Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Een schone ende ghenoechelijcke historie van Ioncker Ian (ca. 1590)

Informatie terzijde

Titelpagina van Een schone ende ghenoechelijcke historie van Ioncker Ian
Afbeelding van Een schone ende ghenoechelijcke historie van Ioncker IanToon afbeelding van titelpagina van Een schone ende ghenoechelijcke historie van Ioncker Ian

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.03 MB)

ebook (2.68 MB)

XML (0.19 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

roman


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Een schone ende ghenoechelijcke historie van Ioncker Ian

(ca. 1590)–Anoniem schone ende ghenoechelijcke historie van ioncker Ian, Een–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

Dat xxiiij. Capittel. Hoe Keyser den Grave groote eere bewees doen hijt wiste dat hy Vader was van heer Ian, ende begeerde zijn beloften te quyten.

NAe dat Gouweron doot was, zoo hebben zijn vrienden met grooter bede aen den Keyser vercreghen, dat zy zijn Lichaem mochten opt gewijde begraven. Daer nae is de Keyser met zijn heeren ende met den Grave te houe ghereden. Men dede den Grave ontwapenen. Daer nae ginck de Keyser ter Tafelen sitten, ende de Graue neffens hem met Alphonsus den Coninck van Spaenghien. De Keyser vraechde den Graeve hoe dat quam te weeten dat Heer Ian van sulcker afcomsten was. De Grave vertelde den Keyser alle de geschiedenisse, ende hoe dat hem de Coninck hem daeromme verdreuen hadde ende int leste hoe hy teghens zijnen sone ghevochten hadde malcander niet kennende om dat hy sijn Wapen voerde, ende doe hy wiste dat ick zijn vader was, zo claechde hy my ouer Gouweron van het ongelijck dat hy hem gedaen hadde, ende daer door ben ick by uwer Keyserlijcke Mayesteydt ghecomen om Gouweron te bevechten ende te wreeken het ghene dat hy mijnen Soone misdaen hadde: Als de Keyser met zijn heeren dit hoorden verwonderden zy hem altemaele van de wonderlijcke avontueren, die so wel den vader als den Sone ghebuert waren. Alphonsus de Coninc van Spaenghien vertelde den Keyser ende alle de Heeren hoe dat Heer Ian by hem in Spaengien ghecomen was, ende wat avontueren hem gheschiedt waren in Enghelant, ende vant Huwelijck twelc hy al niet en begheerde, ouermidts dat hy verlooft was met ons Keysers Dochter Gloriande. Daeromme soude ick raden datmen mede den Huwelijck niet langher vertrocke oft achter en hielde, maer dat uwe Keyserlijcke Mayesteyt volbrenghen tgene dat hy den vroomen Ridder belooft heeft, zo sal t Landt bevrijt zijn van eenighe oploop der vyanden. De Keyser dit hoorende zeyde: Ghy heeren ick en begere niet datment langer wtstelle, want ic nu wel mercte dat Gouweron tot my

[Folio G1v]
[fol. G1v]

gheen ghoet herte ghedraghen en heeft ouermits tgheene dat hy my beweesen heeft met raedt ende daet, twelck hem Godt vergheuen wil, daerom heeft hy zijn loon ontfanghen Waeromme wil ick sprack hy tot den Grave wanneer ghy by uwen Sone comt dat ghy hem segt dat ick bereet ben om mijnen ghelofte te quijten ende sal hem ouer gheven tgheheel Regimendt vant Keyserrijck, want ick seer Oudt van daghen ben, ende begheere voordt aen in mijn ruste te leuen De Heeren dit hoorende waren alle daer inne seer verblijt. Als des Keysers Dochter vernam dat de Grave Heer Ians Vader was, is zy seer verblijt gheweest, heeft haer Sone metter handt ghenoomen ende is daer mede voor den Keyser haren vader gegaen daer hy gheseeten was, ende de Graue Robrecht neffens hem, zy heeft haren Vader eerst eerwaerdelijck ghegruet daer na den Grave, ende heete hem feestelijcken willecom in haers vaders Hoff. De Graue is op ghestaen ende heeft haer des ghelijckx eere bewesen, maer doen hy van des Keysers heeren hoorde dat Gloriande was des Keysers dochter, ende dat hy oude Vader was van den kinde zoo heeft hy tkint vriendelijck op ghenomen t'welc voor hem stondt ende heeftet ghecust, onsen Heere ootmoedelijcken biddende, dat hy den Kinde wilde beschermen, ende bewaeren voor ongheual. Daer nae hebben zy altegader goede chiere ghemaeckt. De Keyser hielt open Hof ter liefden vanden Grave met alle zijn heeren veerthien dagen lanck gheduerende. De gheheele Stadt was seer verblijt, doen zy wisten dat de Grave Robrecht heer Ians vader was, ende dat Heer Ian soude hebben des Keysers dochter ende zeyden dat zy een goede beschermer hebben souden teghen allen den geenen diese crencken wilden, den Grave wert ooc van een yegelijc grote eere bewesen.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken