies en vooroordelen die onze beschaving eigen zijn - en de ene beschaving is nu eenmaal de andere niet op dat gebied [...]

voetnoot1)
‘euforismen’ was een werktitel die ik nooit voor publikasie in tijdschrift- of in boekvorm heb weerhouden. Jules Deelder gebruikt dezelfde term, maar heeft hem dus niet aan mij te danken. (G.G. 1989)


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over dit hoofdstuk/artikel

auteurs

  • Gust Gils

  • over Jan Hanlo


datums

  • 5 februari 1956

  • 7 juli 1956

  • 7 oktober 1956

  • 20 oktober 1956

  • 6 januari 1960

  • 1 februari 1960

  • 21 april 1960

  • 25 januari 1962

  • 28 april 1966

  • 15 april 1967

  • 1 februari 1968